De q van queer

Door de tijd heen zijn er verschillende benamingen gebruikt voor de regenbooggemeenschap. Zo kennen we termen als de roze gemeenschap, de queer gemeenschap en verschillende afkortingen zoals lhbt, lhbti+ en lhbtiqa+. Taal is continu in beweging en verandert mee met maatschappelijke ontwikkelingen. Op dit moment gebruikt Movisie de term regenbooggemeenschap en de afkorting lhbtiqa+ wanneer het gaat over seksuele, sekse- en genderdiversiteit. In dit artikel wordt de q van queer uitgelicht.

Queer personen identificeren zich niet strikt als lesbisch, homoseksueel, bi+, transgender, intersekse of aseksueel. Zij plaatsen hun identiteit buiten de traditionele normen over gender en seksualiteit. Queer personen kunnen zich niet vinden in de gebruikelijke, vaststaande (binaire) kaders en hokjes voor gender en/of seksuele oriëntatie, of wijzen deze kaders af. De term queer biedt ruimte aan diversiteit en verschillende ervaringen. Door de ‘q’ toe te voegen aan de afkorting wordt er erkenning gegeven aan deze ervaringen en identiteiten. Soms wordt queer als parapluterm gebruikt voor iedereen die niet heteroseksueel en/of cisgender is. Zo gebruikt de gemeente Den Haag in hun beleid het woord queer voor de hele regenbooggemeenschap, na gesprekken met inwoners die aangaven dat zij zich meer in het woord “queer” herkennen dan in de afkorting “lhbti+”. Ook 'Pride Amsterdam' heeft sinds 2023 de nieuwe naam 'Queer & Pride Amsterdam' waarmee het evenement meer aandacht heeft voor het activistische aspect van Pride.

Geschiedenis van het woord

Het woord ‘queer’ heeft een complexe geschiedenis. Begin 20e eeuw werd het woord gebruikt als een denigrerende en beledigende term om mensen belachelijk te maken vanwege hun niet-heteronormatieve seksualiteit of genderidentiteit. In de jaren 1980 en 1990 werd het woord steeds meer gebruikt door activisten en lhbtiqa+ personen zelf. Het werd een parapluterm om de diversiteit van seksuele oriëntaties en genderidentiteiten aan te duiden. Ook wordt het sinds de jaren 90 gebruikt in academische kringen; de zogenaamde queer theorie.

Momenteel wordt queer ook wel gebruikt als een inclusieve en positieve term om de veelzijdigheid van de regenbooggemeenschap te benadrukken. Voor sommigen heeft het woord echter nog steeds de negatieve connotatie die het eerder had. Voor anderen, die de term omarmen en die queer gebruiken om zichzelf te identificeren, staat het voor de diversiteit en fluïditeit van gender en seksualiteit. Daarbij wordt het woord juist vaak gebruikt met trots. Het woord is met de tijd door de gemeenschap omgedraaid naar een positieve benaming, waarmee juist afstand wordt gedaan van de negatieve connotaties die het woord ooit had. De term wordt vooral veel gebruikt door (lhbtiqa+) jongeren.

Zelfidentificatie

Niet iedereen die onderdeel is van de regenbooggemeenschap vindt het fijn om als queer bestempeld te worden. Het is belangrijk om hierbij rekening te houden met individuele voorkeuren en de context. Sommige mensen omarmen het woord en vinden het een prettige manier om zichzelf aan te duiden. Soms gebruiken zij “queer” in aanvulling op een andere term: iemand kan zich in bepaalde omgevingen omschrijven als lesbisch, en op andere momenten juist als queer. Door anderen wordt het woord nog steeds als kwetsend of triggerend ervaren, bijvoorbeeld vanwege persoonlijke ervaringen met de negatieve connotatie in het verleden. Of zij voelen dat de term niet goed bij hun identiteit aansluit, bijvoorbeeld omdat “queer” door sommigen meer wordt geassocieerd met seksuele oriëntatie dan met sekse- of genderdiversiteit. Het is belangrijk om bewust gebruik te maken van het woord, met respect voor de complexe geschiedenis en betekenis van het woord queer. Mensen bepalen zelf of zij zich identificeren met het woord queer, dat is niet aan anderen. Het woord kan dan ook niet zomaar voor een persoon of groep worden gebruikt. Vraag hierbij naar de voorkeur van personen zelf.

Eigenaarschap

Voor veel mensen gaat het gebruik van het woord queer ook over zich afzetten tegen bestaande kaders en normen en het claimen van eigenaarschap over de eigen identiteit. Het is een manier om uitdrukking te geven aan het verzetten tegen normen die hen – en mensen zoals zij – hebben onderdrukt. Het gebruik van de q in de afkorting is belangrijk om de zichtbaarheid en erkenning van deze groep te vergroten. Ook nodigt het anderen uit om zich te verdiepen in de term en wellicht zichzelf erin te herkennen.

Onderzoek

Als kennisinstituut behandelt Movisie vaak onderzoek over de lhbtiqa+ gemeenschap, bijvoorbeeld in onze publicatie Feiten en cijfers. Omdat de term “queer” per definitie niet vastomlijnd is en gebruikt wordt door een grote en diverse groep mensen, wordt informatie over queer personen vaak niet meegenomen in onderzoek over de lhbtiqa+ gemeenschap. Wij kunnen het in onze publicaties dus niet altijd hebben over queer personen. Wel proberen we deze groep zoveel mogelijk mee te nemen in onze conclusies, omdat veel uitkomsten die gelden voor de regenbooggemeenschap ook van toepassing zijn van queer personen. Het kan namelijk ook zo zijn dat mensen die zich (ook) als queer identificeren, zich in een onderzoek over lhbtiqa+ kwesties omschrijven als biseksueel of bi+. Wij proberen hier steeds een balans in te vinden, om te zorgen dat het begrip en de groep queer personen zichtbaar wordt en blijft. 

Inclusief taalgebruik verandert

Taal staat niet vast, maar is steeds onderhevig aan aanpassing en verandering – het ontwikkelt zich voortdurend. Termen die eerst gangbaar waren, kunnen nu ouderwets, niet inclusief of zelfs problematisch zijn. Dit geldt ook voor de taal rondom genderdiversiteit en termen rondom culturele achtergronden en huidskleur, etc. In dit artikel gebruiken we de termen volgens het jaar 2023, maar de terminologie kan over een jaar deels veranderd zijn. Raadpleeg daarom ook altijd recente bronnen om je kennis hierover te checken. Door inclusieve taal te gebruiken (1) benader je mensen op de juiste manier; (2) erken de diversiteit aan mensen en (sub)culturen en de veranderlijkheid ervan; (3) ben je in staat om met meer mensen te (effectief) communiceren; (4) inspireer je anderen om ook inclusief taalgebruik te hanteren.