'Geen hokjes, we zijn allemaal mens'

Ervarend leren met methodiek 'Saïd en Lody'

Het is een opvallende verschijning als ze samen binnenkomen: de islamitische Saïd Bensellam en de joodse Lody van de Kamp. Op verschillende scholen in de regio Amsterdam zijn ze een bekend duo. Samen ontwikkelden ze een unieke methode – ‘Saïd en Lody’ – om beeldvorming, discriminatie, polarisatie en uitsluiting onder jongeren bespreekbaar te maken, tegen te gaan en hun blik te richten op een positieve toekomst. Binnenkort verschijnt in samenwerking met Movisie het handboek van de methode. ‘We willen jongeren inspireren, prikkelen, raken en motiveren om anders te kijken en te denken.’

Thumbnail

Saïd en Lody leerden elkaar kennen toen een Marokkaans-Nederlandse jongen de Hitlergroet bracht aan Lody die, om antisemitisme op straat zichtbaar te maken, met een camera en wat Joodse jongens door Amsterdam-West liep. Lody: ‘Een dag later werd ik door Saïd, jongerenwerker in die buurt, gebeld. Hij zei: ‘Dit is niet het beeld dat wij van onze jongeren willen neerzetten. Hoe kunnen we dit samen oplossen?’ Saïd: ‘Ik wilde een positief tegengeluid laten horen, dus dan moet je beginnen bij degene om wie het gaat. Dat was Lody. We hebben toen samen gezegd: Het grootste probleem is dat de gemeenschap elkaar niet kent waardoor er beeldvorming ontstaat. Daarom zijn we begonnen om de gemeenschappen bij elkaar te brengen, door bijvoorbeeld de dialoog met elkaar aan te gaan.’

Twee mannen aan een tafel

Wereldbeeld van jongeren vergroten

De focus van Saïd en Lody ligt bij jongeren die dreigen te ontsporen. ‘Jongeren zijn zoekende en lerende. Ze hebben vaak een slecht zelfbeeld, een niet-ondersteunend thuisfront of familieleden die in de criminaliteit zitten. Dat zijn allemaal oorzaken die er voor kunnen zorgen dat zo’n jongere achteruit gaat, in plaats van vooruit te kijken. We willen deze jongeren activeren en hun wereldbeeld vergroten. Ze stimuleren om toekomstgericht te kijken naar hun leven, hun talenten te ontdekken en ze op zoek laten gaan naar kansen voor een positieve toekomst. Een voorbeeld daarvan is het zoeken van een goede stageplek of het stimuleren om een diploma te halen.’

Een schoolbezoek is vaak de eerste stap. ‘Wij gaan - vaak op verzoek van de gemeente, een school zelf of het Openbaar Ministerie - naar de scholen toe. Er kunnen in zo’n klas verschillende problemen spelen: discriminatie of uitsluiting, treiterij, pesterijen of discipline-problemen. We starten het traject dan met een kennismaking. Meestal hebben de jongeren vragen over wie wij zijn, wat we doen en hoe we elkaar hebben leren kennen. Het vervolgtraject is maatwerk, afgestemd op wat er speelt in een klas. Een traject duurt gemiddeld drie tot vier maanden en heeft als doel om generaliserende beeldvorming te doorbreken, talenten te ontdekken en de ander echt als méns te zien.’

Ervarend leren

Vervolgens nemen Saïd en Lody de klas mee op een aantal excursies. Lody: ‘Wij noemen het ervarend leren. Gaat het om uitsluiting of discriminatie? Dan nemen wij de klas mee naar het Anne Frankhuis. Daar zien ze waar uitsluiting of discriminatie toe kan leiden. Er is ook een excursie naar de Politieacademie. Sommige jongeren associëren de politie met geweld, verraad en discriminatie. Met de excursie willen we dat beeld nuanceren: Bij de politie zitten gewone mensen zoals wij die een verantwoordelijkheid dragen en ook hulpverleners zijn. Bij discipline-problematiek bezoeken we de kickboksschool, waar duidelijk wordt wat voor discipline en respect je nodig hebt om je doelen te bereiken.’

Om jongeren te inspireren moet je ze af en toe iets geven waarvan ze denken: Ja man, je hebt gelijk, dat herken ik!

Saïd: ‘Ervarend leren betekent dat jij op een gegeven moment geïnspireerd, geprikkeld, geraakt en gemotiveerd wordt om anders te kijken en te denken. Jongeren hebben herkenningspunten nodig. Als jij gaat spijbelen en niemand corrigeert je of vertelt je dat je niet goed bezig bent, dan helpt dreigen met leerplicht niet. Om jongeren te inspireren moet je ze af en toe iets geven waarvan ze denken: Ja man, je hebt gelijk, dat herken ik!’

