Met psycho-educatie spanningen verminderen

Een beschrijving met reflectie op een casus in Arnhem

Niet grote tegenstellingen, maar ongemak en fricties in de dagelijkse omgang zijn vaak de oorzaak van spanningen tussen (groepen) buurtbewoners. Hoe signaleer je spanningen in een buurt tijdig en voorkom je dat ze escaleren? Movisie beschrijft en reflecteert op vijf casussen uit de praktijk. De eerste speelt zich af in een flat in Arnhem.

In de flat hebben buren over het algemeen goed contact met elkaar. Eén bewoner vertoont zonder aanwijsbare aanleiding plots onvoorspelbaar afwijkend en asociaal gedrag. Deze vrouw steelt post van de buren, klopt ’s nachts op deuren of staat te luisteren bij die deuren. Dit leidt tot angst en spanning bij de buren op de galerij. Wat de omwonenden niet weten, is dat de vrouw die overlast veroorzaakt medicijnen slikt tegen psychoses. Wanneer ze deze langdurig vergeet in te nemen, raakt ze steeds meer ontregeld. Met regelmaat wordt ze daarom opgenomen bij een ggz-instelling. De buren hebben uiteindelijk hun klachten gemeld bij de woningcorporatie. Eén bewoner geeft aan dat die ‘er aan onderdoor gaat’ en psychische hulp heeft moeten inschakelen. De woningcorporatie heeft daarom contact gelegd met de zorg- en overlastcoördinator van welzijnsorganisatie Rijnstad, Simone Coenen.

Lees de volledige casusbeschrijving in deze pdf

Aanpak

De zorg- en overlastcoördinator zoekt contact met de behandelaar van de vrouw, Trees den Brok. Ook zij trekt zich het lot van de omwonenden aan. De professionals stellen voor om de omwonenden meer over psychische ziektebeelden te leren (psycho-educatie). Coenen en Den Brok doen dat gezamenlijk, ook al valt dat niet binnen het beroepsprofiel van de behandelaar. Met goedkeuring van zowel de vrouw als de buurtbewoners, komen de buren bijeen. Ze krijgen én de kans om uit te leggen welk effect het gedrag van de vrouw op hen heeft én ze leren meer over psychiatrische ziektes. Volgens de professionals worden hiermee spanning, angst en onwetendheid weggenomen. Daarbij is belangrijk om het verschil tussen willen en kunnen uit te leggen, stelt Den Brok. ‘Als iemand niet wil, kan je iemand op zijn of haar gedrag aanspreken. Als iemand niet anders kan, werkt dat niet. Denk bijvoorbeeld aan iemand die niet kan lopen met een half been en dat je van die persoon eist om juist op dat been te gaan lopen. Dat onderscheid begrijpen mensen en is belangrijk in deze context te benadrukken.’ Naast de psycho-educatie is er ook nog een-op-eencontact tussen de behandelaar en een buurman die veel last van de overlast ervaart en met wie ze meezoekt naar oplossingen. ‘Dat is niet mijn werk, maar ik kan het wel verantwoorden. Door het gesprek aan te gaan, voorkom ik ook dat mijn cliënt terugvalt. De buurman wil nu wél meewerken aan een oplossing.’

De professionals hebben zowel verbinding tussen de organisaties gezocht als met de bewoner en haar woonomgeving

Uitkomsten aanpak

Het resultaat van de aanpak is dat de vrouw na opname minder angstig is om terug te keren in haar woonomgeving én dat het contact is hersteld. De vrouw heeft bovendien andere medicatie gekregen wat leidt tot stabiliteit in haar gedrag. De professionals hebben zowel verbinding tussen de organisaties gezocht als met de bewoner en haar woonomgeving. Dankzij deze casus is er nu een afspraak tussen de ggz-instelling en de overlastcoördinator voor toekomstige, soortgelijke situaties. Wanneer iemand na een opname terugkeert naar de eigen woning, zal de ggz-instelling die persoon vragen of het akkoord is dat er contact met de buren en overlastcoördinator wordt gezocht om de terugkeer te versoepelen.

Lessen

Wanneer bewoners overlast ervaren door het gedrag van buurtbewoners en zich niet in staat voelen om daar iets aan te veranderen, kan dit leiden tot frustraties, angst en verlies aan sociaal vertrouwen. Uit literatuur weten we dat de kans op het ervaren van spanningen tussen mensen bij overlastgevend gedrag toeneemt wanneer zij zich onvoldoende gesteund voelen door de gemeente en andere instanties in de buurt, zoals de politie, de woningcorporatie en het welzijnswerk. Het is daarom belangrijk dat instanties of professionals zichtbaar zijn in de buurt en soortgelijke meldingen serieus nemen. Dat is in deze casus gebeurd. Er is gewerkt aan het de-escaleren en wegnemen van (onderhuidse) spanningen en het vergroten van het veiligheidsgevoel door de inzet van psycho-educatie. Zo gingen de professionals actief aan de slag met de zorgen en angst van de buurtbewoners.

Een andere methode om spanningen te verminderen is het organiseren van sociaal contact gericht op het zich beter in elkaar kunnen verplaatsen, waardoor er empathie ontstaat. Via psycho-educatie vindt dat contact indirect plaats; de professionals delen verhalen om het inlevingsvermogen te bevorderen. Dit effect kan ook worden gerealiseerd door ervaringsdeskundigen aan het woord te laten.

Overige verbeterpunten

In deze pdf lees je een uitgebreide beschrijving van de casus inclusief de verbeterpunten volgens de betrokken professionals. Aangevuld met een uitgebreidere reflectie vanuit de literatuur. Movisie heeft nog vier andere casussen beschreven. Deze verschijnen op www.movisie.nl/buurtspanningen.

Waarom en hoe doen we dit?

Tussen groepen bewoners kunnen spanningen of conflicten om verschillende redenen ontstaan. Bijvoorbeeld als er een asielzoekerscentrum in de wijk komt, als er windmolens gebouwd worden of als iemand ‘afwijkend’ en overlastgevend gedrag vertoont. Deze spanningen kunnen uitgroeien tot hardnekkige tegenstellingen, waarbij groepen mensen niet meer constructief met elkaar kunnen communiceren. We spreken dan van ongewenste polarisatie. De vraag is wat professionals kunnen doen om spanningen vroegtijdig te signaleren, zorgen dat ze afnemen en herhaling voorkomen. Movisie beschrijft in 2021 vijf casussen waarin spanningen op lokaal niveau voorkomen. Voor een casusbeschrijving interviewen we verschillende betrokken professionals. Dat kan een sociaal werker zijn, een medewerker van een woningbouwcorporatie of de gemeente. Zo komen verschillende perspectieven in beeld. Die ervaringen worden gekoppeld aan de bestaande (wetenschappelijke) kennis over de aanpak van spanningen.