Movisies 2 - juni 2021

COLUMN Het is Koningsdag. Terwijl het volk juicht voor de grote baas die geen baas is, werk ik mijn e-mails bij. Ik lees een e-mail van de school van mijn dochter en voel me machteloos. Haar verzoek om een gemist examen in te halen, is afgewezen omdat zij geen antwoord geeft op de vragen van de examencommissie. In de e-mails van de examencommissie staan echter geen vragen. Mijn dochter raakt almaar gefrustreerder, daarom schrijf ik een e-mail naar school om uit te leggen wat er misgaat. Het antwoord: ‘Het is conform het examenreglement dat de examencommissie aan de leerling vraagt waarom een examentoets gemist is, wanneer de afwezigheid nog onduidelijk is.’ Dit antwoord doet mij denken aan de tijd dat ik te kampen had met ernstige schulden. Er lag beslag op mijn inkomen en totaal onverwacht werden ook alle toeslagen verrekend. Opeens zat ik zonder geld, ik had zelfs geen geld voor eten. Aan de telefoon met de Belastingdienst kreeg ik te horen dat ik bezwaar kon indienen, ik kon binnen 6 weken een antwoord verwachten. Huilend en smekend probeerde ik duidelijk te maken dat ik zo lang niet kon wachten en dat er per direct actie nodig was. ‘’Het spijt ons meneer, dit is nou eenmaal de procedure.’ Veel spijt klonk hierin niet door, eerder afstandelijkheid. De wanhoop die ik voelde, ging gepaard met machteloosheid en frustratie. Machteloosheid waar je moedeloos van wordt. En moe. Vooral heel erg moe! Mijn geloof in een oplossing zonk langzaam weg in een moeras van hopeloosheid. In de jaren erna, toen ik werkzaam was in de schuldhulpverlening, kwam ik deze machteloosheid vaak tegen. Burgers die tot hun ontzetting ontdekten dat je nergens invloed op hebt als je er even niet uit komt. De oplossing die mensen zoeken is onbereikbaar geworden, verstopt achter call centers, juridisch jargon en ingewikkelde procedures. De onmacht van de burger is de onmacht van de hulpverlener. Beiden zijn verstrikt in een systeem van regels, procedures en protocollen. Hier en daar staat een dappere ziel op die hardop het verhaal deelt van wanhoop en machteloosheid. De pers schrijft, ronkende commentaren volgen en soms worden er vragen gesteld in de Tweede Kamer. Maar de pers is even onmachtig als de burger en de hulpverlener. Zelfs de politiek slaagt er niet in daadwerkelijk iets te veranderen. Pleisters bedekken de wonden maar eronder ettert het gewoon verder. Kijk naar het toeslagenschandaal, we zijn al weer jaren verder en nog steeds is het voor de meeste mensen niet opgelost. Er wordt nog altijd gesteggeld over bedragen, over het wel of niet terecht compenseren en wat er volgens de regels kan. Er is niemand die met de vuist op tafel slaat en zegt: NU IS HET AFGELOPEN! Er is geen grote baas die zegt: vanaf nu doen we het anders. We zijn allemaal slaaf van het systeem geworden, geketend aan onze eigen regels, protocollen en procedures. Zelfs als het volkomen verkeerd blijkt te gaan, zijn we niet bij machte om direct in te grijpen. Of het nu een benadeelde burger betreft, een hulpverlener of de minister-president. We zijn allemaal als ons koningshuis: er is de schijn van invloed maar zonder enige macht tot daadwerkelijk ingrijpen. Marc Mulder, senior ervaringsdeskundige armoede en schulden bij Movisie Slaaf van het systeem Huilend probeerde ik duidelijk te maken dat ik niet kon wachten

RkJQdWJsaXNoZXIy OTE0NDk=