‘Schaamte is geen emotie, maar een overtuiging’

Schaamte doorbreken: een persoonlijke blik op een hardnekkig systeem

Schaamte: we hebben er allemaal weleens mee te maken. Dat ongemakkelijke gevoel dat ontstaat als je afwijkt van de norm, bang bent voor afwijzing of je eer in gevaar ziet komen. Het is universeel, maar de manier waarop we het ervaren verschilt per cultuur. Daar weet Samira El Kandoussi, online bekend als Samira Transformer, alles van. Ze groeide op in een patriarchale cultuur waarin schaamte een dominante rol speelde en vertelt openlijk over wat dit voor haar betekende en welke impact het had op haar leven.

El Kandoussi’s verhaal gaat verder dan persoonlijke ervaringen. Het laat zien hoe schaamte en taboes binnen gesloten gemeenschappen vrouwen en lhbtiqa+ personen beperken, maar ook mannen onder druk zetten. Door hierover te spreken en rolmodellen het gesprek te laten openen, laat ze zien dat verandering van binnenuit desondanks mogelijk is. Inmiddels noemt El Kandoussi zichzelf ‘De vrouw die alles durft te bespreken’ en ‘taboedoorbreker’. Ze behandelt het fenomeen ‘schaamte’ aan de hand van haar persoonlijke verhaal, zonder daarbij met de vinger te wijzen naar haar familie. Wel wijst ze naar het diepgewortelde systeem dat een schaamtecultuur in stand houdt.

‘Ik had een zoon moeten zijn’

Samira El Kandoussi groeide op in een gezin met acht dochters en ‘maar’ één zoon. Ze vertelt dat ze uit een patriarchale cultuur komt waarin het krijgen van zoons het aanzien van de ouders verhoogt. ‘Zoons erven het land’, noemt ze als één van de redenen. Dat haar vader vooral dochters kreeg bleef niet onbesproken. ‘We groeiden op in angst dat vader het huis zou verlaten en zou hertrouwen. Er kwam zelfs een oom hierover praten.’ Als dochter ontwikkelde El Kandoussi in haar jeugd gevoelens van schaamte over haar identiteit en bestaan. 

‘In sommige gemeenschappen staan eer en schaamte boven individuele gevoelens’

Toenemend bekeek ze zichzelf met afwijzing, ‘omdat ik een zoon had moeten zijn’. De schaamte had niet alleen betrekking op haar gender, maar ook op hoe ze zich diende te gedragen. ‘Van jongs af aan hoorde ik telkens: ‘Schaam je!’, ‘Dat zeg je niet!’ El Kandoussi ontwikkelde angst voor afwijzing en veroordeling. Als reactie daarop ging ze pleasegedrag vertonen en kreeg ze moeite met ‘nee’ zeggen. Ze groeide daarnaast op in ‘zwijgcultuur’ waarin over allerlei onderwerpen geen vragen mochten worden gesteld en waarover niet mocht worden gepraat. Ondertussen droomde ze van een toekomst als journalist. Daarom creëerde ze een alter ego: ‘Samira de journalist.’ Vanuit dit alter ego begon ze kritische vragen te stellen aan alles en iedereen.

‘In sommige gemeenschappen staan eer en schaamte boven individuele gevoelens’, zegt El Kandoussi. Ze legt uit hoe schaamte als een deken over sommige culturen hangt, waardoor allerlei onderwerpen niet besproken kunnen worden en daardoor onzichtbaar blijven. Op school ontdekte ze dat klasgenoten zich niet telkens over alles schaamden. El Kandoussi dook in onderzoeken over schaamte en eerculturen, sprak met vele mensen over hun ervaringen, schreef artikelen en maakte documentaires. Hierdoor kreeg ze ook veel ‘over zich heen’. Wie taboes bespreekbaar maakt, krijgt immers te maken met aanmoediging, maar ook met weerstand.

Schaamte als identiteit

'Schaamte gaat om wie je bent, niet om wat je hebt gedaan.'

Geïnspireerd door haar persoonlijke zoektocht is El Kandoussi van mening geraakt dat schaamte geen emotie is, maar een overtuiging. Ook maakt ze onderscheid tussen ‘schuldculturen’, waarbij het gaat om wat je hebt gedaan en niet om wie je bent, versus ‘schaamteculturen’, waarbij de schaamte raakt aan je identiteit. Ze benadrukt dat ze niet haar familie of ouders als individuen wil aanwijzen, maar het diepgewortelde systeem dat hieraan ten grondslag ligt. ‘Mijn ouders waren dragers van het systeem dat ook hen heeft gevormd en getraumatiseerd.’ Factoren zoals armoede, gebrekkig onderwijs en sociale druk stonden verandering in het systeem in de weg.

De invloed van het patriarchaat

De schaamte waarmee El Kandoussi als kind te maken kreeg, ziet zij als een gevolg van een patriarchaal systeem. Ze verwijst daarbij naar de Marokkaanse feministische sociologe Fatima Mernissi (overleden in 2015) die in haar werk beschrijft hoe religieuze regels binnen de islam soms worden geïnterpreteerd in het voordeel van mannen. Begrippen als ‘schaamte en eer’ worden dan controlemechanismen in patriarchale culturen. Niet alleen vrouwen lijden hieronder, maar ook homoseksuele mannen. Ook heteroseksuele mannen ervaren druk om te voldoen aan verwachtingen sterk en mannelijk te moeten zijn en geen kwetsbaarheid te tonen. ‘Uiteindelijk lijdt dus iedereen onder het systeem.’

'We zijn kuddedieren, het zusje van schaamte is afwijzing.’

El Kandoussi's missie is om schaamte en andere taboeonderwerpen bespreekbaar te maken, zonder angst voor veroordeling. Ze pleit ervoor dat ook tussen generaties vaker de dialoog hierover wordt gevoerd. ‘We zijn kuddedieren', zegt ze. ‘We willen ergens bij horen en doen mee uit angst voor verstoting. We ontkennen de problemen en zwijgen uit angst voor roddels, uitsluiting en gezichtsverlies. Het zusje van schaamte is dan ook afwijzing.’

Het bewaken van de zwijgcode

Om taboes te doorbreken, vindt ze het essentieel dat rolmodellen uit de gemeenschappen zélf het gesprek openen. Door zoveel mogelijk verhalen te delen in een herkenbare context, maken zij zichtbaar dat kwetsbaarheid tonen geen schande is, maar juist een kracht. Haar wens voor de toekomst? ‘We moeten het met liefde oplossen. Niet met boos zijn op iedereen.’ Ze vindt het belangrijk dat vrouwen inzien dat zij het systeem óók in stand houden. ‘Zowel mannen als vrouwen bewaken de zwijgcode.’ Zolang moeders en zussen blijven zeggen: ‘Doe dit maar niet, anders gaat je vader zich schamen’, wordt schaamte van generatie op generatie doorgegeven. Daarmee heeft iedereen een rol in het zetten van stappen naar een samenleving voorbij de schaamte.