De inwoner beslist

Hoe laat je inwoners niet alleen meepraten en meedoen, maar ook meebeslissen? In Groningen experimenteren ze daar volop mee. De eerste successen: een door wijkbewoners opgestelde top tien van verbeterpunten, met bijbehorend budget om ze te realiseren. En een door loting samengestelde Coöperatieve Wijkraad. 'Meebeslissen is echt iets anders dan inspraak.'

Dit voorjaar stond voor veel wethouders in het teken van de gemeenteraadsverkiezingen. In Groningen staan de raadsverkiezingen pas in november op het programma. Wethouder Ton Schroor kan voorlopig dus sowieso doorbouwen aan democratische vernieuwing. Dat hij daarbij rekening houdt met de ‘gemeentelijke geschiedenis’, vindt hij vanzelfsprekend. 'Daar moet je sensitief voor zijn. Alle wethouders hebben cultuurverandering expliciet als opdracht in de portefeuille. 'Zo’n symbolisch aspect helpt. Het maakt je bewuster en je kunt elkaar erop aanspreken.'

'Dankzij het wijkbudget kunnen we het vervolgens snel realiseren'

Wijkbudget

Naast de gemeentebrede taken in de portefeuilles, is gebiedsgericht werken de laatste jaren steeds nadrukkelijker aan de orde in Groningen. Elke wijk kreeg een eigen gebiedsteam, inclusief wijkwethouder. 'Meebeslissen is echt iets anders dan inspraak. We vroegen ons af: hoe kunnen inwoners nou zelf vertellen én bepalen wat ze willen?' Dat leidde onder meer tot gebiedsgebonden budgetten, die in samenspraak met de inwoners ingezet worden. 'We bekijken samen waar de behoefte ligt in ondersteuning in geld en faciliteiten. Dankzij het wijkbudget kunnen we het vervolgens snel realiseren.'

Magazine Buitenstebinnen
Dit is een verkorte versie van een artikel dat verscheen in het magazine BuitensteBinnen. Het eenmalige magazine laat zien hoe gemeenten in Nederland inhoud en vorm aan de veranderende rol van inwoners, zodat inwoners effectief meedoen, meedenken en meebeslissen.
Bekijk of bestel het magazine BuitensteBinnen. 

Confrontaties

Schroor is zelf wijkwethouder in Zuid en werkt daar met ambtenaren, inwoners en ondernemers aan een top tien van verbeterpunten. Dat botst wel eens. 'Dan komt er een beleidsambtenaar naar me toe met de vraag: "We hadden al beleid ontwikkeld, en jij haalt nu deze top tien op uit de wijk. Welke weg moet ik volgen: "de lijn van het eerder bepaalde beleid of die van de inwoners?" Ik geef dan aan dat de top tien uit de wijk voorgaat. Ik heb mij gecommitteerd aan de uitkomst.' Volgens Schroor gaat het hier om confrontaties tussen oud en nieuw. Hij wil daarom de mensen intern bij de gemeente nog meer meenemen in de cultuurverandering. 

Lage opkomst 

De rol van de gemeenteraad is daarbij cruciaal, vindt Schroor. Hij verwacht dat de raadsleden een bij de wijk betrokken houding aannemen, maar dat is nog weleens lastig. 'Op uitnodigingen komen vaak maar een of twee raadsleden af. Op de korte termijn is dat wel snel en relatief makkelijk werken.' Maar de wijkwethouder zet wel vraagtekens bij de effectiviteit op de langere termijn. 'Als ik het vergelijk met de Coöperatieve Wijkraad in de Oosterparkwijk, dan is de gemeenteraad daar sterker en ook meer formeel betrokken.'

Gemêleerd gezelschap

Als wijkambtenaar in de Oosterparkwijk is Frank Brander nauw betrokken bij de totstandkoming van deze eerste Coöperatieve Wijkraad (CWR) van Nederland. Sinds maart 2018 is de CWR op volle sterkte. 'Elf wijkbewoners en zes raadsleden hebben zeggenschap over belangrijke onderwerpen in de Oosterparkwijk. Ze beslissen zoals de wijk zou doen.' Extra bijzonder is dat de elf inwoners via een aselecte loting onder alle inwoners zijn aangewezen, en dus een gemêleerd  gezelschap vormen.

Zwerfafval

Het leidt tot hele tastbare thema’s, verzekert Brander: 'De Wijkraad beslist zelf welke onderwerpen ze op de agenda zetten. Bijvoorbeeld de problemen van hondenpoep en zwerfafval.' De wijkraad krijgt ideeën aangedragen van een digitaal wijkpanel. Dat bestaat uit vierhonderd inwoners die ook door loting aangewezen zijn. Er is bewust geen limiterende lijst met onderwerpen en bevoegdheden opgesteld.

Meer dan een modieuze benadering

Dit alles gaat over een realistisch besef van de plek van de gemeente in de netwerksamenleving, betoogt Brander. 'Soms als gelijkwaardige partner, soms als hoeder van het algemeen belang of dat van de ‘zwakste’ medeburger.' Het is dus meer dan een modieuze benadering, zegt hij. Daarom is het extra belangrijk dat de raadsleden goed op elkaar ingespeeld raken. 'Naast de elf inwoners zitten er immers ook zes gemeenteraadsleden in de coöperatieve wijkraad. Zij zitten er niet namens hun partij, maar namens de gemeenteraad als geheel. Dat helpt bij het meedenken vanuit het stedelijk perspectief.