‘De digitale kloof heeft veel impact op het geluk van iemand’

Mellouki Cadat-Lampe en Julia Ketel leiden samen het project De digitale samenleving. Begin 2022 kregen zij – samen met hun collega Toine Broekhuis – van experts en uit het veld enthousiaste reacties op hun handreiking om de digitale kloof te verbinden: ‘Daar zaten we op te wachten! Dank!' Waarom zijn zij dit project gestart en wat kunnen we nog meer van hen verwachten? Een interview met Mellouki Cadat-Lampe en Julia Ketel hierover.

Julia Ketel: ‘Twee jaar geleden begon de coronacrisis en iedereen moest vanaf dat moment online met elkaar gaan communiceren. Sociaal professionals konden niet meer op huisbezoek en signaleerden allerlei problemen. Want veel mensen zijn bijvoorbeeld helemaal niet digitaal vaardig genoeg om online te kunnen communiceren. Aan de andere kant zijn er online juist heel veel aanknopingspunten om in contact te komen met mensen. Met jongeren kom je bijvoorbeeld online veel makkelijker in contact. Sommige mensen die het eng vinden om op een hulpverlener af te stappen vinden het makkelijker om dat online te doen. Dus online communiceren kan ook weer kansen creëren.’

Digitaal hulp verlenen

‘Corona daagde ons dus uit om te onderzoeken hoe je digitaal hulpverlening kunt bieden op een kwalitatief goede manier. Welke vaardigheden vraagt dat van een professional? Moeten er nieuwe vaardigheden komen of moeten er vaardigheden worden versterkt? Daarnaast kennen we al langer het probleem dat steeds meer mensen de snelle ontwikkelingen in de digitale samenleving niet bij kunnen houden. Vaak beschikken ze niet over de middelen of hebben ze de vaardigheden niet om zaken online te regelen of om in contact te komen met mensen. Daardoor komen ze nog verder van de maatschappij af te staan. Die digitale kloof heeft veel impact op het welzijn, het geluk van iemand. Voor de sociaal professional en voor de gemeente is het belangrijk om te weten hoe zij die kloof kunnen verkleinen en hoe zij de kansen voor die mensen kunnen vergroten.’

Wees je bewust van dit vraagstuk. Begin bij jezelf. In hoeverre ben je als sociaal professional digivaardig?

Begin bij jezelf

Mellouki Cadat-Lampe: ‘De digitalisering van de netwerksamenleving is al een paar decennia bezig. Jos van der Lans gaf een kwart eeuw geleden al aan in een bijdrage over “Internetaansluitingen’’ dat de sociaal professional in de wijk bewust moet “proberen internet te gebruiken bij het op een moderne manier dynamiseren van buurtbetrekkingen’’. Juist de organisaties die mensen in hun kwetsbaarheid moeten ondersteunen, staan voor de opgave om ervoor zorgen dat ze dat ook echt kunnen doen. Wees je bewust van dit vraagstuk en ga er bewust mee om. Verandering hier begint bij jezelf. In hoeverre ben je als sociaal professional digivaardig? Op het moment dat de samenleving digitaliseert en je niet digivaardig bent, dan kun je je opdracht niet meer adequaat vervullen. Dat besef is heel belangrijk voor dit project. Onze rol als kennisinstituut is om zelfbewustzijn te stimuleren en die professionals toe te rusten.’

‘Een andere aanleiding voor het project is dat Movisie als het ware gevraagd wordt door het werkveld om hierin als aanjager te functioneren. In zijn standaardwerk, het handboek voor de digitale transitie Digivaardig sociaal werk haalt opbouwwerker en auteur Hans Versteegh Movisie meerdere malen aan als het kenniscentrum die digitalisering mede aanjaagt in het sociaal domein, waar het gebruik van sociale technologie een steeds belangrijker rol gaat spelen. Zo heeft Movisie de Keuzewijzer E-tools 2.0 voor gemeenten die hun inwoners online bij de beleidsvorming willen betrekken. Versteegh verwacht onze inzet op digitalisering, voor de burger, samen met het professioneel werkveld. Dat motiveert mij enorm om dit project te omarmen. Deze zienswijze past als invulling van onze missie.’

Jullie hebben onlangs een handreiking voor sociaal werkers gemaakt om de digitale kloof te dichten. Hoe waren de reacties?

