Resto vanHarte: ontmoetingsplaats tegen sociale uitsluiting

Tien lessen voor succesvolle verspreiding en implementatie van werkwijzen

In 2005 opende het eerste restaurant van Resto VanHarte haar deuren in Den Haag. In 11 jaar is het aantal uitgebreid naar 51 locaties , verspreid over 25 gemeenten in Nederland. Een succesvolle formule dus. De ambitie is om de komende twee jaar te groeien van 120.000 naar 250.000 gasten en vrijwilligers. Wat is de reden van het succes van Resto VanHarte? En hoe wil Resto VanHarte haar ambitie gaan verwezenlijken?

We spreken hierover met Eric Apon in Amsterdam, waar het hoofdkantoor van Resto VanHarte is gevestigd. Eric is al sinds 2005 betrokken bij Resto VanHarte en heeft daar in de loop der jaren verschillende functies gehad. Momenteel is hij coördinator van grote landelijke projecten en doet hij de fondsenwerving voor de Restoprojecten in Noord-Nederland. Zijn voormalige carrière als makelaar komt hem in zijn huidige functie goed van pas. Uit het succesverhaal van Resto VanHarte formuleren we tien lessen voor het uitrollen van nieuwe werkwijzen.

1. Een heldere en concrete doelstelling

Het doel van Resto VanHarte is: ‘Het terugdringen van het sociale isolement en de sociale uitsluiting van mensen en groepen en het bevorderen van de participatie van geïsoleerde mensen en groepen aan het maatschappelijke verkeer’.

Resto VanHarte wil dit doel bereiken door:

  • het creëren van sociale ontmoetingsplaatsen (Resto’s, waar samen eten het bindmiddel is)
  • het bevorderen van de deelname aan het maatschappelijke leven (door een Meedoenprogramma)
  • het creëren en bevorderen van bewustwording in de samenleving en politiek voor het maatschappelij-ke probleem van sociale armoede en uitsluiting.
  • het genereren van maatschappelijke betrokkenheid.

Resto VanHarte wil met haar gezamenlijke eettafels een echte platformorganisatie zijn en werkt daarom op zowel landelijk niveau als lokaal samen met diverse landelijke instanties en organisaties in de wijk. Denk aan UWV Werkbedrijf, vrijwilligerscentrales, reclassering, opleidingsinstituten, het Landelijk Steunpunt Thuisadministratie, GGD, huisartsen en diëtisten, lokale sportverenigingen, lokale vrijwilligersorganisaties, de wijkagent, sociaal wijkteam, wijkbewoners, etc. Iedere Resto heeft in de basis  twee parttimers in dienst: de Restomanager en de Horecamanager. De overige medewerkers zijn vrijwilligers, stagiaires of mensen in een reclassering of re-integratieproject.

2. Een sterke betrokkenheid door een eigen financiering

‘Elke locatie van Resto VanHarte is een apart project, met een eigen administratie en een eigen begroting’, vertelt Eric Apon. 'De constructie heeft iets weg van een franchise, maar kan het beste worden uitgelegd als een landelijke stichting met lokale projecten. Om een Resto VanHarte met de bezoldigde basisbezetting twee keer per week te draaien is zo’n € 65.000 per jaar nodig. Resto VanHarte streeft naar een financieringsmix van een derde overheid (Europees, landelijk & lokaal), een derde privaat (vermogensfondsen, loterijen) en een derde bedrijfsleven, met daarnaast een kleine eigen bijdrage van de buurtbewoners.' Eric legt uit dat Resto VanHarte dankzij deze aanpak de afgelopen jaren het hoofd boven water heeft weten te houden. Veel organisaties en projecten kregen te maken met kortingen op de gemeentesubsidies en zo ook lokale Resto’s VanHarte. Toch wisten de meeste locaties dankzij deze risicospreidende aanpak de afgelopen jaren te overleven.

