Wijkbewoners met ggz-achtergrond doen mee in Amsterdam

De verbinding tussen ggz en het sociaal domein blijft een uitdaging. Maar een uitdaging waar ook stappen in worden gezet. In Amsterdam Zuid zorgen ggz- en wijkprofessionals er samen voor dat buurtbewoners met een ggz-achtergrond mee kunnen doen met buurtactiviteiten.

Sociaal professionals in de wijk vinden mensen met psychische problemen soms een beetje eng. Werken met deze wijkbewoners vinden ze lastig, want wat kan er wel niet gebeuren? Kunnen ze door het lint gaan? Kun je iets fout doen waardoor iemand een terugval krijgt? Aan de andere kant zijn het gewoon wijkbewoners en hebben ze ook het recht om mee te doen in wijkactiviteiten. Veel van hen komen zelfs al in het buurthuis of op wijkactiviteiten, zonder dat ze bij wijze van spreke op hun voorhoofd hebben geschreven welke ggz-achtergrond ze hebben.

Geraniums

Voor de mensen met psychische problemen die niet komen, zou het wel goed zijn. ‘Zeker mensen met ernstige psychische problemen, zoals ernstige angststoornissen, diepe depressies of psychoses, kan het heel fijn zijn als ze zich meer onderdeel voelen van de buurt waar ze in wonen’, vertelt Anne-Marie van Bergen, senioradviseur Thuis in de Wijk bij Movisie. ‘Veel van hen zijn arbeidsongeschikt en hebben daardoor veel tijd en weinig om handen. Dan is het fijn als ze iets te doen hebben. Anders zitten ze de hele dag maar achter de geraniums.’

Ggz-coaches

Meestal heeft deze groep dagbestedingsactiviteiten bij de ggz-instelling waar ze in behandeling zijn. Maar in Amsterdam stadsdeel Zuid hebben ze dat anders aangepakt. Daar werken ze met een brede samenwerking tussen de gemeente, de ggz-instelling GGZinGeest, de welzijnsinstelling Dynamo en de ervaringsdeskundigenorganisatie team ED. Het project heet ‘W in de Wijk, samen Werken aan Wijken waar Iedereen Welkom is’. GGZ-coaches helpen wijkprofessionals en vrijwilligers in de omgang met deze wijkbewoners met een ggz-achtergrond en ze begeleiden hun cliënten bij het oppakken van activiteiten in de wijk.

Koken en uitjes

Sinds de aanpak in 2014 in Amsterdam Zuid wordt toegepast heeft het geleid tot allerlei nieuwe activiteiten en verbanden. In het Huis van de Buurt hebben de vrijwilligers een deskundigheidsbevordering doorgemaakt. Ze weten nu dat ze ook bezoekers met een ggz-achtergrond gewoon kunnen aanspreken op hun gedrag en behandelen als ieder ander. En dat je daarbij natuurlijk wel rekening houdt met wat er voor hen speelt. Bijvoorbeeld een angstig iemand die soms even tijd nodig heeft om de kat uit de boom te kijken. Vanuit GGZinGeest zijn er al heel veel cliënten naar het Huis in de Buurt begeleid die nu meedoen met allerlei activiteiten, van koken voor groepen tot en met uitjes naar Scheveningen.

Boekenclub

Maar ook andere partijen komen in Amsterdam Zuid meer in aanraking met wijkbewoners met een ggz-achtergrond. Zo wilde een ggz cliënt graag iets met bloemen doen en via bemiddeling door de ggz coach heeft zij nu een stageplek bij de bloemist. Een groep bewoners die voorheen onder begeleiding van een ggz-professional ging zwemmen, zwemt nu met de reguliere uren mee. En een andere dame vond een boekenclub waar ze maandelijks een boek bespreken.

Minder zorg

Anne-Marie van Bergen deed samen met het Trimbos-instituut onderzoek naar het effect van de interventie door middel van de effectencalculator. ‘Mensen gebruiken inderdaad minder zorg door deze samenwerking’, vertelt Van Bergen. ‘Ze maken veel meer gebruik van het bestaande aanbod in de wijk.’

Succesfactoren

Een belangrijke succesfactor is dat het ggz personeel en de wijkprofessionals uren hebben gekregen om met elkaar samen te werken en deze wijkbewoners te begeleiden. ‘Het ggz personeel krijgt alleen betaald voor de uren waarin ze cliënten behandelen. Door dit project hebben ze tijd gekregen om contacten te leggen in de wijk en om samenwerking te bevorderen’, vertelt Van Bergen. ‘Je kunt niet zomaar zeggen 'ga maar samenwerken', daar moet je echt in investeren in tijd en geld.’ Het geld voor die samenwerking kwam tot nu toe van ZonMW. Op dit moment wordt er gekeken wat de gemeente en de zorgverzekeraar kunnen bijdrage om deze samenwerking in stand te houden.

Het project wordt nu ook uitgezet in andere wijken in Amsterdam en andere gemeenten. Van Bergen schreef samen met collega’s hiervoor een handboek. Wil je meer over het project weten of het handboek lezen, klik dan hier.

 Dit artikel is verschenen op Zorg+Welzijn