Cliëntondersteuner bondgenoot in zoektocht naar passende hulp en ondersteuning 

Landelijk Congres Cliëntondersteuning 2020 

Wat werkt bij cliëntondersteuning? En waar liggen kansen? Bijna 300 professionals, cliëntondersteuners, gemeenten en ervaringsdeskundigen luisterden naar de visie van keynotespreker Jet Bussemaker (voorzitter van de RVS) en die van andere inspirerende tafelgasten. Daarna gingen ze zelf aan de slag in verdiepende sessies.

Sinds 1 januari 2015 is cliëntondersteuning opgenomen in de Wmo. De afgelopen vijf jaar is hard gewerkt aan de versterking van cliëntondersteuning in heel Nederland. Op 29 september stond deze editie van het congres in het teken van leren en innoveren. Dit jaar niet in een congreshal, maar via een livestream vanuit de Prodentfabriek in Amersfoort. 

Jet Bussemaker: ‘Goede cliëntondersteuning belangrijker dan ooit’

Het onderwerp cliëntondersteuning gaat Bussemaker aan het hart. ‘Het is verbazingwekkend dat we de toegang tot zorg en ondersteuning zo lastig hebben gemaakt dat de meest kwetsbaren er niet zelf uitkomen.’ Ze licht toe dat corona een vergrootglas lijkt te leggen op wat er goed en niet goed gaat in Nederland. ‘Goede cliëntondersteuning, waar alle congresdeelnemers van vandaag zich op de een of andere manier hard voor maken, vind ik daarom nu belangrijker dan ooit. Net als de dialoog over wat nodig is om hoogwaardige cliëntondersteuning te stimuleren in de komende jaren.’ 

Buiten de kaders denken

De RVS kwam met adviezen over de toegang tot zorg in het algemeen en het grote belang van cliëntondersteuning daarbij. ‘Er bestaan drie verschillende ‘denkramen’ van waaruit politici of financiers, regelgevers en zorgverleners naar het onderwerp toegang tot zorg kijken’ vertelt Bussemaker. 

Drie logica’s van toegankelijke zorg: 

  1. Zorglogica: wat is er voor nodig om passende hulp te krijgen voor een individu of gezin met een hulpvraag?
  2. Verdeellogica: hoe verdelen we het schaarse geld, hoe maak je keuzes tussen geld voor huishoudelijk hulp of ziekenhuizen, tussen geld voor zorg, onderwijs, wegen of musea? Hoe voorkom je dat de kosten niet uit de pan rijzen?
  3. Regellogica: hoe garandeer je rechtmatigheid en voorkom je willekeur bij de verdeling van de zorgmiddelen? Wat spreken we met elkaar af? 

De logica’s botsen weleens. Cliëntondersteuners zijn mensen die ook buiten deze drie denkramen kunnen denken volgens Bussemaker. ‘Zij kunnen de cliënten in de hele context zien, maar zijn ook in staat om mee te denken in afwegingskaders van het zorgstelsel.’ 

 

Drie dilemma’s 

Bussemaker schudt het publiek wakker wanneer ze benoemt dat het zorglandschap 2400(!) functies kent. ‘Om cliënten te helpen in het verbrokkelde zorglandschap, zijn we geneigd telkens weer nieuwe functies te introduceren. Denk aan de casemanager, de cliëntvertrouwenspersoon of de onafhankelijke cliëntondersteuner. Moeten we niet waken dat we niet steeds, ik noem het maar even 'bypass functies' creëren?’

'Het is verbazingwekkend dat we de toegang tot zorg en ondersteuning zo lastig hebben gemaakt'

Het tweede dilemma is de onafhankelijkheid van de cliëntondersteuner. ‘Het woord duidt erop dat gemeenten en organisaties dat niet zijn. Dat is ook zo en kan wantrouwen versterken. Maar ik zou willen dat we elkaar kunnen verplaatsen in de drie logica’s.’

Het derde dilemma is het behouden van het open gesprek. Bussemaker: ‘Het keukentafelgesprek, ooit bedoeld om open het gesprek te voeren, is veranderd in een onderhandelingsgesprek over rechten en plichten. De cliëntondersteuner denkt alles te moeten kennen. Maar kunnen we niet in de regellogica verstrikt raken? De RVS: ‘We wensen als raad dat iedereen een betrouwbare steunpilaar krijgt om op terug te vallen. Niet iemand die in de zorglogica blijft redeneren. Iemand die verder kan kijken en de weg weet te vinden in verschillende domeinen.’

Lees de volledige keynote van Jet Bussemaker 

Lessen van de cliëntondersteuner?

Wat kunnen we leren van de cliëntondersteuner? In het rondetafelgesprek spreken we Ali Rabarison (directeur Beleid bij VNG), Illya Soffer (directeur Ieder(in)) en Janny Bakker (voorzitter van de Raad van Bestuur van Movisie). Volgens Illya Soffer gaat het er ook om wat we kunnen leren van inwoners en cliëntondersteuners over het zorg- en ondersteuningsstelsel. ‘Inwoners staan in principe voor een gesloten deur bij de gemeente of een andere instantie. De cliëntondersteuner weet in die gevallen iets los te maken, lijkt een extra sleutel te hebben of weet toch nog een andere ingang. Maar feitelijk staan de cliëntondersteuners voor dezelfde gesloten deuren als die waar de inwoner voor komt te staan. Het is belangrijk wat we dus van hen samen leren.’

 💡Leestip Cliëntondersteuning:  Hoe betrek je inwoners? 

