Hoogleraar Van der Waal gaat reageren op Tim ‘S Jongers Participatielezing 2022

Op vrijdag 25 maart houdt politicoloog Tim ’S Jongers, senior adviseur bij de RVS (Raad voor Volksgezondheid & Samenleving) de vijfde Participatielezing van Movisie. Titel is ‘Van kloof naar brug: het belang van ervaringskennis voor het verkleinen van verschillen’. Een van de mensen die gaat reageren is Jeroen van der Waal van de Erasmus Universiteit Rotterdam. Net als Tim ’S Jongers heeft Van der Waal een verrassende achtergrond die zijn blik bepaalt. Wie is deze hoogleraar Stratificatiesociologie?

‘Het is tijd om op zoek te gaan naar de mechanismen die zorgen voor verschillen tussen groepen’, zei Jeroen van der Waal in een interessant interview op Sociale Vraagstukken bij zijn aantreden als hoogleraar Stratificatiesociologie in 2019. Politiek, sociale ongelijkheid en gezondheidsverschillen zijn de thema’s die hij regelmatig aanpakt in zijn artikelen op Sociale Vraagstukken. Zijn onderzoek richt zich vooral op het begrijpen van de belevingswereld van lageropgeleiden. Daarbij helpen ervaringen uit zijn jeugd: ‘Ik ben op mijn zestiende zonder diploma van school getrapt. Ik heb tot en met mijn 26e op de binnenvaart gezeten, met een jaar militaire dienst bij de marine tussendoor, en daarna heb ik nog vijf jaar ploegendiensten in de Rotterdamse haven gedraaid, terwijl ik hier aan de EUR studeerde.’

Zorgelijk

‘Ik ben de eerste uit mijn familie die studeerde. Zo leerde ik onder andere dat, waar er in de haven en op de scheepvaart op tafel wordt geslagen, gevloekt en gescholden als dingen niet goed gaan, hier op de universiteit eenzelfde sentiment wordt geuit door een situatie “zorgelijk” te noemen. Ik dacht vroeger dat hier weinig was waar mensen zich druk over maakten. Tot ik ontdekte dat ze met 'zorgelijk' bedoelden dat iets echt problematisch is. Hoger opgeleiden praten vaak in eufemismen. Als onderzoeker wil ik begrijpen wat de oorzaken zijn van zulk soort verschillen tussen lager- en hogeropgeleiden.’

We moeten op zoek naar de mechanismen achter een ongezonde leefstijl

Welke mechanismen zorgen voor verschillen tussen groepen?

Van der Waal in het interview: ‘Neem bijvoorbeeld verschillen in gezondheid tussen hoger- en lager opgeleiden. Lager opgeleiden hebben vaker een ongezondere leefstijl. Ze roken vaker, leven korter en ze leven aanzienlijk korter in ervaren goede gezondheid. Dat weten we. Nu moeten we op zoek naar de mechanismen hierachter. De eerste en meest voor de hand liggende verklaring zijn de economische verschillen tussen lager- en hoger opgeleiden. Lager opgeleiden hebben meestal minder geld, en dus minder mogelijkheden om bijvoorbeeld gezond eten te kopen, een sportabonnement te betalen, gezondheidszorg te kopen, enzovoort.’

Op gespannen voet

‘Hoewel zulke economische verklaringen intuïtief logisch aanvoelen, is wetenschappelijk bewijs daarvoor erg mager. Sterker nog, een overzichtsstudie van onder andere de KNAW laat zien dat opleidingsverschillen een grote rol spelen in allerlei gezondheidsuitkomsten, maar inkomensverschillen nauwelijks. Dat staat toch behoorlijk op gespannen voet met allerlei ideeën over hoe een ongelijke inkomensverdeling tussen lager- en hogeropgeleiden verantwoordelijk is voor hun verschil in levensverwachting en gezondheidsgerelateerde gedragingen.’

