Aandacht voor Taalontwikkelingsstoornissen (TOS) onder volwassenen

Mede mogelijk gemaakt door Expertisepunt Basisvaardigheden

De laatste jaren is er veel aandacht voor Taalontwikkelingsstoornissen (TOS) bij kinderen. Dat is belangrijk, want als taalontwikkeling stagneert, kan iemand daar een leven lang last van hebben. Maar speelt TOS ook onder volwassenen? MSc. Mieke de Haan en Prof. Dr. Maurice de Greef, beiden betrokken bij de UNESCO Leerstoel Volwasseneducatie aan de Vrije Universiteit Brussel, deden hier onderzoek naar.

In een nieuw, praktijkgericht onderzoek is nagegaan hoe docenten van volwassenonderwijs taalontwikkelingsstoornissen kunnen signaleren en hoe ze het leertraject daarop kunnen aanpassen. Dit is het eerste onderzoek in Europa dat TOS onder volwassenen inzichtelijk maakt. Onderzoekers Mieke de Haan en Maurice de Greef hebben naast een rapport ook een signaleringslijst ‘TOS onder volwassenen’ gemaakt. Waarom is dit onderzoek zo belangrijk en wat moet er nog gebeuren?

Wat is het belang van het onderzoek?

Er zijn diverse onderzoeken gedaan naar TOS onder kinderen, terwijl aandacht voor TOS onder volwassenen achterblijft. Er is vooralsnog geen eenduidige verklaring waarom dat is. Wel is het opmerkelijk, want volgens prof. dr. Maurice De Greef is de verwachting dat de problematiek van TOS onder volwassenen redelijk groot is. ‘Naar schatting kampt drie procent van de volwassenen, zo’n 414.167 inwoners van Nederland, met TOS problematiek. De UNESCO Leerstoel Volwasseneducatie vroeg zich daarom af hoeveel volwassenen TOS hebben. Want veel van die volwassenen zullen als laaggeletterd te boek staan en velen van hen zullen ook een NT1-leertraject volgen’, vertelt De Greef. Hij vervolgt: ‘Als docenten geen idee hebben wat TOS is en welke gevolgen dat heeft voor de individu, dan doen we meer kwaad dan goed.’ Volgens de onderzoeker is het niet bevorderlijk voor het zelfvertrouwen als deelnemers tijdens een NT1-leertraject merken dat het niet gaat en dat ze ‘het niet kunnen’. ‘Het is dan ook geen stimulans om actief mee te gaan doen in de samenleving.’

Hoe kan iedereen meedoen?

Het is belangrijk dat er een focus is op een inclusieve samenleving en niet alleen op volwasseneducatie. Daarom leren volwassenen ook op verschillende manieren om een betere plek in de samenleving te krijgen en daarmee hun sociale inclusie te verbeteren. ‘Volwassenen hebben verschillende redenen om te gaan leren. Zo geeft onderzoek aan dat leren van volwassenen kan plaatsvinden in de contexten werk, leven en leren’, legt De Greef uit. Onder de context ‘leven’ vallen verschillende thema’s: thuis en familie, gezondheid en veiligheid, betalingsverkeerd, ontspanning en recreatie en samenleving en burgerschap. ‘In feite houdt dat in dat mensen leren om hun kinderen beter te kunnen opvoeden, een gezonder leven kunnen leiden, hun bankraken beter kunnen regelen, leren deel te nemen aan bijvoorbeeld sport- en wijkactiviteiten of leren omgaan met de buren.’ Hiermee worden concrete resultaten bereikt, blijkt volgens De Greef uit diverse onderzoeken. ‘Door inzet van educatie in diverse regio’s, blijkt dat zestig tot tachtig procent van de deelnemers een betere taalbeheersing krijgt. Maar liefst veertig tot zestig procent krijgt een betere plek in de samenleving.’

Lees het volledige interview op de website van het Expertisepunt Basisvaardigheden

Download de brochure van het Expertisepunt Basisvaardigheden