’Er ontstaat nu ruimte om te innoveren’

Hoe krijg je de vragen van mantelzorgers boven tafel? En hoe kun je ze vervolgens goed doorverwijzen bijvoorbeeld ook naar informele zorg? Met deze vraagstukken was Leusden in het kader van In voor mantelzorg-thuis al aan de slag. Het leek even of de coronacrisis hun plannen in de war zou schoppen, maar bleek uiteindelijk op sommige punten een versneller. ‘Er ontstaat nu juist ook ruimte om te innoveren en te experimenteren.’

Ingrid ter Heerdt is teamleider bij Stichting Lariks voor Welzijn en Zorg en Hans Sybrandy is projectleider op vrijwillige basis. Samen vertolken ze de rol van projectleider in Leusden voor In voor mantelzorg-thuis. Eerder spraken ter Heerdt en Sybrandy zich uit over hun vastbeslotenheid om een stap te maken in Leusden als het gaat om de ondersteuning van mantelzorg. Ze wilden vooral de samenwerking met informele zorg verbeteren, zicht krijgen op onbekende mantelzorgers en de samenwerking tussen (formele en informele) (zorg)organisaties verbeteren. Ze waren nog druk bezig met het bedenken van experimenten om verbeteringen in de praktijk te proberen toen corona hen twee experimenten in de schoot wierp. Een geluk bij een ongeluk. Ter Heerdt: ‘Door onvoorziene omstandigheden konden we testen en de effecten zien van innovatieve manieren van werken.’

Vragen zelf ophalen

Het eerste wat de twee opviel bij het begin van de coronacrisis is de vraagverlegenheid van mantelzorgers. Iets wat ze eerder ook al in hun gemeente hadden geconstateerd. Ter Heerdt: ‘Vragen van mantelzorgers bleven ook nu uit. Dat is vreemd, omdat je zou verwachten dat mantelzorgers het, zeker toen de dagbesteding tijdens de eerste golf sloot, het zwaarder hadden en hulp en ondersteuning welkom zou zijn. Ons eerste idee was om een telefoonnummer beschikbaar te stellen, waar de mantelzorger naartoe kan bellen. Maar mantelzorgers bellen niet uit zichzelf, zo bleek. Wijkcentrum Alandsbeek stuurde 500 brieven aan inwoners om hen te wijzen op het telefoonnummer en kregen er maar 4 reacties op.’

'Als de mantelzorger niet belt, dan bellen wij hen toch gewoon'

Bellen naar mantelzorgers

Daarom werd besloten om kwetsbare ouderen en mantelzorgers zelf te gaan benaderen. Onder het mom van “Als de mantelzorger niet belt, dan bellen wij hen toch gewoon”, wordt een belscript gemaakt. Iedereen doet mee: de receptioniste belt kwetsbare ouderen, de mantelzorgconsulent benaderde mantelzorgers waarvan verwacht wordt dat ze hulp nodig hebben. Dit proces wordt gemonitord: Wat levert het op? Kunnen we doorverwijzen en zo bijvoorbeeld ook informele zorg beter betrekken bij ondersteuning van mantelzorgers? ‘Hiermee hadden we meteen een experiment te pakken. Krijgen we ondersteuningsvragen van mantelzorgers beter boven tafel als we ze zelf benaderen? En kunnen we ze ook koppelen aan bijvoorbeeld vrijwilligers?’ De resultaten worden nu geanalyseerd. Ook is het plan om een bijeenkomst te organiseren om zo mantelzorgers met een mogelijke hulpvraag in de wijk te bereiken. Misschien kunnen we dit een vervolg geven door vrijwilligers te werven en te trainen. Er zijn wel gespreksvaardigheden nodig om dit soort gesprekken goed te kunnen voeren. We zullen moeten uitvinden of dit mogelijk is en werkt.’

Samenwerking in een platform

Tijdens corona ontstond, op initiatief van de gemeente, ook een deelnemer aan de kerngroep van In voor mantelzorg-thuis, het platform ‘Leusden voor elkaar’. Aan dit platform doen zo’n 14 partijen mee vanuit zorg en welzijn en uit de gemeente. Van ouderenbonden tot thuiszorg en van de casemanager dementie tot welzijnsorganisatie. Sybrandy: ‘Binnen dit platform delen we signalen en knelpunten met elkaar en partijen kijken onderling wat ze voor elkaar kunnen betekenen. Voor ons natuurlijk een prachtige manier om te ontdekken wat werkt om partijen onderling beter te laten samenwerken.’

De ervaringen met het platform zijn heel positief. Een goed werkend element is volgens Sybrandy dat de overleggen digitaal zijn. ‘Hierdoor is het mogelijk dat veel partijen kunnen deelnemen. Ook zien we dat doorverwijzen nu makkelijker gaat. Wijkverpleging signaleert bijvoorbeeld iets en verwijst door naar de wijkverenigingen voor ondersteuning. Een mooi voorbeeld van samenwerking tussen formele en informele zorg.’ Ook denkt Sybrandy dat de urgentie van corona een rol speelde. ‘Samenwerking was nodig om mensen te bereiken. Dat gevoel van urgentie of noodzaak willen we graag vasthouden. Twee deelnemers aan het platform gaan een voorstel maken hoe we dit kunnen doen.’ 

LEESTIP | 'Leusden volop in beweging'
 

‘Kartrekkers zijn essentieel’

Want dat is nu essentieel: borgen wat goed is gegaan. Wat is er nodig om het vol te houden? Sybrandy aarzelt geen moment over zijn antwoord. ‘Sleutelfiguren, of zoals ik het noem, de kartrekkers, zijn essentieel. Er is iemand nodig die doorpakt. Willen we het volhouden: zorg dat je de sleutelfiguren weet te vinden.’