Tekortschietende ideeën

‘In een tweede set van verklaringen staan verschillen in kennis centraal. De centrale hypothese hier luidt: lager opgeleiden weten minder goed wat een gezonde leefstijl is en daarom leven ze ongezonder. Maar voor veel gezondheidsgerelateerde gedragingen is dat een weinig overtuigende verklaring, wat mij betreft. Neem roken. Die voorlichting is inmiddels zó simpel, lageropgeleiden weten heus wel dat dat ongezond is. Toch roken zij nog aanzienlijk vaker dan hogeropgeleiden. Sterker nog: onlangs hoorde ik op de radio dat roken onder zwangere laagopgeleide vrouwen de laatste jaren is tóegenomen. Daar moet iets anders aan de hand zijn dan een gebrek aan kennis, lijkt me. Ik zeg niet dat kennisverschillen op geen enkele manier een rol kunnen spelen voor gezondheidsverschillen tussen lager- en hogeropgeleiden, maar in het algemeen schieten ideeën als “ze begrijpen het niet” of “we moeten ze gewoon beter informeren” echt tekort.’

Portretfoto Jeroen van der Waal

Portretfoto van Jeroen van der Waal, fotograaf: Bob Bronshoff

Inferieur en superieur

‘Een derde set van verklaringen draait om culturele verschillen tussen lager- en hogeropgeleiden. Meer specifiek gaat het om een statusverschillen: levensstijlen die verschillen in sociale waardering. Kort gezegd: de superieure leefstijl is die van de elite, van de hogeropgeleiden. Veel leefstijlaspecten van lageropgeleiden worden als inferieur bestempeld. Het klinkt misschien hard en ongepast om het zo te zeggen, maar uit onderzoek blijkt dat we haarfijn weten wat beter en "minder goed" gedrag is. Mahler is superieur. Tv-programma's over mensen die in bikini over het strand huppelen zijn inferieur. Roken: inferieur. Salades eten: superieur.’

Breed gedeelde opvattingen

‘De superieure leefstijl is geen constante, die verandert over de jaren heen. Zo was roken nog niet zo lang geleden minder besmet. Maar in het algemeen zijn er breed gedeelde opvattingen over wat een meer achtenswaardige levensstijl is. Vanwege toenemende segregatie tussen lager- en hogeropgeleiden in domeinen als wonen, werken, vermaak en relaties, vermoed ik dat het verschil in levensstijl tussen lager- en hogeropgeleiden verder uitkristalliseert of zelfs toeneemt.’

Mooi niet!

‘Andere mechanismen gaan om verschillende vormen van aversie tegen elitecultuur onder lageropgeleiden. Variërend van het negeren ervan – "dat is gewoon niks voor mij" – tot actief verzet tegen wat zij als snobisme en paternalisme ervaren. Als iemand die amper de"'r" kan uitspreken met een belerend toontje vertelt dat je minder vet moet eten en meer moet bewegen, dan denkt deze groep: mooi niet! We vermoeden dat dat een rol speelt in, bijvoorbeeld, de lage opname van gezondheidsinformatie onder lageropgeleiden. Ze begrijpen het wel, maar willen het niet aannemen van een snob. Het kan zelfs zorgen voor actief verzet: toename van ongezond gedrag zoals roken. Misschien dat hiermee de opmerkelijke toename van roken onder laagopgeleide zwangere vrouwen kan worden verklaard.’

25 maart: Participatielezing 2022

Politicoloog Tim ’S Jongers, senior adviseur bij de RVS (Raad voor Volksgezondheid & Samenleving) de vijfde Participatielezing van Movisie. Titel is ‘Van kloof naar brug: het belang van ervaringskennis voor het verkleinen van verschillen’. Centraal in zijn verhaal staan ervaringskennis en de vraag hoe gemeenten daar veel beter gebruik van kunnen maken. Hoe kunnen beleid en uitvoering vanuit de verhalen van mensen beginnen? Jeroen van der Waal: 'Als je sociale ongelijkheid goed wilt begrijpen, moet je het door de ogen van mensen aan de onderkant kunnen bekijken. Tim kan dat als geen ander.' Afgelopen jaar verzorgde socioloog Thomas Kampen de lezing, die door Van Gennep werd uitgegeven als ‘De stofzuiger van Hanny’. Eerdere lezingen werden gehouden door Ton Wilthagen, hoogleraar arbeidsmarktvraagstukken in Tilburg, en cultuurpsycholoog en publicist Jos van der Lans. Dagvoorzitter is net als afgelopen jaar Olaf Stomp.

Kijk de Participatielezing 2022 terug

Dit artikel is grotendeels gebaseerd op het artikel ‘Hoogleraar sociologie Jeroen van der Waal: Waarom roken laagopgeleide zwangere vrouwen weer vaker?’ van Sterre ten Houte de Lange, gepubliceerd op Sociale Vraagstukken.