'Samenhang is de sleutel tot een sterkere sociale basis'

Amersfoorts wethouder vertelt hoe zij dit hebben aangepakt

Fleur Imming werkte de afgelopen vier jaar als wethouder Wijken, Wonen en (jeugd)Zorg hard aan het versterken van de sociale basisinfrastructuur in Amersfoort. Met focus op laagdrempelige voorzieningen in de wijk. Daarvoor werd de structuur compleet aangepast.

Fleur Imming: ‘De nieuwe manier waarop we in de gemeente hulp en ondersteuning organiseren wordt goed weergegeven door een piramide. De brede basis in de zorgpiramide omvat de zelfredzaamheid en de hulp uit de eigen omgeving. Bijvoorbeeld ouders die elkaar helpen en ondersteunen bij opvoedingsvragen, of die als coach optreden voor een jongere met wie het tijdelijk wat minder gaat op school. Dit vraagt om een sterke sociale basisinfrastructuur met laagdrempelige mogelijkheden voor (kwetsbare) mensen. We richten ons op drie elementen: elkaar ontmoeten, informatie en advies krijgen en ondersteuning en toerusting’.

‘Waar we tegenaan lopen is dat we heel veel verwachten in de basis van de piramide, maar dat het financieel zwaartepunt – dure specialistische zorg, zoals de GGZ - nu juist boven in de piramide zit. Om te zorgen dat het stelsel in beweging komt, moeten alle lagen van de piramide goed met elkaar communiceren. Daarbij zetten we in op meer preventie en vroegsignalering, zorg dichtbij en zelfredzaamheid van inwoners. We positioneren de sociale wijkteams daarin heel sterk als toegangspoort tot de zorg en houden contact met huisartsen, scholen, welzijnswerk. Hiermee willen we problemen en de mogelijke verergering hiervan zo veel mogelijk voorkomen. Dat is natuurlijk prettiger voor de mensen waar het om gaat en maakt het ook nog eens goedkoper’.

 

Sociaal domein piramide

Wijkaanpak

‘De 9 sociale wijkteams bieden hulp en kunnen doorverwijzen naar specialistische zorg waar nodig. Daarnaast hebben we begin 2017 een grote stap vooruit gezet door het welzijns- buurt- en vrijwilligerswerk anders te organiseren. We hebben de contracten met 12 gesubsidieerde partijen beëindigd en de regie bij één partij neergelegd: Indebuurt033, die dit voor heel Amersfoort coördineert. Daarmee kunnen we nu veel beter sturen op samenhang’.
Indebuurt033 is er voor mensen die anderen willen ontmoeten, die vragen of zorgen hebben over opgroeien en opvoeden, geldzaken, wonen of andere leefgebieden. Ik wil zoveel mogelijk taken naar het voorveld brengen, en heb hier nu ook de sociaal-juridische dienstverlening ondergebracht.

Jeugd

Met ruim 40.000 inwoners onder de 24 jaar heeft de gemeente Amersfoort een flinke kluif aan de jeugd. Fleur Imming: ‘Als gemeente investeren we veel in gezondheids- en preventieprogramma’s op scholen, bij sportclubs en in de horeca. Het programma B.Slim draait al enkele jaren succesvol. De schooluitval daalde van 4 naar 2 procent. Dat is mooi, maar nog niet goed genoeg. Het is een kwestie van volhouden en langzaam winst boeken. Er zijn veel jongeren met hoge schulden. Dat is een grote zorg. Landelijk wordt nagedacht over het kwijtschelden van schulden bij jongeren. Ik zou dat in Amersfoort ook graag willen proberen. We hebben nu met het programma Jong in Amersfoort ingezet op een integrale aanpak.

De sociale basis: terug van weggeweest

Er is de laatste paar jaar toenemende aandacht voor de sociale basis en hoe deze te versterken is. De sociale basis wordt van belang gezien voor het slagen van de transformatie. De afgelopen jaren is er vooral veel aandacht geweest voor de transitie en het herinrichten van het sociaal domein met een belangrijke rol voor de sociale (wijk)teams. Deze hadden twee opgaven: het ondersteunen van individuele huishoudens en het werken aan preventie en verbindingen leggen in en met bewoners in de wijk. In de praktijk blijken de wijkteams zich vooral te richten op de aanpak van (multi)problemen van individuele huishoudens en komen zij aan de tweede opgave te weinig toe.

Hoewel het begrip relatief nieuw is, is het denken over de sociale basis niet nieuw. Je zou ook kunnen spreken van een herontdekking of hernieuwde aandacht. In de vorige eeuw werd er bijvoorbeeld gesproken over het belang van het maatschappelijk middenveld, de civil society en sociale basisinfrastructuur. De sociale basis heeft daar belangrijke overeenkomsten mee. Er is echter ook een belangrijk verschil, namelijk de nadruk die gelegd wordt op burgerkracht en informele verbanden en netwerken, vooral in relatie tot zorg voor kwetsbare burgers. Overigens betekent hernieuwde aandacht voor de sociale basis niet dat er geen sociale basis is. Er zijn in Nederland tal van voorbeelden waarbij inwoners zelf allerlei verbanden, initiatieven en activiteiten met elkaar aangaan (zie www.buurtwijs.nl). Dit illustreert dat de sociale basis een autonome kant en eigen dynamiek kent. Het is belangrijk dat te erkennen.