Rabarison ziet dat de cliëntondersteuner groeit in zijn rol. ‘Bijna 100 gemeenten doen mee aan het koploperproject cliëntondersteuning, ze zetten in op de versterking van cliëntondersteuning en we zien dat het steeds beter gaat. Om te blijven leren moeten we echter ook durven om de tijd te nemen. Ik kom te vaak tegen dat wanneer we een nieuw stelsel invoeren of iets veranderen er nieuwe functies, zoals Jet Bussemaker het noemde ‘bypassfuncties’, om het goed te laten lopen. We moeten ook durven om samen te kijken naar waarom het niet loopt en hoe we dat dan kunnen oplossen. 

vnlr: Janny Bakker van Movisie, Illya Soffer van Iederin en Ali Rabirason van de VNG Aan de ronde tafel op 1,5 m afstand.

Bakker stelt dat vanaf het begin af aan cliëntondersteuning bedoeld is om de regie van inwoners te versterken. ‘Wat ik mis in het verhaal van Jet Bussemaker over de logica’s is dat er ook een sociale logica is. Dat is echt iets anders, dat gaat over het dagelijkse leven. Een goede moeder willen zijn, steun en toeverlaat zijn voor je partner. Cliëntondersteuners staan in die leefwereld en kennen die sociale logica. Zijn kunnen helpen in de overbrugging van de logica’s. Daar kunnen we ook echt iets van leren.’

Aansluiting Wmo-Wlz

Elise Hol (regiosecretaris integrale samenwerking regio Twente) en Jeanet Kraaij (eigenaar/cliëntondersteuner Thuis in Co en ambassadeur beroepsvereniging BCMB) bespraken een ander knelpunt: de aansluiting tussen de Wet maatschappelijke ondersteuning en de Wet langdurige zorg. Kraaij: ‘Zorg dat je kennis en kunde hebt om mensen te ondersteunen in de weg van Wmo naar Wlz!’

Hol: ‘Regio Twente bestaat uit 14 gemeenten. Samen met zorgkantoor Menzis timmeren we als koploper Cliëntondersteuning hard aan de weg om cliëntondersteuning integraal aan te bieden. Dat wil zeggen dat we het aanbieden aan iedereen: het maakt niet uit wat voor vraag je hebt, omdat de onderlinge samenwerking zo sterk is en het geregeld wordt. Hol geeft mee dat het belangrijk is om:

  • het netwerk in kaart te brengen, te verzamelen wat je weet over vraag en aanbod van zorg in de gemeente,
  • én samen te bepalen wat cliëntondersteuning is en wanneer de cliëntondersteuning goed is!  

De toekomst van cliëntondersteuning 

Dilemma’s, logica’s en lessen die we van cliëntondersteuners kunnen leren passeerden de revue. Maar hoe ziet de toekomst van cliëntondersteuning eruit? Daarover sprak Movisie-expert en projectleider van het koploperproject, Joost de Haan, zicht uit. ‘Onafhankelijke Cliëntondersteuning is een middel op weg naar passende ondersteuning, en geen doel op zich. Volgens mij zijn drie kernpunten daar belangrijk in:’ 

  1. Cliëntondersteuning als afgebakend onderdeel van de toegang:  ‘In de toekomst zie ik een speelveld voor me met een heldere en afgebakende rol voor netwerken van cliëntondersteuners, in nauwe samenwerking met andere professionals in en rondom de toegang. Een gevaar is om allerlei vormen van ondersteuning en begeleiding te scharen onder onafhankelijke cliëntondersteuning: de onduidelijkheid die dan ontstaat doet afbreuk aan de functie en meerwaarde van de rol van de onafhankelijke cliëntondersteuner.’
  2. Focus op levensbrede cliëntondersteuning: ‘Er is focus op levensbrede cliëntondersteuning nodig. Gelukkig zien we dat in de praktijk steeds meer terug. En het is belangrijk dat deze ontwikkeling zich doorzet. Hulpvragen kennen namelijk geen kaders. Cliëntondersteuning kan een pleister zijn op de schotten die we in Nederland nog steeds kennen als het gaat om toegang tot zorg en ondersteuning. Ook hoop ik dat we de komende jaren ons meer inzetten voor écht inclusieve cliëntondersteuning, bijvoorbeeld ook voor mensen met een niet-Westerse achtergrond.’ 
  3. Samen leren: ‘Het afgelopen jaar heeft aangetoond hoe belangrijk het is om samen te blijven leren. Niet voor niets zitten we vandaag achter onze computers in plaats van dat we persoonlijk kunnen uitwisselen op een mooie congreslocatie. Het doorontwikkelen van cliëntondersteuning is een proces van samen leren, met de gemeente, met de professionals en natuurlijk samen met inwoners. Het Koploperproject is één van de voorbeelden waar dat volgens mij ook al op mooie manier gebeurt.’
     

💡 Publicaties die jouw helpen 

Samen verschillende mogelijkheden verkennen

De Haan hoopt de komende jaren gezamenlijk verschillende mogelijkheden te verkennen. ’Hoe kunnen we nog beter de signalen van inwoners via cliëntondersteuners doorgeven om beleid en uitvoering te verbeteren? En hoe kunnen we zo goed mogelijk blijven aansluiten bij de wensen, behoeften en mogelijkheden van inwoners? Daarin is het ook belangrijk dat we kijken naar creatieve oplossingen en digitale mogelijkheden. Tenslotte ben ik ben enorm gemotiveerd om met ons allen te zorgen dat mensen in de toekomst niet meer zo op zoek moeten naar iemand die met hun meedenkt. Daar ga ik voor, en hopelijk jullie ook!’

Koploperproject Cliëntondersteuning

Movisie ondersteunt in opdracht van initiatiefnemers VNG, Ieder(In) en de Koepel van Adviesraden sociaal domein koplopergemeenten in Nederland. Zij zetten zelf stappen op het gebied van onafhankelijke cliëntenondersteuning en inspireren hun regio's dat ook te doen. Lees meer informatie.