Socioloog Nina Conkova: ‘Samendoen is cruciaal voor oudere migrantenvrouwen’

Drieluik over participatie ouderen, deel 1

Co-creatie of ‘samendoen’ blijkt een effectieve methodiek om sociale participatie van ouderen in sociaal kwetsbare situaties te stimuleren. Nina Conkova, sociaal wetenschapper bij Leyden Academy on Vitality and Ageing, duidt ontwikkelingen en deelt haar inzichten en ervaringen over sociale participatie van oudere migrantenvrouwen.

Twee jaar lang was Nina Conkova als participerend onderzoeker betrokken bij projecten met oudere vrouwen met een migratieachtergrond in de Utrechtse wijken Kanaleneiland en Overvecht. Samenwerkingspartners waren respectievelijk Stichting Al Amal en Stichting Dock, welzijnsorganisaties die zich specifiek op migrantenvrouwen en buurtwerk richten. 
Veel oudere migrantenvrouwen kampen met sociale isolatie, depressiviteit of eenzaamheid door bijvoorbeeld het verlies van een partner. ‘Vraag je deze vrouwen wat zij het liefst samen zouden willen doen, dan komen ze vaak niet verder dan: koken. Ze weten niet wat hun mogelijkheden zijn. Ze hebben nooit een stem gehad om zelf te bepalen wat ze willen’, aldus Conkova. 
In het project Samen tegen Eenzaamheid - in zogeheten Samen Zijn Groepen - kregen deze vrouwen een stem. ‘We lieten hen zelf dingen bepalen en sámen dingen doen, met als doel hun onderlinge verbondenheid en verbondenheid met de omgeving te versterken. Dat ging niet vanzelf’, zegt Conkova. ’Om de vrouwen hiervoor te blijven interesseren moesten we voortdurend stimuleren, voorbeelden geven en in gesprek blijven.’ 

Drieluik over participatie ouderen 

Wat is nodig om de participatie van groepen ouderen te stimuleren? Wat werkt wel en wat werkt niet? Het zijn vragen waarop kennisinstituut Movisie antwoorden zoekt, onder andere door met hierover met deskundigen in gesprek te gaan. De komende tijd publiceert Movisie een drieluik met interviews met zulke deskundigen. In deze eerste aflevering komt Nina Conkova aan het woord. Zij is sociaal wetenschapper die werkt op het snijvlak van sociale geografie, demografie en sociologie. Ze is onder andere bezig met het ontwikkelen, uitvoeren en verduurzamen van sociale initiatieven en trainingen, zoals ‘Samen Tegen Eenzaamheid’, ‘Het domino-effect’ en ‘Tegen eenzaamheid in co-creatie met oudere migranten’.

Over de streep

‘Op voorhand hoorden we vaak: die mensen komen niet. Of: ze komen de ene keer wel en de andere keer niet, want ze hebben gezondheidsproblemen, ze moeten naar de huisarts of op kleinkinderen passen, of wat dan ook’, zegt Conkova. Maar dankzij wat extra inspanning lukte het om veel vrouwen over de streep te trekken. ‘Bij vrouwen die steeds een excuus hadden om maar niet te komen, vroegen de projectleiders Marzouka Boulaghbage en Karima Loukili aan de buurvrouw die wel kwam: “Kunt u uw buurvrouw misschien ophalen? Neem haar bij de hand.” Of we belden om te vragen of ze toch eventjes kon komen, desnoods samen met haar kleinkind, want dat mocht altijd. En dat werkte. Net als het gebruik van de WhatsApp-groep.’
Vertrouwen creëren was belangrijk om barrières weg te nemen. Conkova: ‘In het begin zei een van de groepsbegeleiders bijvoorbeeld: “Er ligt hier een matje voor de deur en dat ligt er niet voor niets. Als jullie naar buiten gaan en de voeten vegen, wordt niets doorverteld.” De deurmat symboliseerde de sluis tussen de buitenwereld en de ruimte waar vrouwen vrijuit konden spreken. Dat idee gaf de vrouwen vertrouwen en een gevoel van veiligheid.’

Zelfvertrouwen

Toen de vrouwen eenmaal meededen, groeide hun zelfvertrouwen en hun vertrouwen in de buurt. Verschillende vrouwen die participeerden in de Samen Zijn Groepen gaven aan dat ze minder snel naar de huisarts gingen, omdat ze hun zorgen in de groep konden delen en informatie en advies ontvingen en dan niet meer aan hun problemen dachten of ze konden oplossen. 
De deelneemsters leerden bovendien nieuwe vaardigheden. ‘Ze zagen in dat ze wél talenten hebben en iets voor andere vrouwen in de groep en in de buurt kunnen betekenen. Sommigen werden op een gegeven moment zelfs vrijwilliger, dat was heel mooi om te zien’, vertelt Conkova. ‘We hebben 17 vrouwen met een migratieachtergrond getraind om mensen in de buurt te bereiken en te activeren om mee te doen aan verschillende activiteiten, om groepen te draaien zoals in de praktijk gezegd werd. We begonnen met één groep en eindigden met negen groepen van 12 tot 15 Arabischsprekende vrouwen. Dankzij dit domino-effect hebben we veel vrouwen weten te bereiken.’ 

