Blog: #SorryJohan en de discriminatie-paradox

Toen #SorryJohan trending werd, tweette ik mee en somde een paar van de voorbeelden op van discriminatie zoals ik die heb meegemaakt. Niet de meest heftige zaken maar wel vervelende: zo meldde ik over de keer in een trouwjurkenwinkel toen ik niet meer werd geholpen toen duidelijk werd dat ik met een vrouw ging trouwen. Verbaasd was ik over de duizenden reacties op de tweet: mensen waren geschokt dat dit soort dingen in Nederland gebeuren én een heleboel twitteraars waren ervan overtuigd dat ik dit had verzonnen. Is het ontkennen van discriminatie van homo- en biseksuelen nu ook een nationale sport?

 screenshot-tweet-hanneke-felten

Discriminatie wordt ontkend

Discriminatie klinkt voor veel mensen als zoiets als moord of een terroristische aanslag: het is afschuwelijk maar gelukkig komt het bijna nooit voor in Nederland. Schijnt bedriegt. Of je denkt dat discriminatie veel voorkomt, hangt sterk af van je eigen positie in de samenleving: van je huidskleur, je seksuele voorkeur, je genderidentiteit, je voor- en achternaam, je religie en of je al dan niet een beperking hebt.

'Discriminatie wordt al gauw ontkend'

Toen ik onderzoek deed naar anti-lesbisch geweld ontdekte ik dat lesbische vrouwen soms een zekere mate van gewenning gaan ervaren. Zij hadden zo vaak scheldpartijen en seksuele intimidatie ervaren dat het bijna normaal was geworden. En soms leek er sprake van een bepaalde acceptatie: dit hoort nu eenmaal bij het lesbisch zijn. Terwijl mensen die niet tot de doelgroep horen, denken dat het gaat om incidenten, ervaart de doelgroep zelf de patronen.

Gelukkig vindt de meerderheid van de bevolking discriminatie een probleem: 68 procent volgens het SCP. Tegelijkertijd vinden Nederlanders volgens hetzelfde onderzoek dat er te vaak geroepen wordt dat iets discriminatie is.

Discriminatie wordt al gauw ontkend. Zelfs wanneer groepen racistische leuzen schreeuwen en de Hitlergroet brengen, zoals bij de intocht van Sinterklaas, eieren gooien naar antiracisme demonstranten en hen bedreigen met geweld, zijn er diverse deskundigen (bijvoorbeeld in de NRC) die beweren dat dit géén racisme kan zijn. Het lijkt een foute een grap: Regel1 is dat discriminatie niet voor hoort te komen. Regel 2 is dat als het wel voorkomt, dan treedt onmiddellijk regel 1 in werking.

Mensen discrimineren als ze denken dat het normaal is

Om discriminatie te verminderen is het cruciaal dat we discriminatie erkennen als maatschappelijk probleem, zo blijkt uit wetenschappelijk onderzoek van onder andere Gawronski. Het is dus niet voldoende om alleen discriminatie af te keuren. Je moet er ook van overtuigd zijn dat discriminatie vaak voorkomt om vervolgens je best te gaan doen niet te discrimineren. Proberen mensen duidelijk te maken dat discriminatie wel degelijk plaats vindt en een groot probleem is, is dus een belangrijke strategie om discriminatie te verminderen.

'Om discriminatie te verminderen is het cruciaal dat we discriminatie erkennen als maatschappelijk probleem'

Kink in de kabel is dat er sprake is van een soort ‘discriminatie-bewustzijn-paradox’. Want: of mensen al dan niet discrimineren, hangt sterk af van wat zij denken dat normaal is; wat zij denken dat anderen doen. Dit noemen we de sociale norm. Als mensen denken dat het normaal is om te lachen om racistische of homofobe ‘grappen’, of om op een verjaardagsfeest met elkaar te mopperen over ‘al die buitenlanders’, en tijdens een voetbalwedstrijd ‘vuile homo’ te roepen naar elkaar, dan is de kans groot dat die mensen dit ook gaan doen.

Onder meer onderzoeker Elizabeth Paluck toonde aan dat voor ons eigen discriminerend of ander asociaal gedrag, het belangrijk is wat we denken dat anderen denken. Want als mensen merken dat er om hen heen veel discriminatie plaatsvindt, dan is de kans groot, dat een deel van hen denkt, dat dit normaal gedrag is en dus niet problematisch is. De rest doet het toch ook?

 #SorryJohan is een goed voorbeeld

De paradox is dus dat van de ene kant het belangrijk is dat discriminatie zichtbaar wordt. Want daardoor bestaat de kans dat een deel van de mensen het probleem serieuzer gaan nemen en meer hun best gaan doen om minder te discrimineren. Maar van andere kant dreigt zo het gevaar dat de verkeerde sociale norm ontstaat: dat een deel van de mensen juist meer gaat discrimineren onder het mom ‘iedereen doet het tenslotte, dus zal het wel niet zo erg zijn’.

Zo ontstaat er een complexe uitdaging voor mensen die zich met hart en ziel inzetten om discriminatie aan te pakken. Zij moeten zowel discriminatie zichtbaar maken als duidelijk maken dat discriminatie niet als normaal mag worden beschouwd.

In die zin is #SorryJohan een goed voorbeeld: het heeft discriminatie-ervaringen zichtbaar gemaakt voor wie dit onzichtbaar was én het heeft ook duizenden steunbetuigingen opgeleverd van mensen die aangeven dat zij het niet normaal vinden dat dit voorkomt en er schande van spreken.

Ik hoop dat we met z’n allen die lijn vasthouden: zichtbaar maken, meeleven en solidair zijn met elkaar en tegelijkertijd heel duidelijk maken dat deze en andere vormen van discriminatie nooit normaal mogen worden.

Dit blog verscheen eerder op www.socialevraagstukken.nl