'Zonder GSA zou ik een andere schooltijd hebben beleefd'

Hoe kun je de tolerantie voor jonge lesbo’s, homo’s, biseksuelen en transgenders vergroten op de plek waar zij het meeste zijn, hun school? Door de leerlingen zelf ― gays en straights samen ― actie te laten ondernemen. ‘Het helpt enorm als je merkt dat je niet de enige bent.’ Marcel van Engelen ging voor Movisie op bezoek bij een middelbare school in Horn.

'Ik gebruik homo wel eens als scheldwoord.’ ‘Ik heb me wel eens gekleed als iemand van het andere geslacht.’ ‘Ik zou de vriendschap verbreken als mijn beste vriend of vriendin gay blijkt te zijn.’ Linda en Marvin, twee voorlichters van het COC Limburg, houden de stellingen voor aan een 3-vmbo klas van Sint Ursula, een grote middelbare school in Horn die fraai is gelegen in de groene omgeving van een villawijk. In een wat lacherige sfeer staan de leerlingen bijeen in het lokaal, de stoelen en tafels aan de kant. Ze moeten reageren met hun voeten: wie het eens is met de stelling loopt naar de ene kant, wie het oneens is naar de andere helft van de klas. Alle leerlingen doen mee, licht bedremmeld maar op het oog eerlijk. Ook de onhandig-stoere jongens die luidruchtige grapjes maken. En ook hun verlegen klasgenoten die naar de grond blijven kijken in de hoop geen beurt te krijgen om een toelichting te geven. Meestal volgen ze elkaar, maar geregeld zijn er leerlingen die een andere kant kiezen. De leerlingen staan massaal in het ja-vak als Linda en Marvin de stelling voorleggen of ze ‘homo’ weleens als scheldwoord gebruiken. Toch is de homovijandigheid er kleiner dan je zou verwachten. Zo vindt geen van de 23 leerlingen het ‘vies’ om twee mannen hand in hand te zien lopen. Geen van hen zou hun vriendschap verbreken met een homo of lesbo. Wel zijn er vier leerlingen die niet met een homo of lesbo in hun team willen douchen. Maar juist de stoere jongen die het hardst riep dat hij homo als scheldwoord gebruikt, zegt geen probleem te hebben met een homo in zijn voetbalteam. Zijn toelichting? ‘Nou en. Boeien!’

De GSA
Een GSA (een Gay-Straight Alliance of Gender-Sexuality Alliance) is een groepje leerlingen, aangevuld met tenminste één docent, dat zich op hun middelbare school inzet voor een veilig klimaat voor lesbiennes, homoseksuelen, biseksuelen en transgenders (LHBT’s). Het gaat nadrukkelijk om een verbond van LHBT’s en straights: heteroseksuele leerlingen. Lees de beschrijving van de interventie in de databank van het Loket Gezond Leven.

‘Afwijkend gedrag wordt over het algemeen toch afgekeurd'

‘Breng me naar het VUmc‘

Het is ook de ervaring van de 17-jarige Janna uit 4-havo: als je leerlingen dwingt om na te denken en individueel stelling te nemen, komt er maar weinig vijandigheid naar boven. Groepsgewijs daarentegen zijn leerlingen minder tolerant. ‘Afwijkend gedrag wordt over het algemeen toch afgekeurd,’ zegt Janna. ‘En homo roepen als scheldwoord bepaalt de sfeer.’ Ze weet waarover ze praat. Janna worstelt met haar genderidentiteit. ‘De ene dag voel ik me heel vrouwelijk. De andere dag denk ik: breng me naar het VUmc voor een geslachtsoperatie.’ Janna zit in een lokaal met twee andere leden van de Gay Straight Alliance van Sint Ursula. Onder begeleiding van een of twee docenten komen ze wekelijks bijeen om bij te praten en over mogelijke acties te overleggen. In de weken na de COC-presentaties aan derde klassen gaan enkele van de ruim twintig GSA-leden dezelfde klassen langs om te vertellen wat de GSA doet. En om aan te geven dat iedereen zich kan aanmelden. ‘Als leerlingen van de school iets vertellen, maakt het toch meer indruk dan wanneer buitenstaanders van het COC dat doen,’ zegt Inge, een van de GSA-leden die straks de klassen langs gaat.

