ABCD

ABCD biedt een wijkaanpak voor sociaaleconomische zwakkere wijken. Er wordt van binnenuit gewerkt aan een in economisch, cultureel en sociaal opzicht leefbare buurt. De methode brengt sociale relaties tot stand en mobiliseert capaciteiten van bewoners, organisaties en instellingen binnen de lokale gemeenschap.

Download de volledige methodebeschrijving

Methodebeschrijving-ABCD.pdf 587.02 KB

Uit praktijkervaringen blijkt dat het belangrijk is dat de initiatieven vanuit de bewoners komen. Dat staat soms op gespannen voet met de meer aanbodgerichte systemen waarin professionals werken. Veranderingsonderzoek van een pilot in Eindhoven laat een duidelijke groei zien van het aantal vrijwilligersinitiatieven.

Doel

Het overkoepelende doel van Asset-Based Community Development (ABCD) is het van binnenuit werken aan een in economisch, cultureel en sociaal opzicht leefbare buurt, door sociale relaties tot stand te brengen en onvermoede capaciteiten van bewoners, organisaties en instellingen binnen de lokale gemeenschap te mobiliseren.

Doelgroep

De ABCD-methode biedt een aanpak voor sociaaleconomisch zwakkere wijken. ABCD wil daarbij alle buurtbewoners te betrekken, ongeacht leeftijd of herkomst. De methode richt zich expliciet op het betrekken van groepen buurtbewoners die onderling nog weinig contact hebben en normaalgesproken buitengesloten worden.

Aanpak

De ABCD-methode kent een opbouw in vijf stappen. De eerste stap is het in kaart brengen van aanwezige capaciteiten en vaardigheden in de wijk (mapping assets) aan de hand van een uitgebreide vragenlijst (Community Asset Check List). Deze inventarisatie richt zich op de capaciteiten van bewoners, de potentie van informele netwerken, de welwillendheid van instituties en de fysieke kwaliteiten in de buurt. De tweede stap is het bouwen aan relaties tussen de bronnen in een buurt: het in contact brengen van individuen met anderen, met organisaties en met instituten. De derde stap omvat het activeren van een buurt rond economische ontwikkelingen en een communicatienetwerk. De vierde stap richt zich op het samenbrengen van de wijk rond een visie en een plan. Een zo representatief mogelijke groep bewoners werkt aan een visie en een plan voor de gemeenschap, gericht op de lange termijn en op het oplossen van concrete problemen. De vijfde stap is het op zoek gaan naar steun van buiten. Hier probeert de wijk externe middelen vrij te maken ter ondersteuning van de lokaal aangestuurde ontwikkelingen, in aanvulling op de stevige basis van eigen bronnen.

Uitvoerende organisaties

Het Landelijk Samenwerkingsverband Aandachtswijken (LSA) zorgt voor de spreiding van het gebruik van de ABCD-methode. Voornamelijk gemeenten en woningcorporaties nemen het initiatief om de methode toe te passen in aandachtswijken. De eerste pilot heeft plaatsgevonden in Helmond, Arnhem, Nijmegen, Utrecht, Eindhoven en Haarlem.

Ontwikkelaar
Licentiehouder in Nederland:
LSA
Thijs van Mierlo
Oudkerkhof 13 b
3512 GH Utrecht
thijs@lsabewoners.nl
030 231 75 11
www.lsabewoners.nl

Onderzoek

Voornamelijk gemeenten en woningcorporaties nemen het initiatief op zich om de methode toe te passen in aandachtswijken die voor hen relevant zijn. Tijdens de eerste pilot is ABCD toegepast in Helmond, Arnhem, Nijmegen, Utrecht, Eindhoven en Haarlem. Er is een drietal evaluatiestudies over ABCD verschenen (Davelaar en Veldboer, 2008; Huygen, Davelaar en Van Daal, 2006; Bodd, 2005). Daaruit blijkt onder meer dat het voor professionals vooral belangrijk is om op informele wijze in de wijk aanwezig te zijn om vertrouwen en inzicht te krijgen in de wijk. Om initiatief te kweken en aansluiting te vinden is het belangrijk dat de initiatieven daadwerkelijk vanuit de bewoners komen en dat er met kleinschalige activiteiten begonnen wordt die zich uit kunnen breiden naar grotere groepen actieve bewoners. Kleine en snelle resultaten (quick wins) zijn goed voor de motivatie en het vertrouwen, voor echte wijkontwikkeling is echter langdurige inzet en een langetermijnvisie van belang. De meer aanbodgerichte systemen waarin de professionals werken veroorzaken soms spanningen. Een stevige verbinding tussen en goede kennisdeling met de verschillende partijen kan weerstand wegnemen.

Veranderingsonderzoek van een pilot in de wijk Lijmbeek in Eindhoven (Bodd, 2005) met een nulmeting, tussenmeting en eindmeting laat een duidelijke groei zien in het aantal vrijwilligersinitiatieven van drie, via 13 (een jaar later), naar 16 (twee jaar na de start van het ABCD-project). Verder zijn er geen wetenschappelijke effectonderzoeken gevonden die directe of indirecte aanwijzingen leveren voor de effectiviteit van de methode.

Samenvatting werkzame elementen

  • Wijkontwikkeling en vernieuwing van binnenuit en bottom-up.
  • Focus op capaciteiten in plaats van op problemen en tekortkomingen.
  • Initiatieven met weinig tot geen hulp van buitenaf.
  • Erkennen en voortbouwen op bestaande informele netwerken.
  • Het tot stand brengen van nieuwe sociale relaties.
  • Representatief leiderschap en vertegenwoordiging in de wijk.
  • Wijkspecifieke invulling van de methode.
  • Een combinatie van kleine snelle resultaten en wijkontwikkeling op de lange termijn.