Discriminatie en racisme: voorkom victim blaming

Slachtoffers van discriminatie en racisme worden vaak aangesproken op hun eigen houding. Dat impliceert dat zij schuld hebben aan het discriminerende of racistische gedrag van een ander. Dit heet victim blaming, oftewel de schuld bij het slachtoffer leggen. Op 21 maart, De Internationale Dag tegen Racisme en Discriminatie, roept onderzoeker Hanneke Felten op om hier alert op te zijn. ‘Slachtoffers hebben nooit schuld aan wat hen overkomt.'

Victim blaming gaat over het (vaak onbewust) aanspreken van slachtoffers op een beschuldigende toon (Slachtofferhulp Nederland). Bijvoorbeeld door tegen iemand die aangerand is zeggen: ‘Ben je in de nacht in je eentje door dat park gefietst? Dat moet je ook niet doen’. Of tegen een persoon die financieel is opgelicht zeggen: ‘Wie trapt er nou in zo’n nepmail?’.

De schuld ligt nooit bij het slachtoffer

Discriminatie is strafbaar. Net als bij andere strafbare feiten, zoals diefstal of aanranding, is gediscrimineerd worden nooit de schuld van de persoon die het overkomt. Het is niet iets dat je zelf had kunnen voorkomen. Door de schuld bij het slachtoffer te leggen, impliceer je dat die persoon er iets aan had kunnen of moeten doen. Discriminatie betekent dat je wordt afgerekend op een (persoonlijk) kenmerk zoals je afkomst, je huidskleur, je religie, je seksuele voorkeur of je gender. Dat zijn kenmerken die je niet kan en/of hoeft te veranderen en ook niet hoeft te verbergen. Denk aan opmerkingen als 'Je moet het je ook niet aantrekken', 'Dat maken we allemaal wel eens mee' of 'Je moet je nu eenmaal invechten', die impliceren dat de schuld bij het slachtoffer ligt.

Victim blaming gebeurt dus regelmatig. Uit onderzoek blijkt echter dat mensen van kleur eerder de schuld krijgen, dan witte slachtoffers. Hierbij spelen stereotypen een rol (zie deze studie en deze studie). Ook homoseksuele slachtoffers van seksueel geweld krijgen eerder de schuld dan heteroseksuele slachtoffers (zie deze studie).

Waarom victim blaming?

De schuld bij slachtoffers leggen kan een manier zijn om racisme en discriminatie te ontkennen. Het probleem wordt dan neergelegd bij Zwarte mensen, mensen van kleur en/of mensen met een migratieachtergrond waardoor racisme in de samenleving ontkent kan worden (zie dit artikel). Dit gebeurt ook bij seksueel geweld: ‘Maar droeg je niet een heel erg kort rokje?’) en die kans is groter bij seksistische opvattingen (zie dit onderzoek) en bij ontkenning van het bestaan van seksisme (zie deze studie).

Je kan er zelf niks aan doen dat je gediscrimineerd wordt

Een andere verklaring voor victim blaming is dat mensen proberen te verklaren hoe iets vreselijks of onrechtvaardigs kan gebeuren, aldus Slachtofferhulp Nederland. Dit sluit aan bij een wetenschappelijke bekende theorie genaamd de just world theory die stelt dat mensen behoeften hebben aan het geloven in een rechtvaardige wereld  (zie dit artikel). In deze theorie wordt gesteld dat mensen behoefte hebben aan geloven in een rechtvaardige wereld (zie deze). Het slachtoffer de schuld geven is een manier om het geloof in die wereld overeind te houden (zie dit artikel). Als mensen zelf schuld hebben of iets doen om bepaald gedrag uit te lokken, dan reduceert dat het idee dat slechte dingen zomaar kunnen gebeuren, ook onverdiend, ook onverwachts, ook zonder dat het te voorkomen was. Zo houden mensen het idee in stand dat de wereld eerlijk is en dat vreselijke dingen niet zomaar gebeuren.

Het slachtoffer op cursus

Victim blaming is ook te herkennen in het beleid van onder meer gemeenten, bedrijven of scholen. Hieronder een aantal voorbeelden:

Voorbeeld 1

Een gemeente biedt sollicitatiecursussen aan die zich specifiek richten op jongeren met een migratieachtergrond. Met het doel om hun sociale vaardigheden te ontwikkelen. Onbewust kan het overkomen alsof de gemeente de verantwoordelijkheid voor hun positie op de arbeidsmarkt bij de jongeren zelf legt. Wanneer jongeren worden gestimuleerd om hun vaardigheden te verbeteren, wordt geïmpliceerd dat ze zelf aandeel hebben in hun werkeloosheid of het kwijtraken van een baan. Met de disclaimer dat dit natuurlijk ook persoonlijke redenen kan hebben, wijst onderzoek van KIS echter uit dat er geen aanwijzingen zijn dat jongeren met een migratieachtergrond bepaalde vaardigheden missen die jongeren zonder migratieachtergrond wel hebben. Dat jongeren met een migratieachtergrond minder makkelijk aan een baan komen komt hoogstwaarschijnlijk niet omdat ze bepaalde vaardigheden missen, maar omdat ze gediscrimineerd worden. Lees meer over de objectieve aantoning hiervan in dit artikel.

Voorbeeld 2

Vrouwen hebben last van seksistische opmerkingen van mannen. Om dit aan te pakken biedt een organisatie cursussen aan vrouwen waarin zij leren om te gaan met en te reageren op dit seksistische gedrag. Aan het gedrag van de mannen wordt echter niets gedaan. Zo ontstaat het beeld dat degene die te maken krijgt met seksisme moet veranderen. Dat het hun verantwoordelijkheid en soms zelfs schuld is dat ze hiermee te maken krijgen.

Voorbeeld 3

Een mbo-school wil stagediscriminatie aanpakken en bedenkt een aanpak die voornamelijk gericht is op de slachtoffers. Studenten leren hoe ze hun cv kunnen inrichten, hoe ze netjes vragen kunnen beantwoorden, hoe ze zich moeten kleden et cetera. Door een dergelijke cursus kunnen studenten het gevoel krijgen dat zij moeten veranderen. Terwijl de oorzaak van stagediscriminatie niet bij de student ligt.

Wat kan je eraan doen?

Om te voorkomen dat slachtoffers (onbedoeld) de schuld krijgen, is het raadzaam om de aanpak van discriminatie en racisme vooral te richten op (1) potentiële plegers of (2) de omstanders. Wil je stagediscriminatie aanpakken als school? Dan ligt het voor de hand om een aanpak te ontwikkelen waarbij leerbedrijven minder kans krijgen te discrimineren en waarbij onderwijsprofessionals leren hoe ze discriminatie signaleren en hierop kunnen te grijpen (lees meer in dit artikel). Bij de aanpak van arbeidsmarktdiscriminatie richt je je als gemeente eerst op de bedrijven (zie dit artikel voor tips). In dit dossier en deze checklist lees je meer over wat werkt in de aanpak van discriminatie.

Met dank aan prof. dr. Serena Does