‘Het Utrechtse model’ bij de overgang van Wmo naar Wlz

Het is één van de meest complexe vraagstukken: de overgang van de Wmo naar de Wlz. Voor zowel inwoners als professionals is het ontzettend lastig om deze weg te vinden van en naar deze twee wetten. Koplopergemeente Utrecht heeft zich vastgebeten in dit vraagstuk. Hierbij gebruiken zij ‘het Utrechtse model’, waarbij sturen vanuit de bedoeling en de uitvoeringspraktijk centraal staat. De onafhankelijke cliëntondersteuners van U Centraal zijn een belangrijke spil in dit vraagstuk. Samen met de gemeente sloegen zij de handen ineen om de overgang tussen de Wmo en de Wlz te verbeteren. Hoe zij dat hebben gedaan lees je in dit artikel.

Gemeente Utrecht werkt, samen met partners in het sociaal domein, vanuit ‘het Utrechtse model’. Dit is een breed gedragen doorleefde visie en aanpak voor de verbetering van het Utrechtse sociaal domein. Gijs van Leeuwen (beleidsadviseur Gemeente Utrecht): ‘In dit model staat sturen vanuit de bedoeling centraal. Dit vraagt om een omslag in denken en doen bij professionals, gemeente en inwoners. De leidende principes van dit model zijn: de leefwereld centraal, doen wat nodig is, ruimte voor professionals, uitgaan van mogelijkheden en zo nabij mogelijk en eenvoud. Wij stellen de uitvoeringspraktijk centraal in de inrichtingskeuze en streven ernaar de praktijk leidend te laten zijn.’  

Buurtteams als eerste aanspreekpunt

Buurtteams zijn het eerste aanspreekpunt voor alle vragen op het gebied van maatschappelijke ondersteuning, (preventieve) zorg, jeugdhulp, onderwijs, welzijn, wonen, werk en inkomen. Ze staan fysiek dicht bij de inwoner en zijn vrij toegankelijk. ‘Cliëntondersteuning is daarbij op twee manieren ingericht’, vertelt Irene Witjens, directeur van welzijnsorganisatie U Centraal. ‘Medewerkers van de buurtteams bieden cliëntondersteuning en U Centraal biedt daarnaast onafhankelijke cliëntondersteuning. Inwoners kunnen met al hun vragen terecht bij een buurtteam, dus ook als iemand meer zorg en ondersteuning nodig heeft waardoor de Wlz in beeld komt. Buurtteams pakken dit in principe zelf op, maar inwoners kunnen voor een tweede blik of meer informatie en advies altijd terecht bij U Centraal.’

Overgang Wmo naar Wlz voor ouderen

Als koploper focust Utrecht zich op de doelgroep kwetsbare ouderen in de overgang van de Wmo naar de Wlz. ‘Deze overgang wordt door cliënten en hun naasten vaak als ingewikkeld en belastend ervaren. Daarom is doorlopende cliëntondersteuning tussen deze wetten een belangrijke ontwikkelopgave voor ons’, aldus Irene. Daarnaast is de inhoudelijke focus op deze doelgroep en problematiek een mooie manier om het gesprek aan te gaan met betrokken partijen, zoals de buurtteams. Vanuit U Centraal is daarom een projectleider aangesteld om met de ambities aan de slag te gaan. 

'Wij stellen de uitvoeringspraktijk centraal in de inrichtingskeuze en streven ernaar de praktijk leidend te laten zijn'

Afstemmingsoverleg met diverse partijen 

De eerste stap was het opzetten van een structureel overleg tussen de belangrijkste partijen binnen de Wmo en Wlz, met als doel om kennisoverdracht en bekendheid onderling te vergroten. Trix van Leeuwen, projectleider vanuit U Centraal, vertelt: ‘Dit afstemmingsoverleg heeft haar nut bewezen, samen met diverse partijen zijn goede werkafspraken gemaakt.’ Irene vult aan: ‘Door deze overleggen is er meer begrip en duidelijkheid gekomen over onafhankelijke cliëntondersteuning. Dat heeft onze positie versterkt, ook bij het zorgkantoor Zilverenkruis die aanwezig was.’ 

Koers veranderen 

In het overleg werd onder andere het idee van een routekaart voor onafhankelijke cliëntondersteuning besproken. Gijs: ‘Het bleek dat niet iedereen hetzelfde dacht over de rol- en taakverdeling. Op een gegeven moment lekte de energie een beetje weg. Er was bij de aanwezige partijen veel meer behoefte aan verbinding en om het gesprek aan te gaan met de uitvoering. Vandaar dat we besloten de koers te veranderen. Geen groot afstemmingsoverleg meer, maar een meer outreachende werkwijze.’ 

Op bezoek bij buurtteams

Met het idee om informatie op maat te kunnen geven, taakverdeling toe te lichten en behoeften te onderzoeken ging Trix langs de Utrechtse buurteams. ‘Als onafhankelijke cliëntondersteuner bij U Centraal heb ik een goed beeld van wanneer wij wel en niet iets kunnen betekenen voor inwoners. In de praktijk bleek niet altijd helder voor professionals. Wanneer ga je naar het Buurtteam en wanneer worden wij ingeschakeld? De buurtteams in Utrecht zijn de eerstelijns ondersteuners, zij zijn de eerste organisatie waar mensen terecht komen. Hier kijken ze naar de hele situatie van de inwoners, breder dan alleen de hulpvraag. Wij komen in beeld wanneer het bij een zorgvraag niet helemaal lekker loopt in het contact of wanneer iemand het niet eens is met de beslissing.’

