Een realistische blik op vaste gezichten in het sociaal domein

De Agenda van het Sociaal Werk 2022

‘In de huidige arbeidsmarkt zijn altijd vaste gezichten een illusie.’ In een gesprek over continuïteit in het sociaal werk toont WIJeindhoven bestuurder Lex van Eijndhoven zich een man van de realiteit. Hij doet mee aan een paneldiscussie tijdens De Agenda van het Sociaal Werk 2022 op 6 oktober, waar solide sociaal werk centraal staat.

Als bestuurder van een grote sociaalwerkorganisatie is Van Eijndhoven een samenwerkingspartner van de gemeente, en bovendien is hij werkgever van sociaal werkers. Op beide fronten voelt hij verantwoordelijkheid om te werken aan stabiliteit voor de inwoners. ‘Herkenbaarheid is belangrijk, daar hebben inwoners belang bij.’

Evenementencircus

‘Stabiliteit in de hoofdkeuzes’, noemt hij als belangrijk element waar de lokale politiek naar zou moeten streven. ‘Natuurlijk leggen politici accenten. Zoals nu met de tegemoetkomingen in reactie op de energiearmoede. Dat is logisch, en dat moet ook. Maar het moet een evolutie zijn, geen revolutie. Maar politici hebben daar wel de neiging toe.’ In het verlengde van die neiging is Nederland volgens Van Eijndhoven verworden tot een ‘projecten gedreven land met een evenementencircus. Bijvoorbeeld een dialoogtafel over gezondheidsverschillen. Dat thema is belangrijk, en dat verdient inderdaad aandacht. Maar bij zo’n bijeenkomst denken inwoners: wat heb ik daar aan, gaat het wel over mij?’

Remedie

Als remedie tegen de incident gedreven werken ziet Van Eijndhoven het belang van goed getrainde sociale professionals, die echt verder aan de slag gaan met een onderwerp. ‘Het opleiden van professionals is een investering die op de lange termijn effect heeft. En die lange adem is nodig als je zo’n vraagstuk als gezondheidsverschillen echt aan wilt pakken.’ Trainen en opleiden is een ding, maar dat is nog iets anders dan het faciliteren van de professionals. Zij moeten ook voldoende tijd hebben om de opgedane kennis samen met de inwoners in de praktijk te brengen. ‘Dat is niet altijd makkelijk’, erkent de bestuurder, ‘want wij zijn een eerstelijns organisatie en de professionals hebben allemaal hun caseload die niet op zich laat wachten.’

De Agenda van het Sociaal Werk 2022: Het belang van vertrouwde gezichten

De Agenda van het Sociaal Werk 2022 op 6 oktober gaat over continuïteit en methodisch werken. Waarom zijn vertrouwde gezichten zo belangrijk in het sociaal domein? En hoe werk je als sociaal werker methodisch met mensen die gebukt gaan onder eenzaamheid, armoede, ziekte, scheiding, mishandeling, dakloosheid of een beperking? Met verschillende sprekers, waaronder Lex van Eijndhoven, kaarten we problemen en oplossingen aan. Je kunt je hier aanmelden voor de fysieke bijeenkomst. Ook is de bijeenkomst later terug te kijken.

Meld je hier aan!

Ruimte vrij spelen

Van Eijndhoven ziet desondanks op drie manieren mogelijkheden om ruimte vrij te spelen. De eerste manier om dat te doen is door als werkgever wat hij zelf noemt ‘stoere keuzes’ te maken. ‘Ik heb bijvoorbeeld binnen mijn bestaande budgetruimte gekozen voor meer capaciteit voor opbouwwerk, ook al was de caseload in de eerstelijnsondersteuning groot. Op die manier investeren we in preventie en de sociale basis..’ Daarnaast creëert hij extra ruimte via het gesprek met de gemeente, over de invulling van de werkopdracht. Ten derde wordt WIJeindhoven steeds beter in het benutten van kansen om individuele trajecten te laten evolueren naar collectieve aanpakken en om extra inzet van vrijwilligers te organiseren.

