Alle expertises aan tafel: integraal werken aan participatie van inwoners

Participeren naar vermogen, waar mogelijk in betaalde arbeid, heeft positieve effecten op het welbevinden en de gezondheid van mensen. Toch zien we in de praktijk dat ondersteuning op het gebied van zorg of welzijn en werk en inkomen in veel gemeenten nog steeds ‘gescheiden werelden’ zijn. Integrale samenwerking verbindt die twee werelden, stelt de inwoner centraal in de dienstverlening en sluit aan bij wat iemand wél kan om participatie mogelijk te maken.

Vanuit het programma ‘Vakkundig aan het werk’ hebben de Hogeschool Utrecht en Movisie met subsidie van ZonMw onderzoek gedaan naar integraal werk op het snijvlak van Wmo en Participatiewet. In de gemeenten Houten, Wijk bij Duurstede en Woerden is gewerkt aan werkwijzen om integraal werk vorm en inhoud te geven. De belangrijkste bevindingen en aanbevelingen staan beschreven in dit rapport. Daarnaast is er een praatplaat voor de praktijk ontwikkeld met daarin onder andere 5 bouwopgaven voor gemeenten.

Participatie

Ruud Schalken is projectleider van de Houtense Werktafel, het lokale werkteam van de gemeente Houten, een organisatie die mensen begeleidt naar werk. Houten is één van de drie gemeenten waarin de onderzoekers actief zijn geweest om integraal werken vorm en inhoud te geven. Vanuit de Houtense Werktafel is het project Op Koers opgezet. Een pilot waarbij inwoners die op meerdere levensgebieden urgente problemen ervaren en daar in niet verder komen, integraal begeleid worden. Dit betekent: inwoner en betrokken professionals zitten samen aan tafel om aan een oplossing te werken. 

Ruud Schalken en collega van de Houtense Werktafel

Ruud en Johanna, twee van de professionals die zich sterk maken voor Project Op Koers
Foto: Irene van Valen/Houtens Nieuws

Ruud: ‘Het is onze ambitie om zoveel mogelijk mensen te laten participeren en te begeleiden naar werk, zowel betaald als onbetaald. Onze ambitie is dus breed. We begeleiden zo’n 700 mensen. Dit gaat vaak goed, bedrijven willen mensen aan de slag laten gaan. De visie van de gemeente Houten is ook dat mensen zoveel mogelijk in het gewone bedrijfsleven participeren. Tegelijkertijd merken we dat werkgevers niet altijd ruimte hebben voor problemen of belemmeringen die zich voor kunnen doen. Het begeleiden van mensen kost soms veel tijd en inspanning van de werkgever, tijd die er niet altijd is. Als gemeente kunnen wij een jobcoach aanbieden, maar als problemen op het werk voortkomen uit het persoonlijk leven van een inwoner, dan wordt het al lastiger. Ook voor inwoners kan het demotiverend werken als de begeleiding niet toereikend is. Het kan dus complex zijn.’

Webinars: 27 mei en 10 juni 2021

Op 27 mei van 10.00-11.30 en 10 juni van 9.30-11.30 organiseren het Kenniscentrum Sociale Innovatie van Hogeschool Utrecht en Movisie, samenwerkend binnen het kennisplatform Utrecht Sociaal, twee (online) bijeenkomsten. Deze bijeenkomsten staan in het teken van lokaal en integraal werken aan participatie. Lees hier meer over de bijeenkomst van 10 juni.

Vier vensters

Joep Binkhorst, werkzaam bij het Kenniscentrum Sociale Innovatie van de Hogeschool Utrecht, is projectleider van het onderzoek Lokaal en integraal werken aan participatie. Hij vertelt: ‘Ons onderzoek bevestigt dat toeleiden naar werk als oplossing alléén vaak niet voldoende is, zeker bij mensen met problemen op verschillende leefgebieden. Andere zaken moeten soms éérst geregeld worden: zoals oplossingen in de gezins- of woonsituatie, schulden, gezondheid. Het gaat om de integrale benadering.’

Bij de ontwikkeling van zo’n integrale aanpak is het van belang om verschillende perspectieven te betrekken. Joep: ‘Binnen het onderzoek ontwikkelden we vier vensters die moeten samenwerken om integraal werken te laten slagen. Dit gaat ten eerste over het venster van de inwoner en diens wensen en behoeften. Daarnaast is het van belang om er voor te zorgen dat professionals in de uitvoering hun kennis en expertise met elkaar kunnen verbinden, het tweede venster. Belangrijk is dat het ontwikkelen van een integrale aanpak niet alleen een taak van professionals is. Dit is het derde venster: Managers, beleidsmedewerkers en bestuurders hebben een faciliterende rol om integrale samenwerking mogelijk te maken. Ten slotte moet het perspectief van de organisaties meegenomen worden, het vierde venster. De organisaties moeten in staat zijn om elkaar te vinden.

