Welke (in)formele partijen zijn betrokken bij een casus? Wie doet wat en hoe kun je elkaar vinden? In Horst aan de Maas is men aan de slag gegaan met het in kaart brengen van samenwerkingsmogelijkheden aan de hand van specifieke casussen. Hoe hebben ze dit aangepakt, en wat levert het op?
Het samen bespreken van casuïstiek kan een krachtig hulpmiddel zijn om interprofessionele samenwerking te verbeteren om mantelzorgers beter te ondersteunen. Een geleerde les is dat verschillende professionals nog niet goed weten welke rol zij zelf kunnen spelen en wat andere professionals kunnen betekenen voor de mantelzorger. Door het bespreken van casuïstiek kun je als professionals elkaars rol leren kennen, door vragen te stellen als:
- • Welke professionals zijn betrokken, welke professionals willen de mantelzorger en diens naaste erbij hebben?
- • Wat zou jij doen?
- • Welke rol zou jij kunnen en willen spelen in het ondersteunen de mantelzorger in deze specifieke situatie?
- • Welke specifieke expertise heb jij?
- • Welke afspraken maken de betrokkenen onderling?
In Horst aan de Maas gaan ze nu de volgende stap zetten om in een (gestructureerde) werkwijze te beschrijven wie welke rol heeft bij dit type casus, zodat iedereen in de toekomst hier diens voordeel mee kan doen. Maar ook om af te spreken wie de regierol heeft en hoe men elkaar goed op de hoogte brengt. Een mooie bijkomstigheid is dat er zo nog meer verbinding ontstaat tussen verschillende betrokken partijen.
Daarnaast blijkt het bij complexe casussen vaak een uitdaging welke professional de coördinerende rol op zich neemt wanneer er meerdere professionals en vrijwilligers betrokken zijn. Belangrijk is om dat in elke fase van de werkwijze te beschrijven. In Noordwest Veluwe wordt nu geëxperimenteerd met een procesbeschrijving, waarin een stappenplan en de rol van de ‘regiehouder’ is beschreven.
Stappenplan ter inspiratie
- 1.De persoon die als eerste betrokken is bij de hulpvrager gaat op onderzoek uit wie er nog meer betrokken zijn.
- 2. De hulpvrager en mantelzorger worden samen met alle betrokken professionals en vrijwilligers bij elkaar geroepen door de eerst betrokkenen om afspraken te maken over wie de coördinator waar in het proces houdt, de taakverdeling, gericht op het ontlasten van de mantelzorger.
- 3. De regiehouder houdt zicht op het begeleidingsproces en bewaakt de gemaakte afspraken.
- 4. Eens in de twee maanden worden de afspraken geëvalueerd.
