Op eigen benen?

Samenhang van jeugdzorg met het gebruik van WMO-zorg en inkomensondersteuning vanaf het achttiende levensjaar

Jongeren met een achtergrond in de jeugdzorg doen, eenmaal volwassen, een groot beroep op de Wajong, bijstand en de zorg. Gemeenten krijgen dus vaak opnieuw met dezelfde personen te maken, maar dan op een latere leeftijd.

De grotere rol van gemeenten bij de zorg sinds 2015 biedt kansen om die groepen beter en uiteindelijk tegen lagere kosten te helpen, bijvoorbeeld door in de jeugdzorg al rekening te houden met het perspectief op werk. Het CPB analyseerde de gegevens van alle jongeren die in 2011 18 jaar werden. Drie jaar later blijkt 80 procent van de Wajongeren uit deze groep uit de jeugdzorg te komen. Voor de AWBZ viel zelfs 90 procent eerder onder jeugdzorg en 40 procent van de mensen die bijstand ontvangen, gebruikte eerder jeugdzorg. De analyse laat verder zien dat veel van deze jongeren te maken hebben met een stapeling van voorzieningengebruik. De decentralisaties bieden voor deze groep dus kansen voor synergievoordelen, hoewel de omvang hiervan nog onbekend is.