3. Door een mix van financiering is VanHarte minder gevoelig voor bezuinigingen

De basis van de organisatie ligt bij de Resto’s waarmee de inzet van ongeveer 25 bezoldigde fte is gemoeid. Op het VanHarte Centrum in Amsterdam is dit gemiddeld 8 fte. Hiervandaan wordt alle ondersteuning op het gebied van training, communicatie, relatiemanagement, fondsenwerving, financiële administratie en verantwoording georganiseerd en gefaciliteerd.  Naast de reguliere bezetting is er sprake van een aantal fluctuerende projectmedewerkers die uitvoering geven aan landelijke projecten van b.v. de Postcodeloterij (doneert sinds 2010 jaarlijks € 500.000) en het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

Verspreiding en implementatie van interventies

In de praktijk blijkt het niet altijd eenvoudig een bestaande aanpak verder uit te rollen. Waarom lukt het bepaalde organisaties wel om interventies succesvol te verspreiden en te implementeren? Kunnen we leren van hun ervaringen? In een artikelenreeks nemen we verschillende interventies onder de loep. Dit artikel is het eerste deel in de reeks. Lees ook het tweede deel over Natuurlijk, een netwerkcoach! De interventies staan beschreven in de databank Effectieve sociale interventies. Movisie is daarnaast bezig met het ontwikkelen van een quickscan, die organisaties kan helpen bij het schrijven van een implementatieplan.

4. Lokaal bedrijfsleven van levensbelang

‘Veel bedrijven zien graag dat hun personeel betrokken is bij de lokale omgeving of meedoet in maatschappelijk relevante activiteiten. Door mee te doen met de organisatie van Resto-avonden en deze ook te ondersteunen met een bijdrage vormen zij een belangrijke pijler onder de bedrijfsvoering van Resto VanHarte’, vertelt Eric. ‘Met ING, ABN/AMRO, SHELL en AHOLD zijn hiervoor langdurige en zeer plezierige afspraken gemaakt. Maar ook de contacten met het lokale bedrijfsleven zijn van levensbelang voor onze Resto’s.’

5. Aansluiten op ontwikkelingen in de maatschappij

Omdat Resto VanHarte graag een groter bereik en meer impact wil creëren zonder dat de bedrijfskosten significant toenemen is zij afgelopen jaar gestart met de methodiek Buurtmobilisatie. Hierbij draagt Resto VanHarte haar kennis over op de wijkvrijwilligers, om uiteindelijk te zorgen voor zelfsturende Restoteams. ‘Het doel is een omslag te bewerkstelligen van een professionele organisatie gesteund door vrijwilligers naar een vrijwilligersorganisatie gesteund door professionals’, vertelt Eric. ‘De vrijwilligers worden getraind op taken die nu door de Restomanager en de Horecamanager gedaan worden. Zij volgen hiervoor een training aan de VanHarte Academie. De professionals verdwijnen natuurlijk niet uit beeld, wel verandert hun rol en geven zij ondersteuning en coaching aan de vrijwilligers.’ Zij  blijven op de achtergrond beschikbaar. Op deze wijze kunnen zij op den duur meerdere lokale Resto’s ondersteunen waardoor met dezelfde middelen meer mensen en een grotere impact bereikt kunnen worden. Dit past goed binnen het huidige beleid van de Wmo en het vergroten van de zelfredzaamheid en het versterken van de samenredzaamheid in de wijken.

Buurtmobilisatie is als pilot gestart in Leiden. Inmiddels zijn er vier locaties opgezet die geheel op vrijwilligers gaan draaien. Eric: ‘Het leuke is dat de vrijwilligers van de verschillende locaties hier zelf het initiatief hebben genomen om een tweewekelijks MT-overleg op te zetten om elkaar op de hoogte te houden en kennis en ervaring uit te wisselen. Er ontstaat een lokaal gevoel van eigenaarschap, dat naar ons idee essentieel is voor de duurzaamheid van het Resto’, zegt Eric.