Werkzame elementen

Om nog meer mensen te bereiken en alle werkzame elementen te achterhalen wordt de aanpak van co-creatie de komende tijd in het programma ‘Tegen eenzaamheid in co-creatie met oudere migranten’ vijf keer in verschillende steden uitgerold. De deelnemers zijn migrantenvrouwen, daarnaast doet in Amsterdam een gemengde groep ouderen in kwetsbare situaties met een Caraïbische achtergrond mee. In deze vervolgprojecten wordt ook expliciet gekeken naar hoe deelnemers omgaan met dilemma’s zoals gebrek aan groepscohesie door roddelen of het bereiken van mensen die geïsoleerd zijn of moeilijk in beweging te krijgen zijn. Leyden Academy, het kennisinstituut dat wetenschappelijk onderzoek doet naar onderwerpen die onder andere gericht zijn op vitaliteit bij het ouder worden, werkt hierin samen met vijf welzijnsorganisaties en de ouderenfondsen RCOAK en Sluyterman van Loo. Doel is dat andere organisaties uiteindelijk zelf met de co-creatiemethodiek aan de slag kunnen. 

Betaald werk

‘Vrijwilligerswerk doen zit in het DNA van veel Nederlanders en het lijkt hier bijna vanzelfsprekend. Maar dat geldt niet voor veel mensen met een migratieachtergrond’, zegt Conkova. ‘Op hun oude dag willen ze vaak graag rust en niet meer van alles moeten doen. Tegelijk willen ze ook heel graag deel zijn van de maatschappij en als gelijkwaardig iemand worden gezien. Een aantal hardnekkige overtuigingen belemmert dat echter. Zo overheerst bij laaggeletterden en oudere migranten die buiten Europa zijn geboren vaak het gevoel dat zij heel weinig doen en niet productief zijn, omdat zij geen betaald werk doen.’ Conkova weet dat het anders ligt. ‘Ze doen vaak juist heel veel als mantelzorger, of als oppas voor hun familie, maar ze doen dat op een meer informele, minder georganiseerde manier. Maar ook dat is een vorm van vrijwilligerswerk.’

Oordeel

Conkova voegt eraan toe dat participatie niet altijd iets productiefs hoeft te zijn, maar ook kan draaien om zingeving. ‘Mensen hoeven de maatschappij niet altijd iets te geven, ook al hebben oudere migranten vaak zelf die overtuiging. Ook zij mogen ontvangen en genieten. Dat vinden ze moeilijk. Wanneer migrantenvrouwen geld krijgen van een ouderenfonds en daar niet iets productiefs mee doen voor anderen of voor de buurt, maar er bijvoorbeeld gezellig van op excursie gaan, zijn ze bang voor het oordeel van anderen. Ze zijn bang voor reacties als: “Daar komen ze weer, ze krijgen geld, maar doen er niets voor terug”.’

Internaliseren: een valkuil

Conkova signaleert het gevaar dat kwetsbare groepen - in dit geval oudere migranten - stereotiepe negatieve beeldvorming internaliseren en zichzelf klein maken. ’Oudere migranten zijn gemiddeld genomen inderdaad kwetsbaar als het gaat om hun sociaaleconomische status, gezondheid en mobiliteit. Maar dat betekent niet dat ze niets kunnen en dat ze geen talenten hebben. Vanuit hun eigen cultuur en levenservaring kunnen ze juist veel.’ Ze kunnen vaak heel goed zingen, goed koken, handwerken, ze passen zich makkelijk aan en ze weten van aanpakken als er werk te doen is. Zolang wij - de hoger opgeleide mensen - hen als problematisch blijven benaderen, zullen zij zich ook zo blijven gedragen.’

Duizenden sokjes

Conkova geeft een voorbeeld van hoe oudere vrouw met een migratieachtergrond zichzelf klein maakte. ‘Deze vrouw breidde in de coronatijd duizenden sokjes en doneerde die aan kinderen die niets hadden. Enorm betekenisvol! Maar toen ik haar hierover complimenten maakte, wimpelde ze die weg. Ze zei dat het niets voorstelde. Ze zat vast in de overtuiging dat ze van thuiszitten ziek was geworden, dat het niet goed met haar ging en dat ze niets voor anderen kon betekenen. Ze wilde ook geen compensatie voor de wol, terwijl ze wat extra geld goed kon gebruiken.’
 

