Bemoeizorg blijft nodig, maar in welke vorm?
De rol van bemoeizorg bij gemeentelijke ondersteuning in plaats van AWBZ begeleiding en de rol van bemoeizorg
Vanaf 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk voor de ondersteuning van mensen die momenteel aanspraak maken op AWBZ begeleiding / dagbesteding. Gemeenten krijgen te maken met heel nieuwe soorten ondersteuningsvragen. Wat gebeurt er volgens bemoeizorgwerkers met de ondersteuning aan die groep en hoe dienen gemeenten daar volgens hen mee om te gaan? Deelnemers van het platform OGGZ reageerden op deze vragen en samen schetsen zij verschillende mogelijkheden.
‘Bij een afname van het aanbod begeleiding door de AWBZ en de Jeugdzorg wordt een grotere groep mensen minder zelfredzaam dan op dit moment’, zegt Niels Mulder, hoogleraar openbare geestelijke gezondheidszorg aan de Erasmus Universiteit. ‘De bemoeizorg zal het daardoor drukker krijgen. Hoe dat vorm gaat krijgen is echter niet te voorspellen.’
Doelgroepen monitoren
Volgens Mulder doen gemeenten er goed aan om de doelgroepen die ze in huis krijgt te monitoren. Met name de doelgroepen met een ernstige problematiek. ‘Denk aan de stijging van armoede. Huishoudens zullen meer een beroep doen op voorzieningen als bemoeizorg, de crisisopvang en de voedselbank. De gemeente kan door het uitvoeren van een monitor de vinger aan de pols houden.’ Op dit moment wordt een landelijk model voor een monitor sociaal kwetsbare groepen ontwikkeld door RIVM, Radboud Universiteit Nijmegen, GGD Nederland, GGZ Nederland, Federatie Opvang en AWPG Brabant/Tranzo. Lees hierover meer op de website van Tranzo.
‘De gemeente kan door het uitvoeren van een monitor de vinger aan de pols houden’
Plan van aanpak rond maatschappelijke opvang
Als uit de monitor naar voren komt dat er een groei is van mensen met ernstige problematiek, zoals dakloosheid, kunnen gemeenten (ook niet-centrumgemeenten) een plan van aanpak rond de maatschappelijke opvang opstellen, zo stelt Mulder. ‘Dit plan van aanpak is dan analoog aan de Stedelijke Kompassen die centrumgemeenten nu al hebben. Deze aanpakken moeten wel herzien en aangepast worden aan de nieuwe ondersteuningsstructuur en opnieuw worden toegepast.’
Bemoeizorg werkt
Is er geen bemoeizorg in een gemeente, dan komen de huishoudens met problemen vanzelf naar de voorgrond. Door het ontstaan van grote problematiek als huisuitzettingen, suïcides en in bewaring stellingen. Bemoeizorg kan een goede rol spelen bij het voorkomen hiervan. Onderzoek toont aan dat bemoeizorg gedwongen psychiatrische opnames en gedwongen huisuitzettingen vermindert. (Wierdsma, Poodt en Mulder 2007 en 2001)
Stabiliteit en verbetering
Het bemoeizorgteam komt allerlei soorten mensen in verschillende soorten buurten en wijken tegen. Veel voorkomende problemen liggen op het financiële vlak of zijn praktisch van aard, zoals problemen rondom huisvesting. Daarnaast krijgt het team te maken met psychiatrie of vermoedens van psychiatrie. De aanpak is bij aanvang vaak praktisch: moeten er zaken geregeld worden die het leven voor de persoon in kwestie wat makkelijker maken, zoals bijvoorbeeld het aanvragen van een tegemoetkoming of bemiddelen in het niet kwijtraken van woonruimte. Veel handelingen in een traject zijn gericht op het stabiel maken en waar mogelijk verbeteren van de situatie.
‘De kracht van wijken en bewonersparticipatie wordt erg onderschat’
Een grotere rol voor sociale wijkteams: de oplossing?