Gays en straights samen

Dat ook een heteroseksuele leerling als Inge deelneemt aan de GSA, vormt de kracht van de interventie. De GSA, de naam zegt het al, is een verbond van gays en straights. Samen zetten ze zich in voor een veilig klimaat voor LHBT-leerlingen. Samen organiseren ze acties om seksuele en genderdiversiteit zichtbaar en bespreekbaar te maken, zoals het schrijven van een artikel voor de schoolkrant, het houden van een spreekbeurt, verkoop van T-shirts of buttons en op zijn minst deelname aan de landelijke Paarse Vrijdag, waarin iedereen wordt opgeroepen paars te dragen als steun voor LHBT-jongeren. Omdat GSA’s allianties zijn van gays en straights zegt deelname in beginsel niets over iemands seksuele voorkeur of genderidentiteit. De samenwerking vergroot zo niet alleen de kracht van de boodschap, ze maakt het ook makkelijker om toe te treden: leerlingen die zich willen inzetten voor een veilig klimaat voor LHBT’s openbaren daarmee niet hun seksuele voorkeur of genderidentiteit.

Onderzoek naar GSA’s
Hoe veilig ervaren LHBT-leerlingen het klimaat op vmbo-scholen? En welke baat vinden zij hierbij van GSA’s? Movisie en de Universiteit van Amsterdam deden samen een evaluatieonderzoek. Bekijk hier het onderzoeksrapport. Het onderzoek naar GSA's is gefinancierd door het Fonds Wetenschappelijk Onderzoek Seksualiteit (FWOS) en het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW).

Het zijn de leerlingen zelf, eventueel met hulp van een docent, die een GSA beginnen en bepalen wat ze doen

Bottom-up en Inside-out

Toegegeven, het kostte de GSA-leden op Sint Ursula veel moeite om medeleerlingen ervan te overtuigen dat de groep ook voor hetero’s is, zegt de 18-jarige Joris, die zichzelf als bi beschouwt. Hij komt daar steeds vaker openlijk voor uit sinds hij deel uitmaakt van de GSA. ‘Bij mij in de klas leefde almaar het vooroordeel van homoclubje. Van dat idee zijn mijn vrienden inmiddels wel afgestapt. Maar dat komt alleen omdat wij blijven benadrukken dat het niet zo is.’ Het tweede wezenlijke element van de interventie is het uitgangspunt dat GSA’s bottom-up ontstaan. Weliswaar is het idee van GSA’s in Nederland gelanceerd door COC Nederland, maar de LHBT-belangenorganisatie doet inmiddels niet veel meer dan het aanmoedigen en coachen van leerlingen, vooral door het versturen van GSA-actiepakketten. Het zijn de leerlingen zelf, eventueel met hulp van een docent, die een GSA beginnen en bepalen wat ze doen. Inside out noemt het COC dat. Van buitenaf het thema van LHBT-tolerantie opdringen aan scholen werkt niet, ervoer het COC eerder. ‘Voordat we met het idee van GSA’s kwamen, wilden we eens op vijf scholen een diversiteitsdag organiseren,’ zegt Geert-Jan Edelenbosch, projectleider Jongeren & Onderwijs bij COC Nederland. ‘Wat we ook probeerden, er was geen school die wilde meewerken. De schoolbesturen zagen de urgentie ervan niet. We kregen alleen maar te horen: dit probleem speelt niet bij ons.’

'De GSA heeft me kracht gegeven'

Tijdens het interview in Horn wordt Janna door haar twee mede-GSA-leden Inge en Joris aangemoedigd om nog eens de presentatie te geven die ze onlangs aan alle GSA-leden gaf. Ze gaat vooraan in het lokaal staan, bij het bord. Aanvankelijk met schroom maar na enkele minuten met zichtbaar zelfbewustzijn, zet ze enkele wezenlijke gedachten uiteen over genderidentiteit en seksuele voorkeur. Janna lijkt zich ontpopt te hebben tot de denker van het groepje. Ze doorspekt haar verhaal met het nodige (Engelstalige) jargon, maar ook met haar eigen gevoelens. 'De GSA heeft me kracht gegeven,' zegt ze later. 'Anders zou ik dit nooit hebben kunnen en durven doen.'

Bezielende interventies
Dit artikel is een fragment uit het boek ‘Bezielende interventies’, een journalistiek onderzoek naar vijf effectieve sociale interventies. Marcel van Engelen (journalist voor onder meer Vrij Nederland), Peter Rensen (onderzoeker Movisie) en Marcel Ham (hoofdredacteur Sociale vraagstukken) onderzochten op journalistieke wijze vijf zogeheten ‘evidence based’ praktijken. Voor elke interventie gingen ze op twee plekken kijken en ondervroegen de betrokkenen. Bekijk hier het boek.