Waarom Almere en Teylingen Koplopergemeente Onafhankelijke Cliëntondersteuning zijn

Interview met Dirk-Albert Prins en Bram Danen

Cliëntondersteuning helpt inwoners passende zorg en voorzieningen te regelen. Binnen het koploperproject zijn gemeenten aan de slag gegaan met het verbeteren van het aanbod, de vindbaarheid en de kwaliteit van cliëntondersteuning. Maar hoe wordt je koploper? En wat is de meerwaarde? Dirk-Albert Prins, adviseur Wmo in Almere en Bram Danen, beleidsmedewerker van de gemeente Teylingen vertellen hun ervaringen met het Koplopersproject Onafhankelijke cliëntondersteuning. Een initiatief van de VNG, Ieder(in) en de Koepel Adviesraden Sociaal Domein waarin Movisie in de uitvoering ondersteunt.

Hoe wordt je koploper? 

‘De deelname aan het koploperproject heeft ons proces verrijkt'

In Almere nam een groep inwoners het initiatief om de clientondersteuning anders in te richten. Dit leidde tot een intensieve samenwerking tussen inwoners, maatschappelijke organisaties en de gemeente. Volgens Prins ontstond vanuit deze enthousiaste samenwerking het idee om aan te sluiten bij het koploperproject. ‘De deelname aan het koploperproject heeft ons proces verrijkt. Het biedt Almere de mogelijkheid om inzichten te delen en tegelijkertijd inspiratie op te doen bij andere steden.’

Teylingen heeft in de beleidsdoelstellingen van het sociaal domein opgenomen dat er, in overleg met de maatschappelijke partners, een visie op cliëntondersteuning wordt ontwikkeld. Danen licht toe: ‘Bij het vaststellen van de visie op cliëntondersteuning in de gemeenteraad werd het college in een motie opgeroepen zich aan te melden voor het koploperproject. Daarmee krijgen de ambities van Teylingen op dit gebied een extra impuls. Ons college onderschreef deze gedachtegang en de dag na het aannemen van de motie werd contact opgenomen met Movisie.’

Wat is de meerwaarde?

Prins: ‘Door als koploper op te treden, draagt Almere uit dat de onafhankelijke cliëntondersteuning iets is waar we belang aan hechten. Dit is een extra stimulans om de lokale ambities versneld waar te maken. Daarnaast biedt het koploperproject de kans om de Almeerse aanpak, inzichten en ervaringen breder te delen en om van gedachten te wisselen met anderen. Met de verdere ontwikkeling van de onafhankelijke cliëntondersteuning willen we ook de inwonergerichtheid van de toegangslokketten vergroten. Ervaringsdeskundigen houden professionals een constructief-kritische spiegel voor vanuit inwonerperspectief. De gedachte is: hoe beter toegangsprofessionals inspelen op behoeften van inwoners, des te beter het toegangsproces verloopt. Hierdoor is er mogelijk ook minder vraag naar onafhankelijke cliëntondersteuning als verbindende schakel.’

Omdat Teylingen pas net is begonnen aan het koploperproject is het voor Danen lastig om de meerwaarde te bepalen. Maar de gemeente heeft wel verwachtingen. ‘Wij hopen vooral veel te leren van de andere koplopers, zowel van de nieuwe als de bestaande lichting. Bijvoorbeeld over het bouwen aan een netwerk waar we elkaar zowel formeel als informeel kunnen treffen.’ Teylingen ontwikkelt de visie vanuit co-creatie met maatschappelijke partners. Ook de uitvoering van de visie vindt vanuit de gedachte van gezamenlijkheid plaats. ‘Op deze manier ontwikkelen we een breed gedragen product.’

Wat zijn jullie ambities?

'Het is de bedoeling om niet alleen cliënten te versterken, maar ook hun naasten'

Naast professionele cliëntondersteuners van de organisatie MEE IJsseloevers werkt Almere met een pool van zo’n dertig ervaringsdeskundigen. Prins: ‘Zij zijn bekend met veelvoorkomende vraagstukken van mensen met Wmo-ondersteuning, zoals mantelzorgen, ouder worden in de stad of leven met een lichamelijke beperking, autisme, een lichte verstandelijke beperking, psychische problemen of niet-aangeboren hersenletsel. De komende tijd breiden we de pool uit met ervaringsdeskundigen met verschillende culturele achtergronden en met een geschiedenis van opvoed-, relatie- of armoedeproblemen. De inzet van de pool kan zich daarmee verbreden naar de werkterreinen jeugd, passend onderwijs, werk en inkomen, armoede- en schuldenbestrijding en de Wet langdurige zorg. Binnen alle werkterreinen is het de bedoeling om niet alleen cliënten te versterken, maar ook hun naasten: familie, vrienden en mantelzorgers. Hiervoor denken we aan eenvoudige e-learningmogelijkheden.’

'We besteden extra aandacht aan de positionering van ervaringsdeskundigheid'

Ook Teylingen ziet een grote rol voor ervaringsdeskundigen. De gemeente wil, samen met maatschappelijke partners, een netwerk van professionele, ervaringsdeskundige en vrijwillige onafhankelijke cliëntondersteuners ontwikkelen. Danen: ‘Door een zo breed en toegankelijk mogelijk aanbod voor alle doelgroepen te creëren, zorgen we ervoor dat iedereen de ondersteuning krijgt waar hij of zij behoefte aan heeft. We besteden extra aandacht aan de positionering van ervaringsdeskundigheid. Zo zoeken we samenwerking met de organisatie Lumen die veel ervaringsdeskundigheid in huis heeft op het gebied van ggz-problematiek. Voor deze groep is de stap naar professionele ondersteuning vaak te groot. Met ervaringsdeskundigen hopen we deze stap kleiner te maken. Deze mensen spreken de taal van de cliënt, kennen hun leefwereld en staan daardoor dichtbij hen.’

Hoe kijken jullie naar de toekomst?

Almere zet de komende periode flink in op het bekend maken van de mogelijkheden van onafhankelijke cliëntondersteuning. ‘We liepen hierin wat achter, maar gaan dit ombuigen door communicatie-uitingen te ontwikkelen en op allerlei momenten en plekken in de stad te vertellen over onafhankelijke clientondersteuning. We monitoren in hoeverre dit leidt tot een veel grotere vraag naar onafhankelijke cliëntondersteuning en tot een betere wisselwerking tussen inwoners en professionals bij toegangsgesprekken.’

Over de toekomst van het koploperproject zegt Prins: ‘We verwachten dat er in alle koplopergemeenten veel nuttige inzichten ontstaan en hulp- en informatiemiddelen tot stand komen. Die zijn mogelijk ook goed elders te gebruiken, al dan niet met wat lokale aanpassingen. Ook vinden we het

Nieuwe publicatie

Tot nu toe hebben 28 gemeenten zich aan het project gecommitteerd. Vanaf de start in 2017 namen veertien gemeenten deel en in november 2018 startte de tweede lichting van veertien gemeenten. Zij vervullen een ambassadeursfunctie om cliëntondersteuning ook bij andere gemeenten in hun regio hoger op de agenda te krijgen. Movisie heeft een jaar lang met de eerste veertien gemeenten meegelopen en verschillende inzichten opgedaan die nu zijn gebundeld.

Download de publicatie

Movisies

Dit artikel verscheen eerder in hét Relatieblad voor het sociaal domein: Movisies (uitgave maart 2019). In elk nummer spreken we experts uit de praktijk en bekijken we relevant onderzoek en nieuws uit het sociaal domein. Movisies verschijnt drie keer per jaar en een abonnement is gratis.
Bekijk online en abonneer.