Bestaan

Mijn bed is al meer dan een half jaar mijn vaste verblijfplaats. Ik woon antikraak in de kantine van een oude verffabriek, verdien nog nauwelijks inkomen en mijn schulden stapelen vlot. De huisarts heeft burn-out op mijn toestand gestempeld. Er moet iets veranderen.

Het is een zonnige dag halverwege november 2009 en het is koud, waterkoud. Door de statige straten van Amsterdam Oud Zuid fiets ik naar het stadsdeelkantoor. Ik heb een afspraak met mevrouw Mosterdman van de dienst Werk en Inkomen. De wachtkamer is leeg. Verkleumd neem ik plaats. Het lampje boven de deur van kamer 14 gaat op rood, ik mag naar binnen. De kleine kamer is verdeeld door een brede tafel met houtprint. Aan mijn kant twee groezelige, met stof beklede stoelen, aan de andere kant een zwarte bureaustoel. Ze komt binnen door de deur aan haar kant.

‘Trein Mosterdman’. Ze steekt haar hand uit en we schudden. ‘Sander Griek.’ We laten los. ‘je kan gaan zitten, hoor.’ Ze geeft een tik op haar toetsenbord terwijl ze gaat zitten. ‘Zo, eens even kijken’. Klik … tik … tik … stilte. Aandachtig kijk ze naar het scherm, draait haar stoel en richt zich tot mij. Ze kijkt me aan over haar leesbril. Vriendelijk stelt ze een paar indringende vragen over werk, inkomen, kapitaal, gezondheid en vooruitzichten. Het komt nauwelijks bij mij binnen.

Ik voel ontspanning, ruimte om mijzelf te hervinden

‘Mevrouw Mosterdman, eigenlijk weet ik het allemaal niet meer zo goed. Misschien heb ik gewoon even wat tijd nodig. Maar ik zit er behoorlijk door heen.’ Tranen wellen. ‘Het komt heus wel goed, meneer Griek.’ ‘Dus nu moet ik eerst naar de keuringsarts?’ ‘Niet nu natuurlijk, je krijgt zo snel mogelijk een uitnodiging van ze. Ik ga alles in orde maken en als jij gekeurd bent, maken wij een nieuwe afspraak. Oké?’ ‘Eh ja, oké … denk ik. En dankjewel.’

Haar kordaatheid en tongval doen me goed, het geeft iets van vertrouwen. De keuring komt en de uitkering wordt toegewezen. Ik ben 37 en voor het eerst krijg ik een bijstandsuitkering. Ik voel ontspanning, ruimte om mijzelf te hervinden. Het nieuwe decennium is begonnen en het gaat beter met me. Ik doe mee aan de DWI-hardloopgroep, doe wat vrijwilligerswerk en slaap nog steeds veel. Tijdens de midzomernachtcross in het Amsterdamse Bos ren ik de 5 kilometer in 25:11 minuten.

Mijn bijstandsuitkering verhuist niet mee. De aanvraag moet opnieuw.

Een zomer later moet ik mijn woning in de verffabriek verlaten. Het volgende antikraak-avontuur is bij de sluizen van IJmuiden. Mijn bijstandsuitkering verhuist niet mee. De aanvraag moet opnieuw. ‘Hans Konijnenbelt, uw klantmanager.’ ‘Sander Griek, de klant die u gaat managen.’ De grap wordt niet zichtbaar gewaardeerd en opeens krijg ik het warm. ‘Ja, meneer Griek het is niet anders. In Nederland moet u werken voor uw geld. Dus gaat u re-integreren.’ ‘Oh, en wat doen jullie dan met het keuringsrapport van Amsterdam? Een paar maanden geleden ben ik nog opgenomen in een kliniek voor een burn-out. Ben ik nu opeens genezen dan?’ ‘Wij kunnen niets doen met rapporten van collega’s uit andere gemeenten. U bent ermee geholpen als u meewerkt aan ons re-integratie-traject. Meer kan ik niet voor u doen.’ Tegen beter weten in teken ik de papieren. Rust onder voorwaarden…

Na vier weken werkverschaffing bij IJmond Werkt! re-integreer ik mijn bed weer in. Bezoek van twee vrienden en de komst van een kat, een volwassen halfbloed Abessijn, voorkomen suïcide.

Op het matje bij Konijnenbelt. In het nieuwe jaar vertel ik geëmotioneerd het re-integratie verhaal. Ook over de latent suïcidale toestand waarin ik nog steeds verkeer. De alarmbellen gaan af. Nog die middag krijg ik bezoek van een maatschappelijk werker en een psychiater van de ggz crisisdienst. Dit bezoek werd voor mij de ingang naar reguliere geestelijke gezondheidszorg. Het werd een hobbelige weg naar verheldering.

Tijdens mijn herstel werden wetten veranderd. Wmo 2007 werd Wmo 2015 en gelijk er achteraan werd Wet werk en bijstand, Participatiewet. Negen en een half jaar kreeg ik een bijstandsuitkering. Zeven jaar daarvan onder de Wmo’s. Weer kunnen werken is rijkdom. Een inkomen uit werk is meer dan waardigheid verdienen. Een arbeidscontract voor onbepaalde tijd is echt gaaf. Daarnaast ben ik sinds  afgelopen zomer weer ondernemer in de toegepaste kunsten.

De bijstand in was voor mij een bevrijding… de bijstand uit maakt dat gevoel vele malen groter.

Sander Griek werkt als Ervaringsdeskundige bij Movisie.