De huidige werkwijze is toegesneden op het opvangen van mensen met een verminderde zelfredzaamheid. Dit zijn vaak mensen waarbij psychiatrische problemen een rol spelen bij de ontstane problemen. Deze mensen zouden ook door de sociale wijkteams bediend kunnen worden, in verschillende gemeenten zijn al pilots gaande. De vraag is echter of de achterliggende gedachte, het activeren van het netwerk van deze mensen, werkt bij deze specifieke groep mensen. ‘Uit ervaring blijkt dat burgers vaak best iets willen doen voor zielige mensen, maar liever niet voor lastige mensen', zegt Astrid Bosman, Teamleider Team VIA en Centrale Toegang bij GGD IJsselland. 'Of het dan mogelijk is om de goede steun in de buurt te vinden is de grote vraag. Bovendien wordt de kracht van wijken en bewonersparticipatie naar mijn mening erg overschat.’
Veel winst behalen door informele ondersteuning
We zien vanuit MOVISIE dat het inzetten van sociale wijkteams en het betrekken van de buurt om mensen die niet geheel zelfredzaam zijn te ondersteunen een goede stap is in de richting van een meer inclusieve samenleving. Er is veel winst te behalen door mensen die zich in situaties met multiproblemen bevinden, in te zetten om informele ondersteuning te realiseren. Het sociaal wijkteam Samen Doen in Amsterdam West, heeft heel goede ervaringen met het aanboren van de eigen kracht. Een voorbeeld: In een gezin was sprake van psychiatrie, criminaliteit, schooluitval, verslaving, armoede en verstandelijke beperkingen. Door een Eigen Kracht conferentie en ondersteuning van de twee gezinsleden die wel functioneren, zijn oplossingen gevonden, zodat de situatie nu voor alle gezinsleden sterk verbeterd is.
‘We moeten niet onderschatten dat netwerken soms al behoorlijk onder druk staan’
Een continuum waarbij alle schakels op elkaar aansluiten
Er wordt veel van buurtbewoners en naasten verwacht, maar iemand die informeel bijspringt kan altijd terugvallen op een professional die op de achtergrond blijft. Maatjes en mentoren van mensen met multiproblemen zijn bovendien vaak ervaringsdeskundigen: lotgenoten die situaties herkennen en daar goed op in kunnen spelen. Desalniettemin is het nodig zorgvuldig om te gaan met de grenzen van de informele ondersteuner; niet iedereen beschikt over de benodigde vaardigheden om anderen te ondersteunen. Gerard Lohuis, initiatiefnemer van het platform GGZ beaamt dit: ‘Burgers worden gevraagd meer ondersteuning te bieden aan anderen, maar dit gaat niet vanzelf. Hoewel er met Eigen Kracht en Netwerkbenadering winst te behalen is, moeten we niet onderschatten dat netwerken soms al behoorlijk onder druk staan en niet iedere gemeente als vanzelfsprekend een Eigen Kracht conferentie financiert. Er is een continuum nodig waarbij alle schakels op elkaar aansluiten. Dat vergt nog de nodige regie. Het gaat dan om: bemoeizorg, POH bij de huisarts, sociale wijkteams, netwerken in de buurt en Eigen Krachtvormen.’
Gemeenten maken de keuze
De expertise en kwaliteiten die nu in bemoeizorgteams samenkomen blijven nodig. In de toekomst zal het meer dan nu om een samenspel van professionele bemoeizorg met sociale wijkteams en andere vormen van (informele) ondersteuning gaan. Het is nu aan de gemeenten om zich erover te buigen hoe dit te regisseren.
Lees ook het artikel van onderzoeker Diana Roeg op socialevraagstukken.nl: ‘Behoefte aan bemoeizorg wordt alleen maar groter’.
Literatuur:
Poodt, H.D.; Wierdsma, A.I.. Lokale zorgnetwerken: een kwestie van bemoeizorg? Tijdschrift Gezondheidswetenschappen, 2001;79:275–81.
Wierdsma, A.I.; Poodt, H.D.; Mulder, N., Effects of community-care networks on psychiatric emergency contacts, hospitalisation and involuntary admission; Journal of Epidemiology Community Health 2007;61:613–618.
Met dank aan Gerard Lohuis (initiatiefnemer Platform OGGZ), Niels Mulder (hoogleraar openbare geestelijke gezondheidszorg aan de Erasmus Universiteit), Astrid Bosman (Teamleider Team VIA en Centrale Toegang bij GGD IJsselland) en Carolien de Jong (teamleider sociaal wijkteam Samen Doen in Amsterdam West).