Gendermainstreaming: beleid maken voor meer gendergelijkheid

Tips voor beleidsmakers

Vrouwen werken vaker in deeltijd, leven minder jaren in goede gezondheid en hebben een grotere kans op auto-ongelukken dan mannen. Genderongelijkheid speelt op elk beleidsterrein. Beleidsmakers kunnen bijdragen aan meer gelijkheid door rekening te houden met genderongelijkheid. Dit wordt gendermainstreaming genoemd.

In dit artikel hebben we het over gendergelijkheid en benoemen we veel ongelijkheden tussen mannen en vrouwen. Er zijn echter meer dan twee genders. In de meeste onderzoeken wordt gender nog binair uitgevraagd. Er is veel minder kennis over mensen die niet in de binaire genderindeling vallen. Daarom noemen wij daar minder voorbeelden van. Bij de implementatie van gendermainstreaming is het wel belangrijk om rekening te houden met dat gender niet binair is.

Genderrollen

Genderongelijkheid heeft te maken met de historische en sociaal culturele invulling van genderrollen die op alle terreinen doorwerkt. De verwachting dat vrouwen met name voor kinderen zorgen, zit diep in onze cultuur. Ook worden auto’s minder getest met vrouwelijke dummies en er is minder kennis over het vrouwenlichaam en ziektes die met name vrouwen treffen.

Emancipatiebeleid

De overheid en gemeenten zetten in op emancipatiebeleid om betere kansen voor vrouwen te creëren. Vaak gebeurt dit vanuit een directie of afdeling die zich specifiek hierop richt. Emancipatiebeleid is beleid voor gelijke kansen, met vaak als doel om ongelijkheden te compenseren of corrigeren.

'Er wordt gekeken of beleid onbewust ongelijkheden vergroot'

Gendergelijkheid op elke afdeling

Een fundamenteel andere manier van werken aan gendergelijkheid via beleid is door de aandacht voor gendergelijkheid in te bedden in elke beleidsafdeling: het mainstreamen van gender. Dat betekent dat binnen elke afdeling door de beleidsmakers wordt gekeken welke invloed sociaal culturele genderrollen hebben op de positie van mannen en vrouwen. Er wordt gekeken of beleid onbewust deze ongelijkheden vergroot. En hoe beleid die ongelijkheden juist zou kunnen verkleinen. Het doel is een gelijke behandeling van mannen en vrouwen in beleid en daardoor ook in de samenleving.

Gendermainstreaming wordt gezien als een van de effectiefste manieren om genderongelijkheid tegen te gaan. In de laatste jaren wordt door steeds meer landen en internationale instituties gendermainstreaming toegepast. Daardoor zijn er steeds meer kennis en goede voorbeelden beschikbaar. Gendermainstreaming houdt in dat gender onderdeel wordt van de ‘normale’ (mainstream) beleidsprocessen. Voordat beleid ontwikkeld wordt, moeten er analyses worden gemaakt van de verschillende en ongelijke situaties van mannen en vrouwen. Dat wordt aangevuld met een analyse van hoe deze genderdimensie relevant is op dit specifieke beleidsterrein. Vervolgens wordt in de uitwerking, implementatie en evaluatie van beleid steeds gekeken naar hoe het beleid het beste kan aansluiten op de omstandigheden van mannen en vrouwen.

Movisie heeft in opdracht van de directie Emancipatie van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap onderzoek gedaan naar gendermainstreaming. Op basis van dit onderzoek geven we tips aan beleidsmakers over hoe je kunt gendermainstreamen op jouw beleidsterrein.

Vijf tips voor beleidsmedewerkers

1. Pas gendermainstreaming toe in de gehele beleidscyclus: van beleidsvoorbereiding tot evaluatie

Gendermainstreaming is in elke stap van de beleidscyclus van belang. Bij de beleidsvoorbereiding is het belangrijk om goede data te hebben en een genderanalyse te maken (zie tip 2 en 3). Maar ook bij de planning, implementatie en evaluatie is gendermainstreaming van belang. Bij de planning kun je kijken naar voorwaarden die je stelt bij het verstrekken van subsidies, de samenstelling van projectteams en het maken van duidelijke doelen en indicatoren voor het monitoren van gendergelijkheid. Bij de implementatie kun je denken aan het briefen van uitvoerders over genderverschillen en hen bewustmaken van hun eigen gendernormen. En bij het monitoren en evalueren van het beleid is het ook belangrijk om gendergelijkheid goed in het oog te houden. Lees meer informatie over gendermainstreaming in de gehele beleidscyclus en beleidsinstrumenten die hierbij kunnen helpen op de website van EIGE.

