Wat werkt bij multiproblem-gezinnen?

Hulp aan multiproblem-gezinnen is ingewikkeld. Veel hulpverleners worstelen met stringente systemen of gebrek aan multidisciplinaire kennis. Het Verwey-Jonker Instituut onderzocht de werkzame elementen in de aanpak van multiproblem-gezinnen.

Werkzame aanpak speelt zich af op drie niveaus

Effectieve hulp voor multiproblem-gezinnen is afhankelijk van drie typen factoren. Het eerste type factoren is de specifieke situatie van het gezin, de kenmerken van de gezinsleden en het type en de zwaarte van de problematiek. Het tweede type betreft de kenmerken, het specialisme en de werkwijze van de professional. Werkzame elementen van de hulpverlener zijn vaak een combinatie van evidence based interventies en de methodieken die de zij heeft vergaard aan de hand van haar werkervaring, uitwisseling met collega’s, trainingen, cursussen en de media.

Het derde type factoren betreft de interactie tussen hulpverlener en het gezin. Een hardnekkig probleem in deze interactie is dat multiproblem-gezinnen vaak negatieve ervaringen hebben gehad met hulpverleners in het verleden. Hierdoor staan ze wantrouwend tegenover nieuwe professionals. Het is dus aan de professional om dit wanttrouwen te kantelen.

In opdracht van de gemeente Rotterdam volgde Verwey-Jonker Instituut tussen 2012 en 2014 anderhalf jaar achttien multiproblem-gezinnen die ondersteuning kregen vanuit een instelling voor jeugd- en opvoedhulp in Rotterdam (Steketee, Jansma & Gilsing, 2015). Pijnenburg en van Hattum (2013) maakten in een eerder onderzoek een overzicht van werkzame elementen bij de aanpak van dit soort gezinnen. Steketee, Jansma en Gilsing specifieerden dit onderzoek door middel van meerdere interviews met de achttien gezinnen en hun hulpverleners.

Effectieve professional houdt zich aan lange lijst gedragsregels

Voor elk van de drie oorzaken geven de onderzoekers werkzame elementen, spanningsvelden en adviezen voor een effectieve aanpak. Vanwege de veelheid aan adviezen, hier een greep uit de effectieve factoren bij de interactie tussen professional en gezin:

  • Waar nodig: Compenseer in het begin voor de schade die je voorganger heeft achtergelaten.
  • Toon respect voor het perspectief en de levensstijl van de gezinsleden.
  • Zorg voor een vertrouwensband en toon echte betrokkenheid.
  • Neem een open, neutrale houding aan.
  • Weest niet (te) directief.
  • Geloof in de kracht van het gezin en spreek dit ook uit.
  • Weest transparant, concreet en duidelijk over met wie je waarover overleg.
  • Speel in op de krachten en mogelijkheden van het gezin.
  • Zorg voor kennis van de culturele achtergrond en ‘spreek de taal’.
  • Adviseer, stimuleer, motiveer, ben duidelijk en eerlijk.
  • Heb regelmatig contact met eventuele andere hulpverleners in het gezin.
  • Doe aan zelfreflectie, kijk naar je eigen houding en handelen.

Lees het volledige artikel op www.socialevraagstukken.nl