Een nadere verkenning van het begrip, door middel van interviews, literatuurstudie en verkennende gesprekken laat zien dat er verschillende ideaal typen sociale basis zijn. Het functionele en relationele type liggen daarbij het verst uiteen. Daarnaast zijn er allerlei mengvormen. Deze worden vooralsnog omschreven als het hybride type. Deze ideaaltypen kleuren ook in hoe de sociale basis versterkt kan worden en op welke manier bepaald kan worden of er sprake is van een sterke sociale basis.   

In het functionele ideaal type  wordt ook vaak gesproken over sociale basisinfrastructuur. Deze wordt gezien als een middel om bepaalde doelgroepen te bereiken en problemen aan te pakken. Centraal staat de vraag: wat moet er in de sociale basisinfrastructuur aanwezig zijn om bepaalde functies te vervullen? Ontmoeting, voor bijvoorbeeld eenzame ouderen in de wijk; informatie en advies, bijvoorbeeld door middel van informatie- en steunpunten voor mensen met financiële vragen en problemen en lichte vormen van ondersteuning, bijvoorbeeld in de vorm van dagbesteding voor mensen met lichte psychiatrische problematiek,  zijn daarbij veel gehoorde functies.

Bij het relationele ideaaltype ligt de nadruk op de betekenis die mensen geven aan de sociale basis. Uitgangspunt is dat het voor alle mensen en de gemeenschap als geheel belangrijk is deel uit te maken van en terug te kunnen vallen op een sterke sociale basis. In deze visie staan inwoners centraal en hoe zij deel uit willen maken van voor hun betekenisvolle verbanden en activiteiten. De sociale basis is belangrijk voor het realiseren van sociale kwaliteit van individuele inwoners en gemeenschappen en waarden die daarbij horen zoals sociale cohesie, sociale rechtvaardigheid, solidariteit, wederkerigheid.

Tussen deze uiteenlopende en wat zwart-wit beschreven ideaaltypen bestaan in de praktijk allerlei mengvormen. Dan is er sprake van wat we hier alsnog het hybride type sociale basis noemen en dat bestaat uit allerlei verbindingen tussen de fysiek aanwezige infrastructuur en het menselijke en informele deel.

Movisie formuleert in de startnotitie 'De sociale basis: terug van weggeweest' antwoorden op wat we verstaan onder de sociale basis en hoe je die kunt versterken. Ook gaat de startnotitie in op vragen als: hoe weet je en meet je wanneer er sprake is van een sterke sociale basis?

Bekijk de startnotitie

Sociaal vitaal

Speciaal voor kwetsbare ouderen is het programma Sociaal Vitaal opgezet. Het laagdrempelige groepsprogramma wordt gecombineerd met vaardigheidstrainingen die gericht zijn op het verminderen van eenzaamheidsklachten, het verbeteren van het zelfvertrouwen en het omgaan met gevoelens van somberheid. Na een persoonlijke benadering en fittest wordt het programma wekelijks onder deskundige leiding in de eigen wijk of buurt aangeboden. Fleur Imming: ‘Mensen komen echt hun huis weer uit en hebben contact met andere mensen, een prachtig programma waarmee we meerdere doelen bereiken. We laten dit ook wetenschappelijk monitoren door de Rijksuniversiteit Groningen zodat we de resultaten ook op langere termijn kunnen meten’.

Met het wijkgerichte project B.Slim richt Amersfoort zich op het terugdringen van overgewicht bij kinderen. De projectleiding van B.Slim is in handen van de gemeente en de GGD, maar er  wordt ook met vele andere organisaties – deels privaat - samengewerkt. De  buurtsportcoaches zorgen voor de werving en uitvoering. Kinderen met ernstig overgewicht worden doorverwezen naar de kinderartsen in het ziekenhuis.

Armoede

‘Een schrijnend probleem vind ik armoede, omdat dit ook veel doet met je gezondheid, gevoel van eigenwaarde en IQ. We hebben in Amersfoort eind 2017 hier aanvullend beleid voor vastgesteld. We willen ook vanuit de wijken de armoede verder terugdringen; bijvoorbeeld met de empowerment methode, waarmee Movisie al goede ervaringen heeft opgedaan met een project voor klanten van de Amersfoortse Voedselbank’.

Regionale samenwerking

‘Met de decentralisatie hebben we de zorg en ondersteuning dichter bij de mensen kunnen organiseren. We hebben veel meer gevoel gekregen: wat speelt er bij de inwoners. Echte betrokkenheid dus. Zelf ervaar ik ook veel meerwaarde van het samenwerken in G32-verband. Dan heb je te maken met dezelfde schaalgrootte, vergelijkbare problematiek. Maar als ik om me heen kijk zie ik hoe gemeenten vaak nog worstelen. In mijn regio pleit ik ervoor om zoveel mogelijk samen te werken en expertise en middelen te bundelen. Zo werken we samen op beleidsontwikkeling en voert Amersfoort in opdracht van de regiogemeenten taken uit, zoals bijvoorbeeld de inkoop van zorg. Het gaat immers ook om solidariteit en onze burgers bewegen zich door de hele regio heen’.

Missie

Fleur Imming: ‘Er is een kleine groep mensen voor wie het leven ingewikkeld is. Ik wil deze mensen kansen bieden om er bovenop te komen en een gelukkiger leven te leiden. Er is al veel bereikt, maar er valt nog winst te boeken met de verdere ontschotting tussen zorg en werk en inkomen en armoede en het afstemmen van de woonbehoefte. Amersfoort groeit en de sociale cohesie moet wel overeind blijven. Wat ik spannend vind is: krijgen we de ruimte van Den Haag om te laten zien wat we kunnen, doorontwikkelen? Ik ben benieuwd en wil de beweging graag voortzetten.’

Dit artikel is eerder verschenen in Movisies.