Samendoen en samen zijn 

Oudere migranten - zoals de vrouwen uit onderzoek - kampen dikwijls met een minder goede gezondheid en hebben doorgaans een lagere sociaaleconomische status, hebben een gebrekkige Nederlandse taalvaardigheden en nemen niet of nauwelijks deel aan sociale activiteiten. ‘Velen zijn overbelast’, zegt Nina. ‘Ze hebben soms gewoon behoefte om twee uurtjes iets te doen, zonder dat ze er iets voor moeten voorbereiden, of verantwoordelijkheden op zich moeten nemen. Dat kan een wandeling zijn, of een taartworkshop. Een andere keer willen ze samen brood bakken, zoals ze dat ooit deden met hun opa en oma in het thuisland. En soms is het een excursie.’ 
Volgens Conkova is een dagje erop uit met een excursie soms wat duurder, maar draagt het effectief bij aan het vergroten van onderlinge verbondenheid tussen vrouwen. ‘Wanneer mensen intensief samen optrekken, ontstaan spontaan gesprekken en kunnen vriendschappen ontstaan. Dan blijkt dat je je buurvrouw toch kunt vertrouwen. En als er in het vervolg eens iets mis is, of als jij iets nodig hebt, dan durf wél bij haar aan te kloppen. Wij hebben gezien dat intensief samenzijn en samen dingen doen heel verbindend werkt voor de groep.’

Fondsen

Ouderen- of welzijnsorganisatie die het voor oudere migrantenvrouwen mogelijk willen maken om samen activiteiten te ontplooien, hebben geld nodig. Conkova: ‘Ze kunnen dan bij allerlei fondsen aankloppen, maar een aanvraag doen en achteraf verantwoorden is vaak heel ingewikkeld. ‘Gelukkig zie je dat sommige ouderenfondsen, zoals RCOAK en Sluyterman van Loo, snel-loketten instellen waar je eenvoudig bedragen tot drieduizend euro kunt aanvragen. Daar kun je vaak al veel mee. Ook zoeken deze fondsen naar manieren om het achteraf verantwoorden te vereenvoudigen. Bijvoorbeeld via een videoboodschap waarin deelnemers vertellen wat ze met het geld hebben gedaan en wat ze hebben bereikt. Dat past vaak veel beter.’
Fondsen kunnen volgens Conkova een belangrijke rol spelen bij het langdurig bevorderen van sociale participatie. ‘Vaak stopt een project na een jaar, omdat de financiering ophoudt. De groepen waarin vrouwen vriendschappen hebben opgebouwd en elkaar praktisch en emotioneel ondersteunen, vallen dan vaak uit elkaar. Het zou enorm helpen als fondsen dit soort projecten meer structureel zouden kunnen financieren.’ 

Ruimte

Nóg belangrijker dan een potje met geld voor activiteiten en af en toe een excursie, is een ruimte om bij elkaar te komen, weet Conkova. Ze pleit ervoor dat gemeenten en welzijnsorganisaties flexibeler en creatiever worden om in die belangrijke voorwaarde voor ontmoeting te helpen voorzien. ‘De verschillen tussen hoe organisaties omgaan met regels over ruimtegebruik verschillen enorm. Sommige, vooral kleine welzijnsorganisaties geven hierin het goede voorbeeld. Ze denken in mogelijkheden door een ruimte beschikbaar te stellen ook als dat officieel niet de bedoeling is. Maar veel organisaties zich laten leiden door starre interne en regels waardoor geschikte ruimtes onbenut blijven.’
Veel hangt af van de manier waarop sociaal werkers regels interpreteren, weet Conkova. Leyden Academy doet met Universiteit Leiden in het NWA gefinancierd project Dilemmas of Doing Diversity onderzoek naar hoe dat in de praktijk loopt. ‘Wij willen weten waarom iets in de ene gemeente wel kan en in de andere gemeente niet. Soms is er een legitiem excuus, maar soms is er ook sprake van onwetendheid. Soms vinden sociaal werkers het lastig om het gesprek erover aan te gaan. En dat is natuurlijk jammer, wat zo blijven goede mogelijkheden onbenut.’

Leestips 

Crétien van Campen van het Sociaal Cultureel Campen (SCP) publiceert veel over sociale participatie, ook van kwetsbare ouderen. Twee van zijn essays beveelt Conkova van harte aan: Gelukkig ouder in een veranderde samenleving en Meedoen aan de samenleving

Begin 2022 startte een werkgroep vanuit de gemeente Harderwijk - in samenwerking met Movisie  met een verkennend onderzoek gericht op het huidige activiteitenaanbod voor ouderen met een migratieachtergrond, binnen gemeente Harderwijk. De resultaten en bevindingen zijn gepubliceerd in een lezenswaardig rapport: Activiteitenaanbod voor ouderen met een migratieachtergrond in Harderwijk.

Tekst: Annelies van der Woude