In de praktijk zijn er twee vormen van integrale samenwerking. Joep: ‘De eerste vorm is gericht op het bespreken van casuïstiek waar professionals vastlopen. Professionals vanuit verschillende disciplines komen periodiek bij elkaar om vraagstukken te bespreken en oplossingen te zoeken. Bij de tweede vorm gaan professionals vanuit verschillende disciplines in gesprek met de inwoner om wie het gaat. Bijvoorbeeld door een gezamenlijk intakegesprek te voeren en in de ondersteuning daarna als professionals met verschillende achtergronden, kennis en expertise gezamenlijk op te trekken.’

Alle expertises aan tafel

In Houten gingen ze aan de slag met de tweede vorm van integrale samenwerking. Er wordt een gezamenlijk intake en monitoring gedaan vanuit zorg en welzijn en werk en inkomen. Ruud: ‘We zien dat, wanneer je iemand naar werk wilt begeleiden, er inderdaad eerst vaak andere problemen opgelost moeten worden. Bijvoorbeeld huisvesting of de nasleep van een echtscheiding. Als dat op orde is, is er ruimte voor participatie. We vormen binnen Op Koers een projectgroep waarin professionals vanuit verschillende expertises plaatsnemen. Iemand van het sociaal team, iemand van werk en inkomen, een werkcoach, een generalist, een medewerker van de welzijnsorganisatie, een projectleider en iemand die verslag legt.’

Het is de kracht van Op Koers. Ruud: ‘We hebben alle expertises aan tafel. Wanneer een inwoner binnenkomt met zijn persoonlijk begeleider of werkcoach, gaan we de problemen samen inzichtelijk maken. Wat is er aan de hand, wat ervaart de inwoner, welke oplossingen ziet hij zelf? In gesprekken proberen we dat langzaam te ontrafelen. Bij problemen op meerdere leefgebieden starten we bij het probleem dat het meest in de weg zit. Elke twee weken voeren we dit gesprek met elkaar. Hebben we bepaalde expertise toch niet aan tafel? Dan zijn er korte lijntjes met verschillende instanties, zoals de ggz of de woningcorporatie.’

Werken vanuit de bedoeling

Voor een gedegen integrale aanpak is het belangrijk de verschillende belangen van inwoners, professionals, managers, beleidsmedewerkers en bestuurders met elkaar te verenigen. Joep: ‘In de praktijk is dat complex, zeker wanneer samenwerking verschillende wetten en regelingen overstijgt. Het realiseren van zo’n integrale aanpak is eigenlijk altijd ‘werk in uitvoering’. Door veranderingen in het sociaal domein op gemeentelijk niveau, in de regio of in wet- en regelgeving moet de integrale aanpak continu herijken. Door te praten mét, in plaats van over de inwoner, kunnen professionals gericht op zoek naar oplossingen en voelen zij zich minder geremd door het wetgevend kader. Er blijkt in de praktijk ineens veel meer mogelijk. Als professionals en inwoners gezamenlijk om de tafel gaan, zijn professionals dus beter in staat om de vraag van de cliënt centraal te zetten. Bovendien biedt deze vorm van samenwerking voor inwoners een duidelijke toegang: er is één plek waar ze met hun vragen terecht kunnen.’

Ruud herkent dit. Werken vanuit de geest van de wet, vanuit de bedoeling om het beste te bereiken met een inwoner, is het doel van de integrale aanpak. Ruud: ‘De deskundigheid van professionals wordt ook verbreed, door met iedereen samen te werken voelt men ook meer eigenaarschap voor de situatie van een inwoner. Tegelijk moet het wel klikken in de samenwerking. Je vraagt wel echt iets van de professionals. Ze moeten breder kijken dan alleen hun eigen terrein of datgene waar ze verstand van hebben. Maar wij merken dat professionals er plezier in hebben. Ze zien dat de integrale aanpak werkt voor inwoners. Dat geeft een kick en voldoening.’

De toekomst in Houten? Op Koers wil graag door ontwikkelen. De ambitie is om meer integraal te gaan werken. Ruud: ‘Daarvoor hebben we niet alleen de professionals, maar ook de gemeentelijke organisatie nodig. Door wethouders en op beleidsmatig niveau moet integraal denken gefaciliteerd worden. Als je hier in investeert, betaalt het zich op de lange termijn uit. Op dit moment worden alle aparte instanties bijvoorbeeld apart gefinancierd. Daar zal iets aan gedaan moeten worden, om meer tot elkaar te komen en schotten te laten verdwijnen. En natuurlijk begrijp ik dat dat tijd kost. Het vraagt visie en vertrouwen, als bestuurder moet je erin geloven en een beetje durven. Er zijn genoeg voorbeelden in het land die aantonen dat het werkt. Luisteren naar hoe de inwoner de aanpak ervaart is daarbij cruciaal. Want het uitgangspunt is dat we doen wat het beste is voor de inwoner. Zijn leefwereld moet de systeemwereld vormen.’

Wil je meer lezen over het Project Op Koers? Klik hier.