Thuis in Taal: Hoe ontwikkel je een aanpak die werkt?

Een taalachterstand ontstaat al op zeer jonge leeftijd en werkt een leven lang door. Hoe voorkom je die achterstand en wat zijn succesformules voor de aanpak? Martine van der Pluijm ontwikkelde op basis van jarenlang onderzoek een succesvolle aanpak; Thuis in Taal.

Taalontwikkeling begint thuis  

Jonge kinderen leren praten van de volwassenen om hen heen. Het is dus niet verwonderlijk dat een groot deel van de taalachterstanden thuis ontstaat. 'Een taalachterstand is bepalend voor de verdere taalontwikkeling en de schoolloopbaan', legt Martine van der Pluijm uit. Toch bestaan er nauwelijks aanpakken die zich richten op de schakel tussen taalonderwijs aan kinderen en de taalomgeving thuis. Van der Pluijm promoveerde op een onderzoek naar de aanpak Thuis in Taal.

Een taalachterstand is bepalend voor de verdere taalontwikkeling en de schoolloopbaan

'Taalachterstanden zien we vooral bij kinderen van laagopgeleide ouders. De manier waarop ouders met hun kinderen spreken en hen stimuleren is daarin bepalend.' Daar is dus veel winst te behalen. De aanpak biedt leraren handvatten om juist laagopgeleide ouders te bereiken en samen een taalrijke omgeving te bieden aan jonge kinderen. Het aangaan van een partnerschap tussen leraren en ouders staat centraal.

Lees meer over de aanpak van Thuis in Taal

Wat werkt

Van der Pluijm: 'Thuis in Taal is ontwikkeld op basis van ontwerpgericht onderzoek, dat is heel oplossingsgericht. Ik zie dat veel wetenschappelijke kennis in de kast blijft liggen en niet vertaald wordt naar de praktijk van leerkrachten.' Dit leidt ook tot aanpakken die niet werken, aldus van der Pluijm. 'We weten bijvoorbeeld uit onderzoek dat het niet altijd effectief is om laagopgeleide ouders te laten voorlezen aan hun kinderen. Dit kan te maken hebben met de vaardigheden die deze ouders missen of dat de drempel te hoog is. Ouders zijn bijvoorbeeld niet gewend om gesprekken met hun kind aan te gaan of missen leesvaardigheid. Toch wordt juist op het stimuleren van voorlezen nog veel ingezet.'

Kennisatelier: vergroten impact

Het Expertisepunt Basisvaardigheden organiseert op 7 oktober 2021 een kennisatelier over het vergroten van de impact van jouw initiatief waarin je mensen helpt met lezen, schrijven of rekenen. Hoe versterk je jouw aanpak en hoe bereik je nog beter je doelen? Dit kennisatelier is voor iedereen die nieuwsgierig is naar het uitbreiden van impact. Het maakt niet uit of het initiatief pas net is gestart of dat je organisatie al tot de gevestigde orde behoort. In deze inspirerende sessie spreken we met de organisaties VoorleesExpress en Alsare over hun aanpakken.

Meld je aan voor het kennisatelier

De eerste stap in het onderzoek was daarom om in bestaande empirische studies te kijken naar wat wél werkt. ‘Onze reviewstudie laat zien dat voor deze ouders laagdrempelige “praat- en spelactiviteiten” effectief zijn. Vooral als deze activiteiten aansluiten bij de routines en leefwereld van het gezin, zoals boodschappen doen of naar school lopen. Tijdens dit soort activiteiten kunnen ouders ervaring op doen in het aangaan van gesprekken met hun kind, waarbij zij taalstrategieën toepassen. Denk aan beurten wisselen, open vragen stellen en scaffolding (het kind helpen zelf antwoord te geven). De basis is een warme en positieve interactie tussen ouder en kind. Integrale programma’s waarbij gewerkt wordt aan het verrijken van de taalomgeving thuis en op school en waarin ouders en leraren samenwerken, blijken veelbelovend.'

Prototype en effecten

'De tweede stap was het ontwikkelen van een prototype om de kennis die we ontdekten in de praktijk te benutten. Dit deed ik in co-creatie met leraren en ouders. We zijn in de praktijk gaan verkennen welke behoeften en vragen er bij aanvang waren en ontwikkelden met behulp van de theoretische inzichten oplossingen. Die probeerden we uit en op basis van die uitkomsten is de uiteindelijke aanpak ontwikkeld.' Die verbeterde versie is weer toegepast en onderzocht.

