Zo maak je een burgerberaad inclusief

Adviezen voor gemeenten

De gemeente Amsterdam heeft 100 ingelote inwoners gevraagd mee te denken over extra klimaatmaatregelen. Ook elders worden bewoners geregeld gevraagd op die manier mee te denken over beleid. Volgens Daan de Bruijn van Movisie is het belangrijk dat gemeenten deze burgerberaden inclusief maken. Lees hier zijn adviezen voor hoe ze dat kunnen doen.

Gemeenten zoeken naar alternatieve manieren om inwoners zeggenschap te geven en te laten meedenken over lokaal beleid. Inzet is om een diverse groep inwoners de kans te geven hun ervaringskennis en ideeën in te brengen en daarbij ook ongeorganiseerde inwoners en minder gehoorde  stemmen te horen. De Amsterdamse wethouder Marieke van Doorninck van Ruimtelijke Ontwikkeling en Duurzaamheid wil een groep Amsterdammers laten meedenken over extra klimaatmaatregelen. Daarom liet ze 100 willekeurige inwoners selecteren via een lotingsysteem.

Loting heeft nadelen

Helaas kleven aan zo’n systeem nadelen. Onderzoek naar een aantal burgertoppen (Vrije Universiteit 2015, Vlind en Smets) leert dat - ook al wordt in de loting rekening gehouden met kenmerken als leeftijd, geslacht, etniciteit en opleidingsniveau - dit niet automatisch leidt tot de beoogde diversiteit en representatieve afspiegeling. De zogeheten G1000-burgertoppen die in verschillende Nederlandse gemeenten zijn georganiseerd, blijken vooral witte, hoogopgeleide deelnemers van middelbare leeftijd aan te trekken.

Expliciet uitnodigen

Gelukkig zijn er manieren waarop gemeenten de representativiteit en diversiteit van burgerberaden kunnen vergroten. Een mogelijkheid is om sleutelfiguren of ambassadeurs in te zetten die beoogde deelnemers uit ondervertegenwoordigde groepen stimuleren om wél mee te doen als ze worden uitgenodigd. In het geval van het Amsterdamse klimaatberaad is het daarnaast aan te raden om ook klimaat-kritische mensen tot deelname te stimuleren.

Zorg dat mensen niet afhaken vanwege formeel geklets

Onderzoek

Ook het mobiliseren van inwoners uit groepen die lager of praktisch geschoold zijn, is voor de diversiteit van ideeën voor het klimaatvraagstuk van belang. Promotieonderzoek van Vivian Visser uit 2018 naar de belevingswereld van laagopgeleide bewoners toont dat velen onder hen zich op basis van hun opleiding of beroep gestigmatiseerd voelen. Ze verwachten dat hun ideeën voor initiatieven niet serieus genomen worden door andere burgers en ambtenaren.

De-stigmatisering

Visser adviseert gemeenten de eigen ambtenaren bewust te maken van ‘de verschillende sociaal-culturele belevingswerelden van burgers en de handelingsrepertoires die daarbij passen’. Ook adviseert ze om non-participanten te stimuleren tot deelname door hen expliciet uit te nodigen vanwege hun vaardigheden en praktische kennis. Dat is volgens haar de eerste stap van een beleid gericht op de-stigmatisering.

Burgerberaad

Maar deelname van een diverse groep inwoners is nog geen garantie voor een burgerberaad waarin alle deelnemers gelijkwaardig kunnen participeren. Het helpt enorm als een burgerberaad wordt voorbereid en begeleid door een divers samengestelde organisatie. Eerdergenoemd onderzoek van Vlind en Smets leert dat dat onhandige keuzes kan helpen voorkomen, zoals een burgerberaad dat samenvalt met een religieus feest of plaatsvindt in de Heineken Experience, een locatie die bij sommige deelnemers weerstand kan oproepen.

Informele taal

Het is daarnaast goed om de kans op een gelijkwaardige inbreng van alle deelnemersgroepen aan een burgerberaad te bevorderen. Voorkom bijvoorbeeld dat een deel van de deelnemersgroep afhaakt door formeel taalgebruik en een eenzijdige focus op intellectuele en rationele aspecten, adviseren Vlind en Smets. Verleg de focus naar de persoonlijke verhalen. Dat kan helpen om een gezamenlijke basis te creëren voor een vruchtbare gedachtewisseling. Stel daarnaast een maximale spreektijd per deelnemer in en wissel groepsgesprekken af met individuele opdrachten. Bied ook ruimte voor beeldende of ontwerp-kwaliteiten. En voorkom hiërarchievorming, bijvoorbeeld door deelnemers geregeld te laten wisselen van subgroep.

Drempels verlagen?

Tot slot is het zaak om praktische belemmeringen weg te nemen die deelname aan een burgerberaad kunnen belemmeren. Locaties van bijeenkomsten moeten rolstoeltoegankelijk zijn en bereikbaar met het openbaar vervoer. Een vergoeding kan in sommige gevallen de drempel tot deelname verlagen. Aanvullend kan gedacht worden aan het regelen van kinderopvang, verlof of vervanging voor werk of mantelzorg voor de deelnemers.

Tot slot

Als Amsterdam en andere gemeenten bij het organiseren van een burgerberaad deze overwegingen ter harte nemen, worden burgerberaden meer inclusief. Omdat de uitkomsten breder gedragen zullen zijn, zorgen ze bovendien voor een grotere kans op succesvolle invoering van de voorgestelde maatregelen.

Een deel van de adviezen in deze bijdrage is gebaseerd op de inbreng van aankomend Movisie-medewerker Yara Noordewier.