Antisemitische en antimoslimracistische complottheorieën: hoe voorkom je ze?
Nieuw onderzoek van Kennisplatform Inclusief Samenleven (KIS)
Zoals vaker in tijden van crisis zijn complottheorieën tijdens de coronacrisis sterk in omloop gekomen. Complottheorieën kunnen om allerlei redenen gevaarlijk zijn, maar een specifiek probleem dat om aandacht vraagt is dat een deel van de complottheorieën antisemitische of antimoslimracistische elementen bevatten. Het gaat hierbij dus om complottheorieën die bijvoorbeeld joden en moslims afschilderen als ultieme vijand die stiekem de wereld willen overnemen. KIS deed onderzoek naar dit type complottheorieën: ze bestudeerden meer dan 200 wetenschappelijke studies en spraken met experts.
Uit het onderzoek van KIS komt naar voren dat complottheorieën overtuigingen zijn over hoe meerdere actoren in het geheim samenkomen om een verborgen doel te bereiken. Over het algemeen wordt dit doel beschouwd als onwettig en kwaadwillend. Jeroen Vlug, onderzoeker bij KIS, vertelt: ‘Ook wordt er bij complottheorieën vaak gedacht in patronen: er wordt gedacht dat “alles met alles te maken heeft of ‘niet toevallig’ is”’.
Projectleider Hanneke Felten van KIS legt uit: ‘Bij antisemitische en antimoslimracistische complottheorieën zijn het joden en moslims die het kwade plan zouden beramen, om bijvoorbeeld de wereld te overheersen. Zij worden dan beschouwd als het ultieme ‘evil’. Dat is zeer problematisch, want zij worden dan gezien als mensen die per definitie niet te vertrouwen zijn, en dat leidt natuurlijk tot discriminatie en uitsluiting. Als je er van overtuigd bent dat je buurman, klasgenoot of je collega in het geheim bezig is de wereld proberen te overheersen, dan zal dat leiden tot zeer ongewenste omgangsvormen en spanningen. Dit type complottheorieën bedreigt de sociale cohesie en de gelijke kansen in de samenleving’, aldus Felten.
Jongeren weerbaar maken
Om jongeren weerbaar te maken tegen complottheorieën is het belangrijk dat zij deze leren herkennen voordat zij er zelf een aanhanger van zijn. Dit wordt ‘prebunking’ genoemd. Het gaat hierbij om uitleg geven over het bestaan van complottheorieën en desinformatie, en de onderliggende, misleidende mechanismen benoemen en inzichtelijk maken. Idealiter leren jongeren dit door zelf actief aan de slag te gaan, bijvoorbeeld in de vorm van een game waarin ze complottheorieën herkennen of deze zelfs zelf bedenken. Felten: ‘Het gaat er om dat je inzicht krijgt in hoe zo’n complottheorie in elkaar steekt, hoe het aantrekkelijk wordt gemaakt om er in te geloven zodat je zelf niet in die val trapt.’ Docenten maar ook bijvoorbeeld jongerenwerkers kunnen hier een rol in spelen volgens KIS.
Van alle tijden
Het helemaal voorkomen van complottheorieën gaat volgens de onderzoekers niet lukken. Jeroen Vlug: ‘Historisch gezien zijn complottheorieën van alle tijden. Alle culturen en samenlevingen hebben er wel mee te maken gehad. De verspreiding gaat tegenwoordig alleen wel sneller door sociale media.’ Veel oude complottheorieën vinden ook weer hun weg in hedendaagse complottheorieën. Vlug: ‘Antisemitische en antimoslimracistische complottheorieën zijn vaak al heel oud maar worden steeds opnieuw gerecycled.’
Empathie vergroten
Naast jongeren leren hoe complottheorieën werken kunnen docenten maar ook bijvoorbeeld jongerenwerkers ook nog op andere manieren antisemitische of antimoslimracistische complottheorieën verminderen. ‘Vergroot de empathie naar moslims en joden; laat zien wat deze complottheorieën voor gevolgen kunnen hebben voor hun levens en laat hun perspectief zien’, zegt Felten. ‘Het als het ware kijken door de ogen van iemand die je beschouwt als ‘anders’ vermindert vooroordelen, zo weten we uit onderzoek. En die vooroordelen spelen weer een rol in het gaan aanhangen van complottheorieën.’
Meer tips zijn te vinden in de handreiking voor docenten.