Spreek je uit tegen de dubbele moraal in het voetbal

Om genderongelijkheid aan te pakken hebben we bondgenoten nodig: jongens en mannen die de discriminatie van vrouwen absurd vinden en zich uitspreken. De nieuwe generatie geeft hoop. Movisie-onderzoeker Hanneke Felten vertelt over de nieuwe norm op het schoolplein en het voetbalveld.

‘Ooh, jij bent naar Ajax geweest!? Ik wil ook naar een wedstrijd van Ajax!’
‘Ja, het was heel cool. En het bleek helemaal niet duur hoor, zei mama.’
‘Echt niet? Ajaxkaartjes zijn toch heel duur?’
‘Niet voor het vrouwenelftal.’
‘Huh, waarom niet!?’
‘Ik snap er ook niks van!’

Mijn zoontje is onlangs naar Ajax-Bayern München geweest. In de Johan Cruyff Arena. Het was de wedstrijd van zijn leven. Al zijn klasgenootjes waren jaloers. Het is niet gelukt om een handtekening van Sherida Spitse te bemachtigen, maar verder was het ge-wel-dig. We hebben het er nog weken over gehad.

Ik moet mijzelf af en toe nog knijpen. Dit was vroeger toen ik kind was ondenkbaar. Onvoorstelbaar was dat kinderen en volwassenen in het hele land zouden opblijven tot midden in de nacht voor een grote internationale voetbalwedstrijd van het vrouwenteam. Dat jongens op het schoolplein tijdens het voetballen zouden roepen, ‘Neeeee, ik ben al Groenen!’ En dat de meisjes en de jongens samen voetballen in het park met dezelfde vanzelfsprekendheid als dat ze samen tikkertje doen. Met mijn dochter trots in haar Miedema-shirt.

Mijn kinderen weten eigenlijk niet beter dan dat dit de normaalste zaak van de wereld is. Maar af en toe wordt de vanzelfsprekendheid dat het vrouwenteam net zo interessant en cool is als het mannenteam bruut verstoord. Dan horen ze dat de vrouwen veel minder geld verdienen. Dat het stadion niet vol zit. Of dat ze überhaupt niet mogen spelen in het beste stadion. Of ze zien dat de buurtgenoten wel het huis versieren bij het WK van de mannen, maar niet bij dat van de vrouwen.

Zij vertegenwoordigen een nieuwe generatie die genderongelijkheid niet meer vanzelfsprekend vindt

Onbegrijpelijk voor mijn kinderen. En hun oprechte verbazing - en die van hun leeftijdsgenootjes - geeft mij moed. Want zij vertegenwoordigen kennelijk een nieuwe generatie meisjes én jongens die genderongelijkheid niet meer vanzelfsprekend vindt. Jongens die het niet normaal vinden dat zij bij hetzelfde werk meer betaald krijgen. Die zich kunnen identificeren met vrouwelijke helden. Die ‘meisje’ geen scheldwoord meer vinden. Martens en Brugts zijn immers ook meisjes.

Als we discriminatie van vrouwen compleet willen uitbannen, dan zijn deze bondgenoten onmisbaar: jongens en mannen die genderongelijkheid absurd vinden en het willen aanpakken. Net als bij andere vormen van discriminatie, zoals racisme, lhbtiqa+ discriminatie en validisme (discriminatie van mensen met een beperking), weten we namelijk uit wetenschappelijk onderzoek dat bondgenoten een verschil kunnen maken. Als jongens en mannen zich uitspreken tegen seksisme, dan kunnen zij een sociale norm stellen: zij kunnen aan andere mannen duidelijk maken dat seksisme niet door de beugel kan. En dat kan ervoor zorgen dat andere jongens en mannen beter hun best doen om zich ook niet seksistisch te gedragen (zie dit Wat werkt-dossier voor meer info).

Een schone taak dus voor alle jongens en mannen in het land op 8 maart en alle andere dagen van het jaar: spreek je uit tegen genderongelijkheid. Wees oprecht verontwaardigd als er een dubbele moraal heerst. Laat je horen wanneer vrouwen minder salaris, minder interessant werk of een minder goed stadion krijgen. En niet te vergeten: bereid je voor op het WK vrouwenvoetbal door je huis en je wijk compleet maar dan ook echt compleet, in het oranje te hullen voor onze Leeuwinnen.