De aanpak bestaat uit zeven stappen die in te passen zijn in het reguliere onderwijs. Stapsgewijs wordt er gewerkt aan een partnerschap tussen ouders en leraren en aan het bieden van een taalrijke omgeving. Juist dat stapsgewijze is cruciaal, aldus Van der Pluijm: 'Bij veel interventies ga je meteen aan de slag met een vol programma aan activiteiten. Met deze aanpak werk je stap voor stap aan een basis doordat je bouwt aan de randvoorwaarden.' Op basis van dit onderzoek concludeert Van der Pluijm dat de aanpak van Thuis in Taal bijdraagt aan succesvolle partnerschappen tussen laagopgeleide ouders en leraren en bijdraagt aan de mondelinge taalvaardigheden van kinderen. Thuis in Taal is vervolgens op grotere schaal geïmplementeerd en geëvalueerd. Inmiddels werken zestig locaties van de Rotterdamse Peuterschool en tientallen basisscholen met de aanpak.

De zeven stappen

Het begint bij het leren kennen van de ouders en de taalsituatie (stap 1), de koers bepalen met collega’s en ouders (stap 2) en werken aan wederkerige relaties met de ouders (stap 3). Na deze stappen is er voldoende basis voor focus op de taalomgeving. Een belangrijke vervolgstap is de wekelijkse ouder-kind activiteit, het hart van de aanpak Thuis in Taal. Tijdens deze activiteiten biedt de leraar ouder en kind handvatten om met elkaar in gesprek te gaan (stap 4). Vervolgens blijft de leraar de rol van de ouders ondersteunen (stap 5) en stimuleert hen om taal prioriteit te geven in plaats van het juiste antwoord (stap 6). De laatste stap is gericht op het uitbreiden van taalgebruik (stap 7).

Lees meer over de zeven stappen

Een belangrijk aandachtpunt is het stimuleren van gesprekken buiten het hier en nu, omdat juist de taal belangrijk is voor het ontwikkelen van geletterdheid. De leraar stimuleert de gesprekken tussen ouder en kind door voor te doen hoe dat kan, zoals het wisselen van beurten of door het kind de regie te geven in het gesprek. 'Probeer met ouder en kind op ooghoogte te zitten. Volg de communicatiepogingen van het kind, spreek hier positief over en benoem ze aan de ouder. En vergeet niet: spreek ook positief over de pogingen van de ouder'.

Raamwerk van inzichten

'Onderzoek en theoretische inzichten bij de ontwikkeling van oplossingen voor praktijkproblemen zijn van grote waarde. Ik heb bijvoorbeeld gebruik gemaakt van het werk van een auteur die heel precies beschrijft hoe een ‘kleine taalactiviteit’ werkt. Zoals samen terugblikken op de dag. Dat is een makkelijke manier voor ouders om met hun kind te communiceren en levert direct een mooie ervaring op.'

'Wat ik zie is dat er telkens nieuwe aanpakken worden ontwikkeld die niet altijd teruggrijpen op zowel theorie als goed inzicht in de leefwereld van gebruikers. Ontwerpgericht onderzoek kan helpen om voor de praktijk bruikbare oplossingen te ontwikkelen, op basis van theoretische inzichten. We bereiken nu nog te weinig op die manier. Dat is ook niet vreemd, want ons systeem laat dit type onderzoek nog moeilijk toe. Het in co-creatie ontwikkelen van praktijkoplossingen die voor gebruikers werken, kost tijd en geld. Bovenal vraagt het een andere mindset. We zijn nu vaak gefocust op het bereiken van grote resultaten in korte tijd, zonder de juiste aansluiting bij de logica van de praktijk. Hierdoor krijgen veel vernieuwingen geen echte plek in het dagelijks handelen.'

Wat is nodig voor betere aanpakken?

'Je kunt je afvragen hoe duurzaam deze korte termijn oplossingen zijn en dus ook hoe effectief. Ontwerpgericht onderzoek helpt om samen met de praktijk kleine stappen te nemen, waarbij iedere millimeter bijdraagt aan verbetering van die praktijk. Dit vraagt lange termijn denken en systematisch en duurzaam opbouwen van kennis. Niet de hap snap projecten die we nu vooral zien. Opdrachtgevers en financiers hebben daarin veel invloed, bijvoorbeeld door de erkenning van dit type onderzoek en hoe ze projecten en onderzoek financieren. Een kwaliteitsverbetering kan in mijn ogen dus bereikt worden door een verandering in ons denken over onderzoek én het systeem waarin dit onderzoek plaatsvindt. Het is van belang om daar ook in te investeren.'