6. Vrijwilligers meer betrekken

Eric legt uit dat het van belang is om kundige vrijwilligers te vinden die de taken van de Restomanager en horecamanager kunnen overnemen. Bij de werving maken ze gebruik van de lokale vrijwilligerscentrales en ook hopen ze via de BuurtBoost evenementen nieuwe vrijwilligers te vinden. Ook hier doet Resto VanHarte aan risicospreiding; ze zoeken meerdere vrijwilligers voor het overnemen van de taken van de twee professionals. Niet alleen vanwege het voorkomen van overbelasting bij de vrijwilligers, maar ook om zo een pool van vrijwilligers op te bouwen zodat het eventuele vertrek van een vrijwilliger makkelijker opgevangen kan worden.

7. Landelijke projecten inzetten om de lokale projecten te ondersteunen

Het werven van nieuwe vrijwilligers gebeurt bijvoorbeeld via Buurtboost, een programma gefinancierd door de Nationale Postcodeloterij. Dit programma heeft twee doelstellingen:

  • Meer gasten aan tafel, met de bedoeling dat (een deel van) de gasten ook kan doorstromen naar een vrijwilligersfunctie.
  • Meer vrijwilligers werven ten behoeve van Buurtmobilisatie.

Resto VanHarte organiseert hiervoor vier grote evenementen per jaar in 20 steden, zoals buurtbarbecues, talentenjachten en kookwedstrijden. Om de impact van dit programma te kunnen meten, werkt Resto VanHarte samen met de Erasmus Universiteit en Avance Impact. Op basis van deze resultaten wordt een tool ontwikkeld  waarmee per Resto de impact gemeten kan worden en die gebruikt kan worden voor het (bij-)sturen van de activiteiten.

8. Onderzoek naar het bereik

De ambitie van Resto VanHarte is om van 2016 tot 2018 te groeien van 120.000 naar 250.000 gasten en vrijwilligers. Dit door enerzijds te groeien van nu 25 naar 41 steden en van 51 naar 89 locaties in Nederland. ‘We concentreren ons de komende jaren nadrukkelijk op de 4 grote steden en de middelgrote steden verenigd onder de G32 waarbij we bijna altijd zullen kiezen voor wijken en buurten waar de mensen het gemiddeld genomen economisch niet makkelijk hebben.’ Hoe pakt Resto VanHarte dit aan? ‘Allereerst is het belangrijk om actief contact te leggen met alle gemeenten’, legt Eric uit. ‘Daarom heeft Resto VanHarte samenwerking gezocht met VNG en de Ministeries, van Binnenlandse Zaken, SZW en VWS. We zoeken altijd eerst uit wat er speelt in een wijk of gemeente. We doen een haalbaarheidsstudie en verdiepen ons in de doelgroep, de lokale kenmerken en kijken naar mogelijke locaties. Dan gaan we met de gemeente en lokale vertegenwoordigers uit die wijken om de tafel.’

9. Aansluiten bij lokale omstandigheden en kenmerken van de wijk

‘We geven altijd aan op welke lokale kenmerken we de gemeente willen en kunnen ondersteunen. Zo werken we bijvoorbeeld in Arnhem (één van de Gezond-In-De-Stad-gemeenten) samen om gezondheidsachterstanden aan te pakken. Vervolgens zoeken we de relevante lokale partijen (zoals welzijns-organisaties, woningbouwcoöperaties, bewoners) bij elkaar en vormen we een initiatiefgroep. Dit lokale draagvlak is cruciaal. Zonder lokaal draagvlak gaan we eigenlijk nooit aan de slag, omdat de kans van slagen dan beperkt is. Om diezelfde reden gaan we eigenlijk ook nooit verder als de gemeente niet bereid is om minstens een derde van de financiering voor haar rekening te nemen.’

10. We hebben draagvlak

Waar is Eric het meest trots op? ‘Dat er nog zoveel projecten draaien! Dat we de wegen gevonden hebben om het te blijven financieren en dat de klanttevredenheidsonderzoeken laten zien dat zoveel mensen door de Resto’s VanHarte gelukkiger en minder eenzaam zijn.’

Lees meer informatie op www.restovanharte.nl en bekijk de methodebeschrijving van Resto VanHarte in de databank Effectieve sociale interventies.