Tussen wal en schip 

De complexiteit van de overgang van de Wmo naar Wlz herkent Nienke heel goed. ‘Het is voor inwoners ontzettend lastig om te overzien waar zij een beroep op kunnen doen. Zelfs professionals raken soms het overzicht kwijt. De Wlz wordt wel aangevraagd, maar lang niet altijd toegekend. Inwoners vallen dan tussen wal en schip en als buurtteam doen wij dan veel aan overbrugginszorg. Uiteindelijk zorgen we dat we ondersteuning regelen voor de inwoner, maar makkelijk is het niet. Daarom is het fijn om korte lijnen te hebben met de onafhankelijke cliëntondersteuners van U-centraal’. Ook Trix benadrukt dit: ‘Het was niet altijd duidelijk wat onze rol - en die van het buurtteam – kon zijn in het ondersteunen bij de overgang van Wmo naar Wlz. Op bezoek gaan bij elkaar was heel behulpzaam, want juist bij die overgang is onze ondersteuning hard nodig.’ 

Complexiteit overgang Wmo naar Wlz

Buurtteammedewerker Nienke krijgt dagelijks met de impact van de complexe overgang te maken.  ‘Het is ontzettend ingewikkeld om de juiste hulp te krijgen en sommige mensen zijn zorg mijdend, terwijl je ziet dat ze ondersteuning nodig hebben. Een cliënt had bijvoorbeeld veel zorg nodig die zijn echtgenote kon verlenen. Voor hem werd een aanvraag voor Wlz gedaan. De uiteindelijke financiële consequenties hielden het echtpaar tegen om over te gaan naar de Wlz. Nu wordt het maar opgelost met dagelijkse dagbesteding en wijkverpleging, mantelzorgondersteuning en zorg van zijn mantelzorger. Of een cliënt die verslaafd was aan alcohol en zorg mijdend. Hij accepteert nu onze hulp, maar ik verlies zijn vertrouwen als ik begin over de Wlz.’ En zo kent Nienke veel meer situaties.

Ruimte om aan te passen

Een belangrijk advies van de gemeente Utrecht? Gijs: ‘Creëer ruimte in het projectplan om het continu te kunnen toetsen en aan te passen. Blijf je bewust van de behoefte en toets dit aan de realiteit. Wees flexibel om tussentijds te veranderen. Wij begonnen met een afstemmingoverleg, maar zijn toen overgestapt op een meer outreachende en persoonlijke aanpak waarbij Trix langsging bij de buurtteams.’ Deze flexibiliteit was ook nodig in de ambities rondom informatievoorziening en communicatie. ‘Waar wij eerst de focus hadden op goede informatievoorziening voor inwoners over de overgang van Wmo naar Wlz, hebben wij gedurende het traject een switch gemaakt naar een focus op juiste informatievoorziening voor professionals’, vertelt Irene. ‘Informatievoorziening hoeft niet altijd rechtstreeks naar de inwoners, dat kan ook getrapt via professionals, dat werkt ook goed.’ 

Samenwerking zorgkantoor

De samenwerking met het zorgkantoor Zilverenkruis was helpend bij het ontwikkelen van deze informatie. ‘Na de gesprekken met buurtteams en diverse andere koplopergemeenten heeft U Centraal samen met het zorgkantoor Zilveren Kruis een checklist ontwikkeld. ‘In deze checklist zijn een aantal persoonlijke checks, zorgchecks en financiële checks opgenomen. Deze kun je doorlopen en afvinken. Dan wordt duidelijk of een Wlz-aanvraag op dit moment passend is voor de inwoner. Ook helpt de checklist waar te beginnen en wat te regelen wanneer een Wlz-aanvraag gedaan gaat worden’, vertelt Trix. ‘Op dit moment zijn wij in gesprek met zorgkantoor Zilveren Kruis of wij op basis van hun casussen over de overgang van Wmo naar Wlz met buurtteams casusbesprekingen kunnen houden. Daarnaast zijn wij van plan om samen een training te starten voor buurtteams over de Wlz.’

De toekomst

Gijs: ‘Binnen het Koploperstraject hebben we ons vooral gericht op het versterken van de rol van onafhankelijke cliëntondersteuning in Utrecht. De overgang van Wmo naar Wlz is een kapstok geweest, een manier om het gesprek met elkaar aan te gaan. Daar zijn mooie producten uitgekomen, zoals de checklist en de training. Focussen op een dergelijke doelgroep maakt het heel duidelijk waar de gesprekken met de betrokken partijen over moeten gaan. Het belangrijkste is dat OCO nu beter op de radar staat.’ Trix vult aan: ‘Ook de nauwe contacten en duidelijkere afspraken met de buurtteams en de onafhankelijke cliëntondersteuners van U Centraal zijn een mooi resultaat van dit traject.’ Voor Utrecht staat voor de komende tijd borging op de agenda, vertelt Gijs. ‘Hoe kunnen we borgen wat we hebben bereikt in dit traject? We moeten elkaar sowieso structureel blijven vinden, dat is het belangrijkste en sluit aan bij het Utrechtse model’.