Mellouki: ’Een van de eerste reacties op de handreiking was een heel enthousiaste van Hans Versteeg zelf in zijn WhatsAppgroep Digivaardig Sociaal Werk. Maar we kregen ook veel andere reacties van sociaal werkers en opbouwwerkers. De toon was: “Daar zaten we op te wachten! Dank!’’’

Binnenkort plaatst Movisie.nl een interview met hoogleraar Alexander van Deursen van de Universiteit Twente hierover. Waarom is zijn visie interessant?

Mellouki: ‘Als wetenschapper koppelt hij het vraagstuk van de digitale kloof aan het bredere vraagstuk van digitale ongelijkheid. Bij de digitale kloof treedt volgens mij het mattheuseffect op. Dat is een begrip uit de sociologie en betekent voor de digitalisering van de samenleving dat geprivilegieerde burgers beter in staat zijn om ontstane offline kansen te pakken dan mensen in een kwetsbare positie. Dat zie je heel helder in zijn statistieken. Van Deursen heeft de cijfers in kaart gebracht met betrekking tot motivatie en attitude, toegang tot digitale middelen, digitale vaardigheden, het gebruik van digitale toepassingen en de uitkomsten hiervan.’

Daarna volgt een interview met hoogleraar José van Dijck van de Universiteit Utrecht. Zij wijst op de gevaren van de techreuzen. Hoe kijken jullie daarnaar?

Julia: ‘Veiligheid is een belangrijk aspect van de digitale samenleving. Veel mensen zijn zich er niet bewust van wat je allemaal online deelt. Dat gaat heel gemakkelijk, maar kan grote gevolgen hebben. Sociaal professionals doen veel gesprekken met inwoners via WhatsApp, maar wees je je ervan bewust dat die informatie, ook op Facebook, daar achterblijft en wordt gebruikt voor commerciële doeleinden door wat van Dijck de “datastofzuigers’’ noemt.’

We gaan toe naar een wereld waarin we steeds meer afhankelijk worden van internet

‘Ook op een andere manier maak ik me wel een beetje zorgen, want de technologische ontwikkelingen gaan zo snel en we gaan toe naar een wereld waarin we steeds meer afhankelijk worden van het internet en digitale middelen. Hier sta ik niet gelijk om te juichen. Wat als ik daar niet in meega? Ben ik dan straks ook een van die kwetsbare groepen die niet kan meedoen omdat ik al die virtuele veranderingen niet wil? Ik ben wel kritisch over de nieuwe relaties die via de computer ontstaan. Kunstmatige Intelligentie is interessant en biedt vast veel kansen, maar laten we niet naïef zijn over wat we daarvoor allemaal moeten accepteren.’

Wat kunnen we verder verwachten van jullie project?

Mellouki: ‘In dit project hebben we een aantal activiteiten. We werken bijvoorbeeld aan een visiedocument. Het is bedoeld om inzichten, kennis en visie te ontwikkelen. Julia trekt vooral de onderzoekskant en ik trek de ontwikkeling van andere lijnen zoals een Praktijk Lab met professionals in de wijk over hoe die omgaan met dilemma’s op dit vlak. Wat zijn hun antwoorden en inzichten? Daarnaast heeft Movisie een lijn E-tools.’

Julia: ‘De digitale samenleving is zo’n groot thema. Dit jaar kunnen we gaan trechteren. Ik hoop dat we de komende jaren een bepaald thema nog wat specifieker kunnen volgen. Zo lijkt het me mooi om een aantal praktijken beter te onderzoeken en van hen te leren. Daarmee beginnen we dit jaar en volgend jaar gaan we daar verder mee.’

Mellouki: ‘Vorige week had ik een gesprek met twee ambtenaren van de gemeente Amsterdam. Die gaan de komende jaren een groot project “digitalisering van zorg en welzijn’’ trekken. Ze hadden onze handreiking gezien en vroegen wat we samen zouden kunnen doen. Een gedachte-uitwisseling, misschien een ook een Praktijk Lab? We hebben afgesproken om in contact te blijven en te verkennen wat we voor elkaar in dit opzicht kunnen betekenen.’

Dit is het eerste artikel over de digitale kloof. De komende tijd zullen er nog twee artikelen verschijnen: een interview met hoogleraar Alexander van Deursen van de Universiteit Twente en een interview met hoogleraar José van Dijck van de Universiteit Utrecht over de digitalisering in het sociaal domein.

 Bekijk de publicatie Dicht de digitale kloof!