Herkenningspunten

Het ervarend leren helpt om die herkenningspunten te creëren voor jongeren. Saïd: ‘Pas waren wij met een klas naar Auschwitz, in Polen. Terwijl ik voor in de bus zat, hoorde ik het gesprek achter mij tussen een aantal Marokkaanse meiden. De discussie ging over vrijheid. Voor sommige Marokkaanse meiden komt dat heel dichtbij, in de Marokkaanse gemeenschap is het niet altijd vanzelfsprekend om je dochter los te laten. Deze meiden hadden het over hun eigen vrijheid en over vrijheid naar aanleiding van dat wat ze gezien hadden in Auschwitz. Ze hadden net iets heel groots en indrukwekkends meegemaakt en dan vertalen ze dat naar hun eigen ik, hun eigen wereld. Dan draai ik me om en zeg: ‘Ik ben zo blij dat jullie dit gesprek hebben!’ Er gebeurt op zo’n excursie veel meer dan alleen maar dat waar je naar toe gaat.’

Zelfreflectie

Naast het creëren van herkenningspunten, stimuleert het ervarend leren ook zelfreflectie. Lody: ‘Toen we, met diezelfde klas, vlakbij Auschwitz een bijeenkomst in een oude synagoge hadden, ging het gesprek over het jodendom en de islam. Er komen dan veel vragen naar boven, onder andere over verschillen tussen het geloof van Saïd en mij en hoe wij met die verschillen omgaan. Allerlei vergelijkingen werden er genoemd tussen de levensbeschouwingen en op een gegeven moment zei een jongere: ‘Eigenlijk hebben we veel meer overeenkomsten met elkaar dan dat er verschillen zijn.’ Dát is waar we het voor doen. Geen hokjes, we zijn allemaal mens.’

Eigenlijk hebben we veel meer overeenkomsten met elkaar dan dat er verschillen zijn.

Verduurzamen

Op verzoek van het ministerie van Sociale Zaken wordt de methodiek van Saïd en Lody beschreven en vastgelegd. Het doel van het handboek is om de methodiek door te geven en te verspreiden. ‘Verduurzamen noemen wij dat’, zegt Lody. ‘Het handboek stelt ons in staat om nieuwe duo’s te trainen. Dat hoeven niet allemaal Saïd’s en Lody’s te zijn, je kan allerlei soorten formules van duo’s verzinnen met een verrassingselement. Uiteindelijk is het doel dat je het met elkaar doet. Dat is waar het continu over gaat: over diversiteit, over kansen en over verschillen die elkaar sterker maken.’

Saïd en Lody hopen dat er door het handboek veel nieuwe duo’s gaan komen. Lody: ‘Voor mij is het een verrijking geweest. Het heeft mij bijgebracht dat diversiteit in de stad een verrijking is. Dat je heel veel met elkaar kunt doen, van elkaar kunt leren en elkaar kunt stimuleren. Ik hoop dat onze methodiek mensen leert dat we de hele wereld niet kunnen redden, maar dat iedereen iets kan en moet doen. Al is het een druppel op een gloeiende plaat, een druppeltje in de woestijn kan levensreddend zijn!’

Methodiek 'Saïd en Lody'

De methodiek ‘Saïd en Lody’ richt zich op schoolgaande jongeren (12 t/m 20 jaar), vaak met een zwak zelfbeeld, die dreigen te ontsporen of al ontspoord zijn. Jongeren die er ongefundeerde negatieve meningen over anderen op na houden op basis van etniciteit, cultuur of religie. Doel van de methode is een bijdrage leveren aan het vergroten van de weerbaarheid. Hiermee wil ‘Said en Lody’ ontsporing van jongeren (zoals discriminatie, uitsluiting, polarisering, criminalisering en radicalisering) voorkomen en tegengaan. Het handboek richt zich op de aanpak op scholen. Een klas waar probleemgedrag onder de leerlingen voorkomt, of waar een incident heeft plaatsgevonden, wordt een periode van drie of vier maanden begeleid. Afhankelijk van de situatie in de klas (soort probleemgedrag, soort incident) krijgen de leerlingen een introductieles van het duo en nemen zij de jongeren mee naar locaties die hun wereld verbreden. Zoals naar de Anne Frank Stichting, een bezoek aan de politie of aan een brandweerkazerne. Door samen de lessen te geven, geeft het duo het goede voorbeeld aan de jongeren.

Op 6 november werd het handboek overhandigd aan Marjolein Moorman, Amsterdamse wethouder van Onderwijs, Armoede en Inburgering.