Positieve uitzondering

Als oorzaak van de discontinuïteit in het sociaal domein wordt vaak naar de aanbestedingscyclus gewezen. Wat dat betreft is de samenwerkingsrelatie met de gemeente Eindhoven een positieve uitzondering: ‘Wij zijn niet aanbesteed, er is hier geen concurrentie. Dat is echt een belangrijk verschil met andere gemeenten. Ik heb in mijn woonplaats, waar ik gemeenteraadslid ben geweest, vol verbazing gekeken naar wat daar gebeurde: door de aanbestedingen was iedereen het volgende jaar vertrokken, er waren allemaal andere partijen.’

Goed werkgeverschap

Behalve voldoende tijd om vraagstukken langdurig aandacht te kunnen geven en een meerjarig commitment vanuit de gemeente, ziet Van Eijndhoven ook zeker mogelijkheden om via goed werkgeverschap bij te dragen aan meer continuïteit en daarmee vertrouwde gezichten voor de inwoners. ‘We proberen op verschillende manieren een aantrekkelijke werkgever te zijn. Maar we hebben wel te maken met meer uitstroom dan een paar jaar geleden. In de huidige arbeidsmarkt zijn vaste gezichten echt een illusie.’

T-profiel

Als aangrijpingspunten voor goed werkgeverschap noemt hij onder meer het verlagen van de werkdruk door het verkleinen van de caseload van de professionals, en dat is onderwerp van gesprek met de gemeente. Verder creëert WIJeindhoven extra doorgroeimogelijkheden voor de professionals. ‘We zijn een vrij platte organisatie, dus verticaal is er niet zo veel. Maar we investeren veel in trainingen om mensen vanuit hun achtergrond vanuit de Wmo, participatie of jeugd te verbreden tot echte generalisten. En andersom: als de generalistische professionals eenmaal op een bepaald niveau zijn, kunnen ze zich ook specialiseren in een nieuw profiel.’

'Het is een redelijk stroperig proces. De resultaten moeten nog komen'

Goede moed

Ook het verminderen van de administratieve lasten krijgt veel aandacht in het streven de medewerkers te behouden. Ook vanuit de gemeente is er groen licht om de verantwoording eenvoudiger te maken. ‘Het is een redelijk stroperig proces, dat aan alles raakt. We zijn er vol goede moed mee bezig maar de resultaten moeten nog komen, laat ik het zo zeggen. Maar bijvoorbeeld met het tuchtrecht zoals het nu in elkaar steekt heb ik persoonlijk veel moeite. Dat het veiligheidsdenken voorop staat, werkt overmatige dossiervorming in de hand. Het geeft een onnatuurlijke druk om je in te dekken als professional.’

Methodisch werken

Tijdens De Agenda van het Sociaal Werk op 6 oktober is er ook volop aandacht voor methodisch werken als pijler onder continuïteit in het sociaal werk. Van Eijndhoven ziet dat echter niet zonder meer als noodzakelijk voor continuïteit. ‘Vertrouwen tussen de hulpvrager en de professionals ontstaat vooral door de houding van de professional, dat hij uitstraalt dat hij de weg kent en verschillende opties aanbiedt. “Heb je hier wel eens aan gedacht, of hieraan?” Bij strikt methodisch werken lopen we het risico dat we de cliënt een behandeling door de strot duwen.’

Stage bij de bakker

Van Eijndhoven bepleit dat sociale professionals zich anders opstellen dan medisch specialisten. ‘Die bieden een behandeling aan en de patiënt heeft het maar te ondergaan. Sociale professionals moeten juist goed op de handen kunnen zitten. De cliënt blijft de eigenaar van zijn eigen vraagstuk. In een participatietraject is afwijken van het standaardpad mogelijk. Als iemand bij de bakker om de hoek stage kan lopen, dan heeft dat voorrang.’

Tekst: Tea Keijl