2. Verzamel voldoende data en doe onderzoek naar de relevante genderverschillen op jouw beleidsterrein

Gendermainstreaming begint met data over genderverschillen op jouw beleidsterrein. Hiervoor zijn verschillende bronnen. Zo is er de emancipatiemonitor van het CBS en het SCP. Het CBS heeft ook een eigen dashboard met een breed scala aan cijfers over sociaal economische statistieken over mannen en vrouwen waarbij je zelf grafieken en tabellen kunt maken, aanpassen en opslaan. Ook het Europese instituut voor gendergelijkheid heeft voor verschillende beleidsterreinen indicatoren om te laten zien hoe het er voor staat met de gendergelijkheid. Daarnaast is het belangrijk dat de eigen onderzoeksafdelingen van ministeries en gemeenten onderzoek doen naar genderverschillen op dat beleidsterrein. Zorg dat de onderzoeksafdelingen data altijd uitsplitsen naar gender en het liefst ook naar andere identiteitsaspecten, zodat je een goed beeld hebt van waar de verschillen het grootst zijn. Houd bij eigen analyses ook rekening met dat er meer dan twee genders zijn. Movisie heeft onlangs een handreiking uitgebracht over het monitoren van de veiligheid van meiden en vrouwen. Sommige tips hieruit kunnen ook nuttig zijn voor andere beleidsterreinen. Soms zijn ongelijkheden niet bekend in Nederland, maar is er in andere landen wel onderzoek naar gedaan. Dit kan een indicator zijn voor ongelijkheid in Nederland.

3. Doe een genderanalyse

De overheid van Canada heeft richtlijnen gemaakt die beleidsmakers kunnen toepassen bij het maken van een genderanalyse op hun beleidsterrein. Volgens de richtlijnen moeten beleidsmakers een literatuurstudie doen en interne en externe stakeholders bevragen, inclusief relevante non-gouvernementele organisaties en beleidsexperts.

Genderongelijkheid kan zich uiten op verschillende manieren. Neem daarom verschillende aspecten mee in de genderanalyse. Denk aan vragen als:

  • Is er sprake van een ongelijkheid die leidt tot een ongelijke verdeling van betaald en onbetaald werk?
  • Is er sprake van een ongelijkheid die leidt tot ongelijke besluitvorming en organisatie?
  • Is er sprake van een ongelijkheid die leidt tot ongelijke organisatie van intimiteit (seksualiteit, reproductie en de relaties tussen kinderen en volwassenen?
  • Is er sprake van een ongelijkheid die leidt tot verschillen in gelijkheid en autonomie?

Wees in je analyse ook transparant over op welke vragen je geen antwoord hebt, bijvoorbeeld door gebrek aan data of onderzoek.

'Heb aandacht voor verschillen en diversiteit'

4. Betrek belangenorganisaties

Betrek belangenorganisaties met expertise van verschillende groepen vrouwen bij het maken van je beleid. Zorg dat je lokale of nationale organisaties betrekt die verschillende perspectieven kunnen inbrengen. Mannen en vrouwen zijn geen uniforme groep en kunnen dus niet door een organisatie vertegenwoordigd worden. Heb aandacht voor verschillen en diversiteit. Zorg ook dat je belangengroepen op tijd betrekt en dat je ze compenseert voor hun tijd. Een manier kan bijvoorbeeld zijn om een raad of klankbordgroep van maatschappelijke organisaties en ervaringsdeskundigen samen te stellen en deze regelmatig te laten meekijken bij het beleid.

5. Wees intersectioneel in je genderanalyse

Genderanalyses kunnen als gevolg hebben dat vrouwen te veel als een uniforme groep worden gezien. Vrouwen die lesbisch of biseksueel zijn en/of vrouwen die van kleur zijn, kunnen met andere verschillen te maken hebben dan witte heteroseksuele vrouwen. Ook kan de nadruk te veel komen te liggen op het idee dat er maar twee genders zijn. Mensen uit de praktijk raden aan om een grote variatie aan mensen uit te nodigen en hen niet te snel in een hokje te plaatsen. Zorg dat je echt luistert naar mensen met een grote variatie aan achtergronden. Dat iedereen die belang heeft bij het beleid ruimte krijgt om beleid mede vorm te geven. En respecteer de manier waarop mensen zelf hun identiteit willen vormgeven.

De Canadese overheid adviseert beleidsmakers om deze vragen te beantwoorden: 

  • Is er voldoende aandacht voor diversiteit in de analyse?
  • Welke identiteitsfactoren zijn meegenomen? (Zie het diversiteitsvlechtwerk van Movisie voor een overzicht van relevante diversiteitsfactoren).
  • In hoeverre is er sprake van diversiteit onder geconsulteerde stakeholders? Wat zou een andere samenstelling hebben betekend voor de resultaten?

Een laatste risico kan zijn dat gendermainstreaming juist stereotypen reproduceert. Door verschillen in behoeften of ongelijkheden als onveranderlijk te zien. Wees je er altijd van bewust dat deze verschillen voortkomen uit gendernormen en dat je met je beleid wil bijdragen aan het verminderen van die normen.

Meer weten?